Lesbrief – Siv gaat logeren

Nederlands Film Festival Wat is het Nederlands Film Festival (NFF)? Waar denk je aan bij het NFF? Ben je ooit al naar het NFF geweest? NFF

Nederlands Film Festival In 2016 de 36 e editie Nederlandse films Korte en lange films Speelfilms, videoclips, documentaires, televisiedrama’s, games Interviews, workshops, lezingen Ontmoetingsplek voor filmmakers Gouden Kalveren

Film in de bioscoop Op het NFF gaan jullie een film kijken in een bioscoop. Wie van jullie is weleens in een bioscoop geweest? Als je aan een bioscoop denkt, waar denk je dan aan? FILM

Film in de bioscoop In een bioscoop: Is een groot wit doek Is de zaal donker Zijn lange rijen (rode) stoelen Is het geluid hard Bekijk je samen met anderen een film

Scenario Een film heeft een verhaal nodig Het verhaal van een film staat beschreven in een scenario In een scenario staat alleen beschreven wat een personage doet en zegt

Scenario De structuur van een filmverhaal bestaat uit drie delen: Begin: introductie van de belangrijkste personages en de wens van de hoofdpersoon; introductie van tijd en plek waar het verhaal zich afspeelt. Midden: de hoofdpersoon ondervindt hindernissen bij het bereiken van zijn doel. Eind: confrontatie tussen de hoofdpersoon en zijn grootste tegenstander.

Siv gaat logeren Synopsis Siv gaat logeren bij haar nieuwe vriendin Cerisia. Ze wordt ‘s nachts wakker en beleeft de gekste avonturen. Maar ’s ochtends lijkt het alsof het allemaal een droom was. Op welk ander sprookje, over een blond meisje in een blauwe jurk die in een wonderland terecht komt, lijkt de film? In de film komt meerdere keren het Santa Lucia feest aan bod. Kennen jullie dit feest?Santa Lucia feest

Trailer Bekijk de trailer van de film.trailer Wie is de hoofdpersoon? Wat is de wens of het verlangen van de hoofdpersoon? In de trailer zijn enkele hindernissen/obstakels te zien waarmee de hoofdpersoon te maken krijgt. Welke zijn dit?

Opdracht: sprookjesverhaal Jullie gaan een eigen sprookjesverhaal schrijven. Het verhaal moet deze dingen bevatten: Begin: wie is de hoofdpersoon? Wat is zijn/ haar wens? Waar en wanneer speelt het verhaal zich af? Midden: met welke hindernissen krijgt de hoofdpersoon te maken? Eind: heeft de hoofdpersoon zijn/haar wens vervuld? Hoe heeft hij/zij dat gedaan?