1 BORSTKANKERSCREENING Individuele Feedback Ambulant voorschrijven Gynaecologen Gegevens 2002 tot 2007 PLATFORM KWALITEITSPROMOTIE Werkgroep van de NRKP.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Casus 2 Afrikaanse vrouw, 38 jaar Zwanger, 8 maanden
Advertisements

Overzicht Inkomen en armoede bij Belgische ouderen, vergeleken met hun leeftijdsgenoten in buurlanden Niet-monetaire indicatoren van de levensstandaard.
Deze presentatie wordt u aangeboden door
Medico-legale status van richtlijnen
Indicaties voor screening buiten bevolkingsonderzoek
Werkhervatting bij/na borstca?
Keuzehulp pijn; wat valt er te kiezen?
Internet en gezondheid.  Wie heeft internet thuis?  Wie heeft een smartphone of tablet?  Wie zoekt medische informatie op het internet?  Wie neemt.
Risico’s en gevaren van techniek
VOB 21 april 2009 Dr. Hilde Goris
Allochtonen in het hoger onderwijs
Senno Verhoef, klinisch geneticus Polikliniek Familiaire Tumoren
Hoorzitting resoluties CVS 19 maart 2014 Commissie voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu & de Maatschappelijke Hernieuwing.
Follow-up na mammacarcinoom
RISICOTAXATIE-INSTRUMENT (RITI-schaal)
Afdeling Studietoelagen Kwaliteitsnetwerk 31 januari 2005.
DE FILOSOFIE VAN MAMMOGRAFIE
G.J. Den Heeten Mireille Broeders Landelijk Referentie Centrum voor het Bevolkingsonderzoek op Borstkanker LRCB/UMC Nijmegen Screeningsleeftijd en het.
16 december 2005 Gezondheidsconferentie: bevolkingsonderzoek naar borstkanker De organisatie van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker Dr. Dirk DEWOLF.
Lanceerdag Draaiboek ‘neonatale opsporing van aangeboren metabole aandoeningen’ 20 oktober 2009 ‘Toekomstvisie’ dr. Dirk Dewolf Adjunct-kabinetschef minister.
Lanceerdag Draaiboek “NEONATALE OPSPORING VAN AANGEBOREN METABOLE AANDOENINGEN” 20 oktober 2009 ‘Informeren en sensibiliseren van de doelgroep vóór de.
Programma Verenigingsondersteuning Almelo
VERDERE OPVOLGING VAN DE VEILIGHEID
Lange termijn gevolgen van levende nierdonatie
Functiegesprekken in de praktijk.
havo B Samenvatting Hoofdstuk 1
Aanvraagprocedure 1.In het MOC verslag wordt voor de patiënt hadrontherapie voorgesteld. De patiënt contacteert via zijn behandelde arts een erkend radiotherapiecentrum.
Voorschrift op stofnaam en substitutie
Cursus man review medische laboratoria 2004 De management review Cursus voor het succesvol uitvoeren van de management review G. De Schrijver M.D., Ph.D.
Die ziekte in mijn familie krijg ik die later ook?
Het discriminatieverbod en redelijke aanpassingen Annelies D’Espallier
Spirometriedag voor kinderen ?
Visum en overheidsopdrachten
Bias in onderwijsevaluaties: Hoe gaan we er mee om? Dr. Benjamin Boerebach Strategie & Informatie, Bestuursstaf,
Train the Trainer Critical Appraisal of a Topic Dr Arno AW Roest Willem Alexander Kinderziekenhuis.
Christophe Lemmens Advocaat Gastprofessor UAntwerpen De Wet Medische Ongevallen: ziekenhuisinfecties, informed.
S YMPTOMEN EN BEHANDELING VAN OUDERE PALLIATIEVE PATIËNTEN MET KANKER Van Lancker, A., Beeckman, D., Van Den Noortgate, N., Verhaeghe, S., Van Hecke, A.
1 BORSTKANKERSCREENING Individuele Feedback Ambulante voorschrijfgegevens Huisartsen Gegevens 2002 tot en met 2007 PLATFORM KWALITEITSPROMOTIE Werkgroep.
© GfK 2014 | AFM Consumentenmonitor | Juni AFM Consumentenmonitor voorjaar 2014 Beleggers Juni 2014.
Dr. Urszula Kiendys. Vroege borstkanker detectie: georganiseerde borstkanker screening.
1 Medische Heroïne-Unit (MHU). 2 De MHU biedt: Gecontroleerde heroïnebehandeling onder medisch toezicht aan 20 patiënten Methadonverstrekking aan ca.
PROJECT ZOET ZWANGER SITUERING PROBLEEMSTELLING. 2 ALGEMENE SITUERING Wereldwijd diabetesepidemie Tegen 2030: 1 op 10 Belgen heeft diabetes  dringend.
Evaluatieonderzoek VVTO Engels Kees de Bot Sieneke Goorhuis BCN/RUG.
Gezondheid telt! in Boxmeer Kernboodschappen voor lokaal beleid M van Bon-Martens en M Rutten 22 maart 2007.
PROJECT ZOET ZWANGER RESULTATEN OP 1/10/ TUSSENTIJDSE RESULTATEN Aantal registraties Zes jaar na start tellen we registraties (±1.000 per.
Cardiopulmonale consulten op de huisartsenpost: interviewstudie Angel Schols Basisarts en promovendus.
GH de Bock Department of Epidemiology University Medical Center Groningen The Netherlands Nazorg voor patiënten met borstkanker in de huisartsenpraktijk.
BORSTKANKERSCREENING
Gedrag in organisaties Hoofdstuk VIII
EUTHANASIE.
De Kracht van Communicatie
BORSTKANKERSCREENING
BORSTKANKERSCREENING
Het effect van een preventieve behandeling van latente tuberculose-infectie op de levenskwaliteit van de patiënt LIEN JESPERS VUB, 4de Master HAGK Prof.
Feedback NRG 2011 Katrien Scheerlinck Attaché Audit VG-MZG - Datamanagement DG-GS FOD VVVL.
HOGE RAAD VOOR DE JUSTITIE | CONSEIL SUPERIEUR DE LA JUSTICE
De toelage voor participatie en sociale activering: cijfers 2017
Project zoet zwanger resultaten op 1/10/2016
Vast dossierhoudende praktijk
havo B Samenvatting Hoofdstuk 1
Multiple sclerose en toch niet alleen!!!
Rapport evaluatie proactieve flux V.T.
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Individuele feedback huisartsen 2019
Rapport evaluatie proactieve flux V.T.
Transcript van de presentatie:

1 BORSTKANKERSCREENING Individuele Feedback Ambulant voorschrijven Gynaecologen Gegevens 2002 tot 2007 PLATFORM KWALITEITSPROMOTIE Werkgroep van de NRKP (Nationale Raad voor Kwaliteitspromotie) Domus Medica – SSMG - RIZIV – IMA – KCE – BVAS - Kartel November 2009

2 Wie verstuurt deze feedback ? Nationale Raad voor Kwaliteitspromotie = intern orgaan van RIZIV / Dienst Geneeskundige Verzorging samengesteld uit 4 groepen –Overheid –Wetenschappelijke verenigingen en Universiteiten –Beroepsorganisaties –Mutualiteiten (VI’s) Platform Kwaliteitspromotie = werkgroep die de inhoud van de feedback (FB) vastlegt, onder toezicht van de NRKP + themaspecifieke projectpartners die hebben meegewerkt: de Gemeenschappen, het Consortium van screeningscentra, WIV, Kankercentrum, …

3 Ontwikkelingsproces FB Wetenschapp. WG kernboodschappen Individuele FB LOK sessie Literatuur, guidelines, consensus, data…. Wetenschappelijke kennis en ervaring Beschikbare (voorschrijf)gegevens Terreinkennis Praktijkkennis Basismateriaal KCE Ontwikkeling Feedbackdocu Platform Test feedback Evaluatie van feedback document

4 document is persoonlijk en vertrouwelijk integratie van: –data (eigen voorschrijfgegevens tov collega’s van LOK/provincie/gewest/nationaal) –EBM-ondersteunde kernboodschappen opgevat als instrument voor zelfevaluatie en kwaliteitsbevordering ondersteuning van LOK- peer review (vergoeding LOK-bespreking, didact. materiaal, website info, …) Uw feedback document

5 Inhoud van deze feedback Editie: november 2009 Deel 1 : Context van de feedback Deel 2 : Wetenschappelijke boodschap Deel 3 : Individuele gegevens

6 Deel 1 : Context van de feedback Borstkankerscreening : stand van zaken Doelstellingen Voor wie is deze feedback bedoeld ? Methodologie Contactpunt

7 De deelnamecijfers van 2002 tot 2007, verdeeld over drie periodes van 2 jaar, tonen een duidelijke toename. Tabel: Evolutie van de deelname (in %) van vrouwen van 50 tot en met 69 jaar aan een mammografisch onderzoek via mammotest ( ), via mammografie (450096, ) en in totaal  De deelname van vrouwen van 50 tot en met 69 jaar aan het bevolkingsonderzoek is nog niet optimaal. Stand van zaken

8 Vaststellingen die de aandacht trekken : - 24% van de vrouwen in de doelgroep hebben geen enkel mammografisch onderzoek ondergaan in de periode Voor de start van het bevolkingsonderzoek lieten 38% van de vrouwen in de doelgroep zich spontaan screenen dwz via mammografie (450096, ). In werd nog altijd 31% van de doelgroep op die manier onderzocht.  Belangrijk dat artsen en vrouwen omschakelen van hun vroegere gewoonte van opportunistische opsporing (via mammografie) naar het huidige aanbevolen bevolkingsonderzoek (via screeningsmammografie).

9 Welke doelstellingen ? Herinneren aan de wetenschappelijke aanbevelingen voor de opsporing van borstkanker in de algemene bevolking. Praktijkrelevante cijfers aanleveren in verband met borstkankerscreening (uzelf, LOK, anderen) Stimuleren van de opsporing van borstkanker via screeningsmammografie bij vrouwen van 50 tot en met 69 jaar.

10 Voor wie is deze feedback bedoeld? Er zijn 4 doelgroepen: Huisartsen Criterium : minstens 20 patiënten uit de doelgroep (50-69 j) in het eigen (toegewezen) patiëntenbestand in Gynaecologen Criterium : minstens 100 patiënten uit de doelgroep (50-69 j) in de eigen contactgroep in Radiologen Criterium : minstens 20 mammografische onderzoeken uitgevoerd in Medische huizen Criterium : minstens 20 patiënten uit de doelgroep (50-69 j) in het samengeteld patientenbestand van het medisch huis in

11 Welke methodologie gebruikt ? Dezelfde methodologie als de vorige feedback borstkankerscreening (cfr. Feedback april 2006 : gegevens van 2001 tot 2004) Informatie i.v.m. uitgevoerde mammografische onderzoeken bij vrouwen tussen 50 en 69 jaar in uw contactgroep tijdens de periode )Welke onderzoeken ? –Screeningsmammografie, eerste en tweede lezing (450192, ) –Mammografie (450096, )

12 2)Samenstelling van uw contactgroep –alle vrouwelijke patiënten die u minstens 1 keer tijdens de periode geraadpleegd hebben.

13 3)Welke (tweejaarlijkse) perioden? versus en )Welke gegevensbronnen? Geanonimiseerde ziekenfondsgegevens (afkomstig van de 7 VI’s) –Populatiegegevens 2007 (alle leden) –Facturatiegegevens voor verstrekkingen gezondheidszorg (hier : enkel ambulante verstrekkingen)

14 Kwaliteitsindicatoren Proces indicatoren = uitgevoerde handelingen door zorgverstrekkers  IMA gegevens = OK Uitkomst indicatoren = resultaten van de handelingen op klinische parameters van gezondheid/ziekte  IMA gegevens = niet OK

15 Indicatoren van feedback borstkankerscreening = Proces indicatoren ratio screeningsmammografieën/mammografieën couverture van de doelgroep gedrag van de gescreende vrouwen voorschrijver van mammografieën en screeningsmammografieën zie uitleg hierna

16 Vernieuwing van deze feedback 2009 (in vergelijking met vorige feedback 2006) –Korter (minder blz., geen grote tabellen) –Leesbaarder (kleur, lay-out, keuze van grafieken, …) –Voor de huisartsen en de medische huizen: afzonderlijke screeningspercentage voor de doelgroep mét en zonder GMD –Feedback Borstkankerscreening voor eerste maal verzonden naar de medische huizen (niet in 2006)

17 Wie contacteren ? Voorkeur via Specifieke webpagina’s via –Modellen van anonieme feedbacks –Link naar evaluatierapporten van IMA: –Diapresentatie voor LOK bespreking –Formulier voor vergoeding (€ 75) voor LOK-groep bij bespreking FB Discussie promoten op niveau van de LOK –Mailbericht aan LOK-voorzitters (HA) over deze nieuwe feedback –Op voorblad van feedback : Gelieve dit document te bewaren voor discussie in uw LOK

18 Deel 2 : Wetenschappelijke boodschappen Referentie: Paulus D, Mambourg F, Bonneux L. Borstkankerscreening. Brussel : Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) ; 2005 april. KCE Reports vol. 11A. Ref. D/2005/10.273/05. Contactpunt KCE: Administratief Centrum Kruidtuin Doorbuilding (10 e verdieping) Kruidtuinlaan Brussel Web:

19 Onderscheid: diagnose vs screening

20 Onderzoeksvragen Voordelen van systematische screening ? Nadelen van systematische screening ? Voorwaarden voor optimale screening bij vrouwen van 50 tot 69 jaar ? Wenselijkheid van systematische screening bij vrouwen van 40 tot 49 jaar ? Bovenste leeftijdsgrens voor borstkankerscreening ? Eventuele bijdrage van andere diagnostische technieken in borstkankerscreening ?

21 Argument 1 pro screening Behandeling van de tumor in een vroeg(er) stadium: – vergt een minder zware behandeling en – biedt een betere prognose. Een vrouw die zich 2-jaarlijks laat screenen vermindert haar risico om aan borstkanker te sterven met minstens de helft. Afweging: –Participatiegraad van (minstens) 70% is vereist voor een 30% daling van mortaliteit in de doelgroep

22 Argument 2 pro screening Vrouwen met negatief screeningsresultaat zijn gerustgesteld. Borstkanker is bedreigend: Bij 1 op 9 vrouwen wordt diagnose borstkanker gesteld voor leeftijd van 75 jaar. Meest voorkomende kanker bij vrouwen (35% van alle kankers) Afweging: Deze geruststelling kan gevaarlijk zijn bij intervalkankers.

23 Negatieve effecten van screening De voordelen van de screening moet men afwegen tegen de nadelen. Vals positieve testresultaten veroorzaken bijkomende (nutteloze en dure) onderzoeken en ernstige ongerustheid. Vals negatieve testresultaten leiden tot valse geruststelling. Intervalkanker Radiologie fout (belang van kwaliteitsbewaking) Andere nadelige effecten zijn Overdiagnose van borstkanker (10-30%) stralingsgebonden risico ten gevolge van de screeningsmammografie (erg laag risico)

24 Voorwaarden voor optimale screening ( jaar) Motivatie voor systematisch programma: –minder invasieve ingrepen –de verbeterde prognose –de betere kwaliteitsbewaking van de screeningsmammografie (Europese kwaliteitscriteria voor erkende BKScentra). Sensitiviteit rond 80-90% bij vrouwen van 50 tot 69 jaar.

25 Systematische screening bij jaar ? Geen enkele studie toont een voordeel. De nadelen van borstkankerscreening in deze jongere groep zijn groter. Sensitivity of mammo: laag (ongeveer 70%)

26 Bovengrens leeftijd BKS ? Geen klinische studies die aantonen dat programmatische screening boven 69 jaar nog doeltreffend is. De chronologische leeftijd van een individu volstaat niet om de participatie stop te zetten: lagere levensverwachting en hogere comorbiditeit spelen een belangrijke rol in deze beslissing. Vaak wordt 74 jaar als bovengrens voorgesteld voor vrouwen zonder ernstige comorbiditeit.

27 Bijdrage klinisch onderzoek ? Onvoldoende gegevens van doeltreffendheid: –gegevens over het effect op de specifieke borstkankersterfte ontbreken, –de predictief positieve waarde is ondermaats, in het bijzonder bij jongere vrouwen, –een systematische opsporing door middel van klinisch onderzoek voor borstkankerscreening vereist de inzet van aanzienlijke middelen voor een verwaarloosbaar voordeel in vergelijking met screeningsmammografie alleen.

28 Bijdrage zelfonderzoek borsten ? Geen doeltreffendheid aangetoond op vlak van sterftedaling. Bovendien heeft het zelfonderzoek niet te verwaarlozen neveneffecten wegens het hoge aantal vals positieve resultaten.

29 Bijdrage echografie ? Geen enkele richtlijn beveelt echografie aan als systematisch aanvullend onderzoek op screeningsmammografie, zelfs niet bij dense borsten. Geen doeltreffendheid aangetoond. Deze techniek telt een hoog aantal vals positieve resultaten en wordt eventueel gevolgd door meer invasieve onderzoeken. Echografie is verder technisch (kwaliteitscontrole) slecht bruikbaar voor systematische borstkankerscreening.

30 Bijdrage thermografie ? Geen doeltreffendheid aangetoond.

31 Bijdrage NMR ? Geen enkele richtlijn of wetenschappelijke studie beveelt NMR aan voor BKS bij de algemene bevolking omwille van –technische problemen (valse positieven) en –hoge kosten.

32 Samenvatting KCE rapport Dit literatuuroverzicht geeft onvoldoende argumenten om het screeningsprogramma op borstkanker door screeningsmammografie bij vrouwen van 50 tot en met 69 jaar in vraag te stellen.

33 Slaagkansen van een BKS-programma Afhankelijk van: Participatiegraad: –Europese aanbeveling: 70% aanvaardbaar, > 75% gewenst –Doelstelling: 75% in 2012 Kwaliteit van het onderzoek cfr. Europese normen –dubbele lezing –kwaliteitscontrole

34 Rol van de arts De behandelende arts is de gepriviligeerde partner om vrouwen degelijk te informeren over voor- én nadelen van borstkankerscreening.

35 Mammografische onderzoeken Voorschrijvers Deel 3 : Individuele gegevens - Hoeveel mammografische onderzoeken werden uitgevoerd binnen uw doelpopulatie ? - Hoeveel vrouwen kregen een mammografische onderzoeken ? - Wat is het screeningsgedrag van de vrouwen die gedurende 6 jaren deel uitmaakten van uw doelpopulatie? Patiënten - Wat is uw contactgroep en uw doelpopulatie ? - Wie zijn de voorschrijvers van mammografieën en screeningsmammo- grafieën uitgevoerd bij uw doelpopulatie van onderzochte vrouwen? Welke info voor de arts? - Welke zijn de bijkomende senologische onderzoeken ? Bijkomende onderzoeken

36 Welke info voor de arts? Patiënten - Wat is uw contactgroep en uw doelpopulatie ?

37 Welke contactgroep? Doelgroep Vrouwelijke contactgroep van een Belgische gynaecoloog (P50) Uw vrouwelijke contactgroep P 50 = percentiel 50 = mediaan = een centrale waarde

38 Horizontale as (X): leeftijdscategorieën per 5 jaar Vertikale as (Y): aantal patiënten (geen %) 2 grafieklijnen : 1 continue en 1 discontinue Uw vrouwelijke contactgroep = continue lijn Vrouwelijke contactgroep voor een mediane Belgische gynaecoloog (P50) Alle gynaecologen inbegrepen d.w.z. ook degene met minder dan 100 vrouwen uit de doelgroep in hun contactgroep. = discontinue lijn (ter vergelijking met de continue lijn ) Tussen de 2 vertikale oranje lijnen: vrouwen die deel uitmaken van de doelgroep borstkankerscreening. Figuur 1 : Uw vrouwelijke contactgroep

39 Tabel 1 : Uw doelpopulatie Leeswijzer tabel 1 Uw doelpopulatie = uw patiënten tussen 50 en 69 jaar ALLE vrouwen: met of zonder borstpathologie, symptomen of risicofactoren. Totaal aantal vrouwen : Dit aantal is misschien lager dan het reële aantal owv een selectie: o vrouwen nog in leven op het einde van de 2 jaar-periode o vrouwen tussen 50 en 69 jaar gedurende de periode van 2 jaren bv : een vrouw van 49 jaar in 2006 behoort niet tot de doelpopulatie het 1ste jaar van de periode (2006) bv : een vrouw van 69 jaar in 2006 behoort niet tot de doelpopulatie het 2de jaar van de periode (2007)

40 Welke info voor de arts? Mammografische onderzoeken Welke info voor de arts? - Hoeveel mammografische onderzoeken werden uitgevoerd bij uw doelpopulatie ? - Hoeveel vrouwen kregen een mammografisch onderzoek ? - Wat is het screeningsgedrag van de vrouwen die gedurende 6 jaar deel uitmaakten van uw doelpopulatie ?

41 Leeswijzer tabel 2 Onderscheid tussen screeningsmammografie en mammografie :  screeningsmammografie : enkel voor borstkankerscreening bij asymptomatische vrouwen. (ingevoerd op )  mammografie : normaal enkel bij symptomatische vrouwen. Tabel 2 : Aantal mammografische onderzoeken

42 Tabel 2 : Aantal mammografische onderzoeken Leeswijzer tabel 2 (vervolg) Enkel de ambulante mammografieën zijn hier in acht genomen om de opportunistische screening beter te omschrijven. Alle uitgevoerde mammografieën bij eenzelfde vrouw tijdens één dag, zijn slechts éénmaal geteld. (om een correcte verhouding te behouden tussen mammografieën en diagnostische mammografieën) Bv : 2 uitgevoerde mammografieën bij eenzelfde vrouw op 26 september 2006, zijn opgenomen als 1 mammografie in tabel 2 – periode

43 Tabel 2 : Aantal mammografische onderzoeken Leeswijzer tabel 2 (vervolg) Proportie screeningsmammografieën op het totaal van mammografische onderzoeken uitgevoerd bij uw doelpopulatie. Kan vergeleken worden met de situatie van de doelpopulatie van een gynaecoloog  Uit uw gewest  Op het nationaal niveau

44 Welke info voor de arts? Mammografische onderzoeken Welke info voor de arts? - Hoeveel mammografische onderzoeken werden uitgevoerd bij uw doelpopulatie ? - Hoeveel vrouwen kregen een mammografisch onderzoek ? - Wat is het screeningsgedrag van de vrouwen die gedurende 6 jaar deel uitmaakten van uw doelpopulatie ?

45 Onder Uw doelpopulatie De doelpopulatie van uw LOK (als uw LOK nummer ongekend is, wordt een punt geschreven) De doelpopulatie van uw provincie De doelpopulatie van uw Gewest De Belgische doelpopulatie Tabel 3 : Percentage onderzochte vrouwen Geen mogelijke vergelijking met de collega’s maar begrip van het verloop van de screening in een bredere context. Mogelijke vergelijking met de praktijk van uw collega’s in uw LOK

46 Controle tabel 3 teller = totaal aantal onderzochte vrouwen noemer = totaal aantal onderzochte vrouwen van tabel 1  : 361/462 = 78% : 356/492 = 72% : 430/505 = 85% teller = aantal onderzochte vrouwen door screeningsmammografie (tabel 2) noemer = totaal aantal onderzochte vrouwen van tabel 1  : 231/462 = 50% : 266/492= 54% : 332/505 = 66%

47 Welke info voor de arts? Mammografische onderzoeken Welke info voor de arts? - Hoeveel mammografische onderzoeken werden uitgevoerd bij uw doelpopulatie ? - Hoeveel vrouwen kregen een mammografisch onderzoek ? - Wat is het screeningsgedrag van de vrouwen die gedurende 6 jaar deel uitmaakten van uw doelpopulatie ?

48 Figuur 2 : Screeningsgedrag gedurende 6 jaren Uw doelpopulatie Doelpopulatie gedurende 6 jaren N = 341 In Vlaams gewest Doelpopulatie gedurende 6 jaren N =

49 Leeswijzer Figuur 2 : Noemer : Doelpopulatie gedurende 6 jaren : vrouwen die tot de doelpopulatie behoren gedurende 6 opeenvolgende jaren  vrouwen geboren tussen 1938 (max 69 jaar in 2007) en 1952 (min 50 jaar in 2002) Teller : Aantal onderzochte vrouwen via screeningsmammografie en/of mammografie NOOIT onderzocht gedurende de 3 bestudeerde periodes 1 KEER onderzocht : gedurende 1 van de 3 bestudeerde periodes 2 KEER onderzocht : gedurende 2 van de 3 bestudeerde periodes 3 KEER onderzocht : elk periode Uw doelpopulatie Doelpopulatie gedurende 6 jaren N = 341 In Vlaams gewest Doelpopulatie gedurende 6 jaren N =

50 Welke info voor de arts? Voorschrijvers Welke info voor de arts? - Wie zijn de voorschrijvers van mammografieën en screeningsmammografieën uitgevoerd bij uw doelpopulatie van onderzochte vrouwen?

51 Tabel 4 : Voorschrijvers van screeningsmammografieën Leeswijzer tabel 4 Wie zijn de voorschrijvers van screeningsmammografieën uitgevoerd bij de vrouwen van de doelpopulatie in uw Gewest ? o Alle gynaecologen o Alle huisartsen o Andere specialisten

52 Tabel 4 : Voorschrijvers van screeningsmammografieën Leeswijzer Tabel 4 (vervolg) In , kon slechts 20% van de voorschrijvers geïdentificeerd worden  heel beperkt inzicht van type voorschrijver Redenen : de registratie van de voorschrijvers van screeningsmammografieën is niet verplicht als het via de uitnodiging van een screeningscentrum gebeurt in gevallen waar vrouwen met een uitnodiging EN een voorschrift komen, variëren de coderingspraktijken in functie van de verschillende centra Dus :  het gaat hier over minimum percentages : ‘minstens’ 12% van de screeningsmammografieën worden door huisartsen in voorgeschreven.  onmogelijk de impact van het eerste spoor (voorschrift) versus het tweede spoor (uitnodiging) in te schatten

53 Tabel 5 : Voorschrijvers van mammografieën Leeswijzer Tabel 5 Wie zijn de voorschrijvers van mammografieën uitgevoerd bij de vrouwen van uw doelpopulatie ? o Uzelf o Huisartsen o Andere gynaecologen o Andere specialisten

54 Tabel 5 : Voorschrijvers van mammografieën Leeswijzer Tabel 5 (vervolg) Vergelijking van uw praktijk met degene van o Een gynaecoloog (P50) in uw Gewest (hier het Vlaamse Gewest) Vb : In schrijft een Vlaamse gynaecoloog (P50) 57% van de mammografieën uitgevoerd bij zijn doelpopulatie voor. o Een Belgische gynaecoloog (P50)

55 Bijkomende onderzeken - Welke zijn de bijkomende senologische onderzoeken ? - binnen 90 dagen na één screeningsmammografie - binnen 90 dagen na één mammografie Welke info voor de arts?

56 Leeswijzer tabel 6 Hoeveel bijkomende senologische onderzoeken uitgevoerd worden binnen 90 dagen bij vrouwen van uw doelpopulatie die een screeningsmammografie kregen?  dag van de screeningsmammografie b innen 90 dagen inbegrepen Tabel 6 : Bijkomende senologische onderzoeken uitgevoerd binnen 90 dagen na één screeningsmammografie

57 Leeswijzer tabel 6 (vervolg) Per type senologisch onderzoek: mammografie echografie van de borst punctie of biopsie van de borst alle drie onderzoeken samen Per periode: linkse kolom : aantal vrouwen met een bijkomend onderzoek rechte kolom : % screeningsmammografieën met bijkomende onderzoeken (=aantal vrouwen met een screeningsmammo. en minstens één bijkomend onderzoek / aantal vrouwen met een screeningsmammografie) In , worden enkel screeningsmammografieën in acht genomen die tot en met 30 september 2007 uitgevoerd worden t.o.v de beschikbaarheid van de data (prestaties tot en met 31 december 2007) Tabel 6 : Bijkomende senologische onderzoeken uitgevoerd binnen 90 dagen na één screeningsmammografie

58 Leeswijzer tabel 6 (vervolg) Het percentage vrouwen met bijkomende onderzoeken kan vergeleken worden met de situatie van de doelpopulatie van één gynaecoloog - uit uw Gewest - op het nationaal niveau Tabel 6 : Bijkomende senologische onderzoeken uitgevoerd binnen 90 dagen na één screeningsmammografie

59 Tabel 7 : Bijkomende senologische onderzoeken uitgevoerd binnen 90 dagen na één mammografie Leeswijzer tabel 7 Cf. leeswijzer tabel 6 Mammografie als referentieonderzoek = Als geen screeningsmammografie tijdens de periode uitgevoerd wordt, 1ste mammografie uitgevoerd tijdens die periode

60 Bedankt om deze feedback te bekijken. Aarzel niet erover te discussiëren binnen uw LOK

61 De websites De contactpersonen: Dr. Carl Cauwenbergh (NRKP) Anne Remacle (IMA) Meer informatie