SO terug

Vaardigheden Soorten kaarten: Overzichtskaarten: - natuurkundige kaarten - staatkundige kaarten Thematische kaarten Topografische kaarten Schalen: Kleine schaal: Kaart met een groot gebied, minder details (overzichtskaarten) Grote schaal: Kaart met een klein gebied, veel details (topografische kaarten)

Antwoorden vaardigheden Opdracht 1: Noord-Europa Denemarken Overzichtskaart en Thematische kaart Natuurlijk: Land en Water (Hoogte, Rivieren, Zeeën, Meren, Fjorden, Bergtoppen) Staatkundig: Verkeerswegen, Grenzen en Plaatssymbolen (Snelwegen, Waterwegen, Spoorwegen, Landsgrenzen, Steden)

Antwoorden vaardigheden Opdracht 2: Afrika   1) Natuurkundige kaart 2) Topografische kaart 3) Fysisch: Geologie, Plantengroei, Bodemgebruik en Klimaat Economie: Mijnbouw/Industrie/Toerisme en Veehouderij Politiek: Staten heden, Staten 1937 en Vluchtelingen Bevolking: Etniciteit en Bevolkingsgroei/Honger

Antwoorden vaardigheden Opdracht 3: Amerika   1) - Verenigde Staten: Staten en Censusregio’s  eigenlijk thematisch! - Zuid-Amerika: Staatkundig 2) - Grootschalige kaart: Edge City Tysons Corner: 1 : 50 000 3) - Kleinschalige kaart: Klimaat Noord-Amerika: 1 : 75 000 000 Thematische kaarten Latijns-Amerika: 1 : 75 000 000

Globalisering verovert de wereld Economische blokken & wereldhandel

samenwerking tussen landen De huidige (economische) globalisering zou nooit mogelijk zijn geweest zonder hulp van de politiek, waarom niet? verschillende stadia • vrijhandelszone • douane-unie • gemeenschappelijke markt (met supranationaal orgaan) • economische unie (b.v. Europese Unie)

NIC’s tegenwoordig NIE’s Met de Newly Industrialized Countries, oftewel NIC's worden landen met een snelgroeiende economie bedoeld. Hieronder vallen Singapore, Thailand, China, Maleisië, Hongkong, Taiwan, Turkije, Vietnam, Filipijnen en Indonesië. De economische groei bedraagt 8-10% per jaar. Er is sprake van een exportgeleide groei met daarnaast importbeperkingen voor een aantal specifieke producten. Het buitenland investeert fors in deze landen. De NIC's van de eerste generatie (jaren tachtig) zijn Hongkong, Taiwan, Singapore en Zuid-Korea, de tweede generatie (jaren negentig) zijn Indonesië, Maleisië en Thailand. Recent zijn daar nog China, Vietnam en de Filipijnen bijgekomen.

NIC’s tegenwoordig NIE’s De ontwikkeling van de NIC's gebeurt in verschillende fasen. Voor de eigenlijke ontwikkeling is het land overwegend agrarisch en importeert ze de veruit de meeste verbruiksgoederen. 1) De overheid tracht het land te industrialiseren door de laaggeschoolde landbouwers in te zetten als arbeiders. (eenvoudige verbruikgoederen zoals kleding) 2) Het land gaat goederen ook exporteren. Geleidelijk aan schakelt de economie over van eenvoudige naar metalen producten, zeker in het geval van Japan in de jaren vijftig (bromfietsen, auto's, tankers, ... ). 3) Men gaat over tot de productie van (hoog)technologische producten. De lonen stijgen in deze fase ook. 4) Als volwassen NIC in staat zijn om te investeren in nieuwe NIC's. Japanse bedrijven hebben bijvoorbeeld een deel van hun productie verhuisd naar China, Zuid-Korea, ...

handelsafspraken (WTO) • vroeger: hoge invoerrechten - inkomsten van een land - bescherming werkgelegenheid • nu: streven naar geen/lage invoerrechten - liberalisering handel en diensten - open grenzen • hoofdlijnen komen vaak van G8 (G7 + Rusland) toenemende invloed van G20 (ontwikkelingslanden) (met BRIC-landen) Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, de Verenigde Staten en Canada

wereldhandel • steeds meer productie voor buitenlandse markt • meeste handel binnen triade (West Europa, Noord Amerika & Japan) • snelle groei Opec-landen (Oil Producing and Exporting Countries) en Nic’s geldverkeer • vooral in en tussen rijke landen • ook in nic’s • flitskapitaal • in arme landen: mikrokredieten Opec zijn: Algerije Indonesië Irak Iran Koeweit Libië Nigeria Qatar Saudi-Arabië Venezuela Verenigde Arabische Emiraten

maken Van 1.3: 1, 2, en 4 ------------------------------------------------------------------- Huiswerk voor vrijdag: Leren 1.3 t/m Wereldhandel Afmaken 1, 2, en 4 Vrijdag 19 maart SO(2) 1.1 t/m 1.3