Hoofdstuk 3 Veiligheidsmotivatie, leiderschap en veilig werkgedrag VCA VOL Hoofdstuk 3 Veiligheidsmotivatie, leiderschap en veilig werkgedrag
3. Leiderschap en werkgedrag 3.1 Veiligheid en gedrag 3.2 VGM-beleid en gedrag 3.3 Sleutelrol van de leidinggevende 3.4 Organisatorische inspanningen om veilig gedrag te bevorderen 3.5 VGM-overleg en instructie 3.6 Kenmerken van gewenst gedrag 3.7 Gedrag beïnvloeden 3.8 OOG-rondes 3.9 Voorlichting en opleiding 3.10 Controle en toezicht 3.11 Aandacht voor lichamelijke en mentale belasting
bedrijf: beleid inspanningen uitvoeringsteam veilig gedrag
veilig gedrag…. oh! stumperds! je moet hier goed ik volg precies opletten ik volg precies de regels ik heb m’n eigen regels stumperds! gewoon doorpakken !! oh!
sleutelrol leidinggevende ons bedrijf… wij…
sleutelrol leidinggevende heeft info over: de medewerker, zijn werk en werkomstandigheden bepaalt de werkwijze houdt toezicht corrigeert ons bedrijf... Wij..,,
ik vind dat jij… wat veiligheid betreft … begrijp ik wel… ben ook niet perfect … maar…… wat wil je? kijk zelf.. dat moet, want…. wel veilig, dat doe ik zelf ook
organisatorische inspanningen bedrijf: beleid organisatorische inspanningen uitvoeringsteam veilig gedrag
3.4 Organisatorische inspanningen basisvoorwaarden: personeelsselectie en begeleiding: juiste man op de juiste plaats introductie: werk, team en risico’s continue inspanningen observaties veiligheidsgedrag gestructureerd overleg afhandelen klachten en vragen
3.5 VGM-instructie nieuwe medewerkers: algemene voorlichting veiligheid noodmaatregelen meldingsprocedures wat te doen bij een ongeval PBM-gebruik werkplek info
3.5 VGM-overleg vaste structuur en regelmaat voorbereid, agenda en verslag inbreng van iedereen
3.6 Gewenst gedrag werken volgens veiligheidsvoorschriften elkaar aanspreken op onveilig gedrag ingrijpen bij onveilige situaties vragen stellen bij onduidelijkheden de leidinggevende stimuleert dit door voorbeeld gedragen toezicht te houden en te corrigeren rekening te houden met de inbreng van deskundigen en medewerkers overtuigende en onderbouwde instructies te geven
3.7 Gedrag beïnvloeden veiliger werkgedrag onveiligheid benadruk doel basis onveiligheid benadruk succes verminder nadelen gevolgen benadrukken moeilijk maken strategie acties acties strategie 1 …………. acties strategie 4 …………. acties strategie 2 …………. acties strategie 3 ………….
Strategische acties bevorderen veilig gedrag stimuleer veiligheid 1. succes benadrukken voorbeeldgedrag vakmanschap waarderen positief bespreken duidelijke instructies geven 2. nadelen verminderen hanteerbare voorschriften bereikbare veiligheids- voorzieningen comfortabele PBM tijd voor veilig werken
Strategische acties bevorderen veilig gedrag rem onveiligheid 3. gevolgen benadrukken informeer over gevaren bespreek gevolgen van ongevallen geef instructies over: onveilig handelen onveilige situaties 4. maak het moeilijk omheiningen/afzettingen maak afzetten beveiliging onmogelijk verwijder slecht gereedschap en materiaal sancties bij onveilig gedrag
3.8 OOG-rondes introduceren vraag toestemming neem de tijd gaat om GEDRAG één persoon welke risico’s genomen? voorschriften nageleefd? noteer bespreek + en - maak afspraken wees correct letten op: orde/netheid gebruik gereedschap houding, plek werkuitvoering tempo
3.9 Veiligheid bespreken vóór het werk, liefst op de werkplek met opdrachtgevers en aannemers in een werkteam tijdens een toolbox bij wisseling van ploegen voorlichtingen afstemmen op niveau werknemers afgestemd op de werkzaamheden praktisch en begrijpelijk (J&J)
3.10 Controle en toezicht risicovol werk: werkplekinspecties werken en veiligheidsmaatregelen volgens afspraak? regelmatig checken, zo nodig ingrijpen werkplekinspecties regelmatig met 2 (of 3) personen letten op middelen, opstellingen beschermingsmiddelen (ook handelingen, procedures volgen, zie OOG) rapporteer tekorten, verbeteracties en de verantwoordelijken aandacht voor belasting van medewerkers voorkom schade, verzuim en arbeidsongeschiktheid let op lichamelijke en mentale belasting
3.11 Overbelasting lichamelijke of fysieke belasting mentale belasting statische belasting dynamische belasting mentale belasting ergonomie
3.11 Overbelasting lichamelijke of fysieke belasting belangrijke factoren: houding, beweging inspanning / werk- en rusttijden ongunstig zijn: lang zitten of staan in dezelfde houding (statische belasting) veel kracht leveren, zoals bij traplopen en zwaar tillen, trillingen en terugkerende bewegingen (dynamische belasting) mogelijke gevolgen: vermoeidheid, spierpijn, kramp, schade aan gewrichten bij dynamische belasting
Praktijkvoorbeelden zittend en staand werk bij zittend werk zo mogelijk afwisselen staan bij: krachtuitoefening, onvoldoende beenruimte regelmatig opstaan en laag, ver of hoog reiken bij zittend werk steun bovenbenen (zitvlak) en schouders (leuningen) zorg voor goede rugstand handmatig tillen afhankelijk van krachten en duur, vooral ook rugbelasting gebruik liever hulpmiddelen of beperk belasting door samenwerken of extra pauzes zorg voor goede til-instructie en gezondheidskundige beoordeling
Mentale belasting werkdruk (regelmogelijkheden / regelvereisten) competenties (taak / capaciteiten) werksfeer (relaties collega’s en leidinggevende) fysische omstandigheden werk(on)zekerheid achterliggend: infrastructuur en uitrusting persoonlijkheidskenmerken
Ergonomische benadering om ook op langere termijn goed te kunnen werken, is een goede werkomgeving met comfort wenselijk let op signalen, klachten en nieuwe ontwikkelingen ergonomen zorgen voor een mensgericht (her)ontwerp van werkplekken ze houden naast lichamelijke en mentale belasting rekening met licht, geluid, klimaat en trillingen