Les 1 Spijsveteringsstelsel Voeding klas V31. Wat gaan we doen?  Laat zien wat je weet  Spijsvertering koe.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Enzymen (in het spijsverteringskanaal)
Advertisements

Spijsvertering 22 maart 2011.
Thema: mensen Je eten op reis.
Enzymen voor de vertering
Het spijsverteringsstelsel
Verkleining van voedingsstoffen
Op reis van MOND tot KONT
Spijsvertering.
Thema 2: Voeding en Vertering
Spijsvertering door enzymen
Verteringsstelsel.
Inleveren verslag opdracht 9
Inhoud les Herhaling Uitleg Film Opdrachten Huiswerk.
Het maagdarmstelsel van de koe
Hoe vervoert je verteringsstelsel voedsel
Van achter naar voor.  Bronnenboek lezen p. 59 – 60.  Werkboek p. 71 – 72 (behalve ‘opdracht a’ onderaan) – 73 (enkel opdracht b).
J Bügel Noorderpoortcollege
Hoofdstuk 4: Voeding HAVO 4.
Het verteringsstelsel
Veevoeding INTRODUCTIE Sijbren Mulder. Lesagenda  Introductie  Verwachtingen naar elkaar  Opleiding  Plaats van veevoeding in de opleiding.
Lesstof blok 1 tweede gedeelte
Ons lichaam heeft energie en bouwstoffen nodig om te kunnen werken en in stand te blijven Bouwstoffen en energie halen we uit drinken en eten 1.Water.
Maagdarmkanaal V31, VOEDING. Voedsel en maagdarmkanaal A. Plantaardig materiaal B. Vlees C. Insecten D. Zowel plantaardig als dierlijk materiaal 1. Carnivoor.
VERTERING. CELLEN WEEFSEL orgaan organenstelsel.
Voeren en Verzorgen Les 2.
1 Basisvoedingsleer Voedingsstoffen
Anatomie en Fysiologie
Het verteringsstelsel
Voeding Paard.
Het menselijk spijsverteringsstelsel.
Biolgie voor Jou. VMBO-BK.
Spijsvertering.
Hoofdstuk 4 Spijsveteringsstelsel melkvee
Les Geit
Antwoorden college 3 Noem de 5 structuren/ruimten waar de keelholte mee in verbinding staat. Neusholte, mond, luchtpijp, slokdarm, buis van Eustachius.
Thema 4 Spijsveteringsstelsel melkvee
Biologie Algemeen.
Biologie Algemeen Niveau 3/4.
Maagdarmkanaal V31, Voeding.
Slokdarm en maag.
Hoofdstuk 4 Spijsveteringsstelsel melkvee
Voeding Konijn.
Door: Silke, Anniek en Kayleigh
Voeding Paard.
Voeding en Vertering 2 VMBO – KGT Thema 2.
Digestie anatomie en fysiologie
Voeding en vertering Hoofdstuk 2.
Biologie voor jou; Thema 2.
Voeren en verzorgen Periode 3
Voeren en verzorgen Periode 3
Voeding: Spijsvertering en uiterlijke verschillen voersoorten
2 Vertering & Voedselopname. 2 Vertering & Voedselopname.
Koolhydraten.
Vertering en opname van voedingsstoffen in het bloed
Maagdarmkanaal V31, Voeding.
Hoofdstuk 4 Spijsveteringsstelsel melkvee
Voeding Melkvee.
Voeren en verzorgen Periode 3
H6: Anatomie & Fysiologie
Voedingsstoffen voor de koe
VOS, FOS en OEB.
Voeren en Verzorgen Vogels
Spijsvertering Bijgewerkt
Thema 2: Voeding en Vertering
De organen voor vertering
Voeren en verzorgen Periode 3
Deel 3: Spijsvertering van het rund en het varken
Transcript van de presentatie:

Les 1 Spijsveteringsstelsel Voeding klas V31

Wat gaan we doen?  Laat zien wat je weet  Spijsvertering koe

Laat zien wat jullie al weten.  Maak groepjes van 2 á 3 personen  Pak voor je een A3 papier en een stift  Teken de verteringsstelsel van de koe (zoals jullie denken dat goed is)  Daarna leg je aan de klas uit wat jullie getekend hebben  Na uitleg van je klas kun je aanpassingen doen  Nu luister je naar de uitleg van de docent  Daarna maak je jullie tekening compleet

De vertering van de koe Vertering

Speeksel

Speeksel heeft twee functies  A. Buffer: Speeksel met een pH-waarde van ongeveer 8.2 werkt als een buffer in de pens. Dit betekent dat speeksel ervoor zorgt dat zuurproducerende voedingsstoffen, zoals granen, melasse, aardappelen en voederbieten, de pH waarde niet te veel laten dalen.  B. Onderdrukken van schuim. Speeksel kan het risico op zwelling verminderen, omdat het ook een schuimonderdrukkend effect in de pens heeft

Herkauwen

Waarom herkauwen belangrijk is. 1. Kauwen. Het proces van vermalen vergroot het oppervlak van de voedingsstoffen. Dit grotere oppervlak helpt de micro-organismen uit de pens en de verteringssappen om de voedingsstoffen af te breken. 2. Toevoegen van speeksel. Tijdens het kauwen worden grote hoeveelheden speeksel toegevoegd. Een koe produceert tussen de 40 en 150 liter speeksel per dag, afhankelijk van het voer dat ze krijgt. Ruwvoer heeft vermeerdering van de penswerking als effect, terwijl krachtvoer de penswerking vermindert.

De magen

In de pens zitten meer dan 250 mirco- organisme. Micro organismen ?  Gisten  Eencellige schimmels  Protozoa  Eencellige (eukaryote)  Hebben een celkern  Bacteriën  Geen celkern

De pens  150 tot 200 liter inhoud  Linksboven in de koe  60 – 70 % van de vertering vindt hier plaats  Vertering vindt plaats door micro organismen: zij zijn nodig voor de werkelijk vertering  Pens pH 6 to 7  Pens score

Pensscore Linksachter de koe

De netmaag  2 e maag  Lijkt op visnet  Vormt geheel met pens  Zowel de ingang van de slokdarm als de uitgang naar de boekmaag  Belangrijk orgaan voor transport van voedselbrij door voormagen

Netmaag  Bij ontspannen  aanzuigen voedseldeeltjes  Opspannen  Voortstuwen voedseldeeltjes  Vormt de herkauwbolussen  Tussen netmaag en boekmaag bevindt zich de slokdarmsleuf  belangrijk bij kalfjes

De boekmaag  Heeft de grootte van een basketbal  Binnenwand van de maag is sterk geplooid  Oppervlak vergroten  Absorptie van water en mineralen gebeurt hier en in de darmen  Hierdoor kan lebmaag beter haar werk doen, namelijk verzuren en opsplitsen koolhydraten en eiwitten

De lebmaag  Vergelijkbaar met maag bij éenmagigen  Produceert zoutzuur en pepsine (verteringsenzym)  Hierdoor sterft merendeel bacteriën af uit de pens  Worden dan voer voor koe

Dunne darm  Overige vertering (+/- 30%)  Bestendige producten, onverteerde vezels, bestendig eiwit  Microbieel eiwit  Alvleesklier stuurt enzymen naar dunne darm om vertering te starten  Belangrijkste functie is absorptie van verteerde voederdelen

Dikke darm  Waterabsorbtie en indikking

Opdracht 1; beantwoordt de volgende vragen 1. Wat is de functie van de Pens? 2. Leg uit hoe de pens werkt. 3. Wat is de functie van de netmaag? 4. Hoe ziet de netmaag eruit? 5. Leg uit hoe de netmaag werkt. 6. Wat is de functie van de boekmaag. 7. Leg uit hoe de boekmaag werkt. 8. Wat is de functie van de lebmaag. 9. Leg uit hoe de lebmaag werkt. 10. Wat is de functie van de dikke en dunnen darm