Competentieprofiel CMD Een kleine handleiding
De competenties 1. Research & innovation 2. Concepting 3. Design 4. Multimedia production 5. Quality monitoring & implementation 6. Multidisciplinary teamwork 7. Communication 8. Projectmanagement 9. Sharing 10. Growth & reflection
Grondregels Iedereen, inclusief de hogerejaars, gaat over op het nieuwe competentieprofiel* Basisniveau van alle 10 comps verplicht in propedeuse Gevorderd niveau van alle 10 comps verplicht in hoofdfase Expert niveau van 6 comps verplicht in hoofdfase *Met uitzondering van cohort 2001. Hier gelden aparte regels voor.
Grondregels (2) Alle behaviours moeten tenminste één maal gedurende de studie aan bod komen Studenten mogen zelf behaviours toevoegen (maar niet weghalen!) Studenten laten POP aftekenen door vakdocenten
Major en Minors De opleiding CMD bestaat uit een Major van 120 EC aan verplichte studiepunten inclusief stage en afstuderen De Minor is een blok van 30 EC waarin je aan verplichte punten, èn aan keuzepunten werkt. Hierbij kan het om dezelfde competenties gaan
EC verdeling in propedeuse Comp niv EC Research & innovation B 9 Concepting B 9 Design B 9 Multimedia production B 12 Quality monitoring & implementation B 3 Multidisciplinary teamwork B 3 Communication B 3 Project management B 3 Sharing B 3 Growth & reflection B 6
EC verdeling in de hoofdfase Hoofdfase: G E 1. Research & innovation 3 - 2. Concepting 3 3 3. Design 3 3 4. Multimedia production 3 3 5. Quality monitoring & implementation 3 - 6. Multidisciplinary teamwork - 3 7. Communication - - 8. Project management 3 - 9. Sharing 3 - 10. Growth & reflection 3 -
Stage en afstuderen Stage: G Afstuderen: E 1. Multidisciplinary teamwork 6 2. Communication 3 3 Growth & reflection 3 Afstuderen: E 1. Research & innovation 6 2. Growth & reflection 6
Opstellen van een POP (1) Bedenk wat jouw activiteiten kunnen zijn en welke rol je op je neemt in het project Kijk in het competentieprofiel welke behaviours (gedragsindicatoren) bij die activiteiten passen. Hier mag je ook zelf nieuwe behaviours toevoegen. Let wel op dat je tijdens je studie alle behaviours een keer opneemt in je POP. Schrijf nu je activiteiten op bij de behaviours in je POP Als hulp bij het opschrijven van jouw activiteiten bij de behaviours kun je voorbeelden van de docenten gebruiken, die je dan aanpast aan jouw eigen plannen.
Opstellen POP (2) Bepaal niveau, waarbij je de volgende vuistregels hanteert: Basisniveau: je ziet essentie van een ingebracht probleem en voert op basis daarvan je taken uit Gevorderd: je legt verbanden, herkent oorzaken, vormt een visie; hiermee verantwoord je de uitvoering van je taken Expert: je formuleert een eigen strategie om nieuwe problemen het hoofd te bieden; in nieuwe situaties kun je dus als adviseur optreden
Opstellen POP (3) Bepaal het aantal te behalen EC. Per eerstejaarsproject kun je minstens 15 EC behalen. Meer mag ook, maar hou het geloofwaardig: 1 EC staat voor 28,5 studiebelastingsuren. Heb je één klein tekeningetje gemaakt, al is het nog zo mooi, dan kun je daar geen 3 EC mee verdienen. In de hoofdfase is 30 EC per minorperiode de norm. Als je per studiejaar 60 EC behaalt, lig je op schema. Overleg met je projectgroep en een vakdocent of alle taken in het project zijn afgedekt Vul nu je POP in
Rol mentor, tutor, vakdocent Met de mentor bespreek je de om de drie weken je studievoortgang in een één-op-één gesprek De tutor houdt projectvoortgang in de gaten in wekelijkse bijeenkomsten Met de vakdocent bespreek je de activiteiten die je gaat ondernemen in het project en het aantal EC dat je daarmee wilt halen
Assessments Bijeenkomst van vakdocenten en de projectgroep, waarin studenten hun competenties aantonen. Assessments vinden plaats halverwege het project en aan het eind. Houd je daarbij aan het volgende: Je POP moet vóór het assessment zijn goedgekeurd en afgetekend. Zo bestaat er geen twijfel over waar jij op geassessed wil worden en hoeveel EC je daarmee denkt te halen Het POP moet worden meegenomen naar het assessment. Zonder POP geen assessment
Match oude en nieuwe profiel (Voor hogerejaars) Analyse 3 V → research & innovation Functioneel ontwerp 3 V → design Grafisch ontwerp 3 V → design Hedendaagse technieken 3 V → research & innovation Onderzoek 3 V → research & innovation Overleg met externen 3 V → communicate Presenteren 3 V → communicate Schriftelijke vaardigheden 2 V → communicate Zelfontwikkeling 3 V → growth & reflection
Waar vind je wat? Het competentieprofiel staat online op http://www.cmd-leeuwarden.nl Verdere informatie wordt ook daar bij geplaatst