Onderkoeling & verdrinking
WARMTEAFGIFTE warmte-uitstraling warmte-geleiding verdamping stroming Bij stijging van de lichaamtemperatuur wordt de warmteafgifte verhoogd door: a. verhoging zweetklierproduktie b. verhoging van de huiddoorbloeding
WARMTEAFVOER: vnl. op die plaatsen waar grotere bloedvaten oppervlakkig zijn gelegen: hoofd- en halsgebied (> 50 %) oksels en borstkas (± 20 %) liesstreek (± 20 %) N.B. e.e.a.. gemeten in tochtvrije ruimte in zwemkleding
OORZAKEN ONDERKOELING luchtstroming langs het lichaam terwijl onvoldoende of niet geschikte kleding wordt gedragen verblijf in koud* water lage omgevingstemperaturen terwijl het lichaam onvoldoende door kleding wordt geïsoleerd * alle oppervlakte water met een temperatuur lager dan 260 C
OVERLEVINGSFACTOREN watertemperatuur luchttemperatuur angst hyperventilatie hydrostatische druk (is de langdurige omgevingsdruk van het water op het lichaam, op 1 meter diep = 1,1 atmosfeer) stroming van lucht stroming van water bewegen ziekten/medicijnen lichaamsgewicht roken alcohol voeding drinken
hydrostaisch drukverval Bij redding uit het water valt ( met name bij langdurig verblijf in het water) de druk weg en de zwaartekracht wordt weer merkbaar. Bij een vertikale redding kan het bloed naar de benen zakken. Wanneer het hart deze zwaardere belasting niet aankan kunnen shock, bewusteloosheid en hartritmestoornissen ontstaan. Ook wordt het relatief warme bloed uit de kern door de koude onderste ledematen getransporteerd waardoor afkoeling en indikking van het bloed plaats vindt.
WINDCHILL - TABEL 2=ZWAK 0=WINDSTIL 3=ZWAK/MATIG 4=MATIG LUCHTTEMPERATUUR IN GRADEN CELSIUS WINDKRACHT M/S KM/H 10 5 -1 -7 -12 -18 -23 -29 -34 -40 0=WINDSTIL 0-1 0-4 10 5 -1 -7 -12 -18 -23 -29 -34 -40 2=ZWAK 2,5 9 9 3 -3 -9 -15 -21 -26 -32 -38 -44 3=ZWAK/MATIG 4,5 16 5 -2 -9 -16 -23 -30 -36 -43 -50 -57 4=MATIG 24 2 -6 -14 -21 -29 -36 -43 -50 6,7 -58 -65 ……. 8,9 32 -8 -16 -24 -32 -40 -47 -55 -63 -71 11,2 40 -1 -9 -18 -26 -34 -42 -51 -59 -67 -76 5=VRIJ KRACHTIG 13,4 48 -2 -11 -19 -44 -53 -61 -70 6=KRACHTIG -28 -36 -79 ……. 15,6 56 -3 -12 -20 -29 -37 -45 -54 -63 -72 -81 7=HARD 17,9 64 -3 -13 -21 -30 -38 -46 -55 -64 -73 -82
KERNTEMPERATUUR < 36 0 C bleek gelaat kippevel bibberen/klappertanden krachtsverlies vermindering van het oordeelsvermogen suf en slaperig weinig interesse passiviteit KERNTEMPERATUUR < 34 0 C desoriëntatie apathie/ agressie ernstige verstoring van lichaamsfuncties door uitval van orgaanfuncties ademhaling langzamer zwakke pols moeilijk te herkennen en/of te corrigeren herstel mogelijk indien verhoogde stofwisseling en het rillen effect heeft
KERNTEMPERATUUR < 320 C uitputting euforisch onmacht voor gecoördineerde handelingen rillen stopt geen meetbare bloeddruk spierstijfheid verlaging van bewustzijn verdere verstoring van lichaamsfuncties KERNTEMPERATUUR< 300 C bewusteloosheid gevolgen van hydrostatische druk verergeren temperatuursregulatie functioneert niet meer zeer langzame ademhaling geen reflexen hartkamer fibrillatie (niet goed samenknijpen van de hartspier) bij bewegen Indien juist en op tijd behandeld: heeft 50 % van de slachtoffers kans op overleven
PREVENTIE Na te water raken: voorkom paniek zorg voor drijfvermogen en adembescherming geen of minimale zwembeweging juiste houding aannemen
TE VERWACHTEN PROBLEMEN: desoriëntatie vermoeidheid en uitputting algehele spierverslapping krachtsverlies afkoeling water in de ogen water in de luchtwegen waterslikken verdrinking HOUDING TE WATER Heat Escape lessening Posture (HELP)
temperatuurverschil (water kouder dan 15 graden) Cold shock Dry drowning duikreflex
Cold shock Niet te beheersen hyperventilatie waardoor water wordt ingeslikt door het slachtoffer. Gevolgd door verhoogde hartsamentrekkingen (tachycardie) en bloedvatvernauwing met als gevolg een stijging van de bloeddruk (hypertensie) Door deze complicaties kan per direct een hersenbloeding, hartinfarct of fibrilleren van de hartkamers het gevolg zijn.
Dry drowning & duikreflex Dry drowning: door inslikken van koud water kan een kramptoestand van d estembanden in het strottehoofd plaats vinden, waardoor geen water in de longen komt. Duikreflex: door onderdompeling van het gelaat in koud water kan door deze prikkel kramptoestand van de stembanden optreden. Met als gevolg verlaagde hartslag en ademhalingsstilstand.
HOUDING TE WATER BIJ EEN GROEP HUDDLE het vormen van concentrische cirkels (b.v. 3 personen (zieken, gewonden en de magersten) in de middelste cirkel daarom- heen 5 en zo verder tot alle drenkelingen deel uitmaken van het pakket. De dikste personen in de buitenste cirkel De overlevingstijd kan hierdoor met een factor 5 worden verlengd (afhankelijk van de compactheid van de groep)
VOORKOM EXTRA WARMTEVERLIES EERSTE HULP maak en houd de ademweg vrij beadem zo nodig (geen koude zuurstof) voorkom extra warmteverlies blijf het slachtoffer controleren (24 uur >) geef evt. warme drank (bouillon) waarschuw deskundige hulp VOORKOM EXTRA WARMTEVERLIES breng het slachtoffer in de luwte van de wind(chillfactor) kleedt het slachtoffer niet uit pak het slachtoffer in m.b.v. (aluminium) dekens, waarbij ook het hoofd en de hals (50% verlies) Worden bedekt
2de verdrinking Deze complicatie kan enkele uren tot 24 uur na de verdrinking plaats vinden. Doordat water in de longblaasjes is terecht gekomen wordt het celmembraam en longhaarvaten beschadigd. Hierdoor treedt een hyperpermeabiliteit op, met als gevolg vochtophoping in de longen. Het beschermende “surfactant”, het aanwezige eiwitrijke longblaasvocht en lymfevocht geven het verschijnsel van het ophoesten van roze-rood schuimend bloed/vocht mengsel. Het slachtoffer verdrinkt als ware in zijn eigen vocht en wordt ernstig kortademig.
NOOIT DOEN !!! bewegen alcohol geven wrijven koffie geven sneeuw/ijs in de mond smelten