Onderzoek topsportklimaat in Nederland Maarten van Bottenburg  Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap, Universiteit Utrecht M.m.v. Agnes.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Loopbaanbegeleiding in het groene onderwijs
Advertisements

Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
Leefgroepen in de kleuterschool
IMPIAN ANAK in 12 vragen…veel meer informatie en foto’s vind je op www
Beleid vervroegd doorschuiven jeugd naar dames en heren 1 Oktober 2012.
Onze kernwaarden.
LTAD in wielrennen.
Workshop Help, er loopt een talent in onze vereniging Angela Verkerk Talentbegeleidster ONZH – regio Dordrecht.
Pilot Loondispensatie Oktober •Aanleiding aanmelding / deelname pilot •Doelgroep •Toegangstoets •Uitgangspunten - ontwikkelingen •Huidige status.
Mijn naam is Willem Wind. Mijn naam is Willem Wind En ik ben hoogbegaafd.
Samen bouwen aan zelfvertrouwen
Inleiding Mentale Training Rico Schuijers
1 11/07/ Waterpolo Utrecht Van Kernsport tot Focussport!
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn, maar dat wìj verantwoorde- lijk zijn voor wie.
Expertisegroep Haptotherapie en Topsport (Sjoerd van Daalen), voor NOC*NSF, 3 april 2013.
Aanpassing Selectie beleid. Waarom aanpassingen in het huidige selectie beleid?
Een sociale weg naar gemengd onderwijs
Randstad Werkmonitor state of mind arbeidsmarkt (werknemer perspectief) juli – augustus 2007 B
Motiveren Leidinggeven Blz. 143.
samenhang Resultaten Processen Persoon Wat het oplevert Wat je doet:
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Sjerp de Vries, Fransje Langers, Josine Donders & Agnes van den Berg
Geen woorden maar daden!? Over het belang van een actieve seniorenraad
Hoe kunnen we een lerende eigenaar maken van zijn eigen ontwikkeling?
Evenwicht Het is van belang dat er een evenwicht bestaat tussen alle bronnen Grotere kans op positieve ervaringen 1.
MENSELIJKE ONTWIKKELING OUDER-KIND RELATIE 0 – 3 JAAR
Vocht en wielrennen. Begeleidend document Vocht en wielrennen Als ex- topsportster werd mij gevraagd om mijn ervaringen te vertellen op het gebied van.
DE GRENZEN VAN HET PRESTATIEVERMOGEN
Gezondheid, basis voor jouw toekomst!
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn,maar dat wìj verantwoorde-lijk zijn voor wie we.
MIS HET NIET! JE DIPLOMA.
Voorbereiding SE 1 Aardrijkskunde 2015.
NAJAARSVERGADERING NOVEMBER KNSB en haar leden.
Strategisch belang van de internaten en opvangcentra GO!
OPMERKING: To change the image on this slide, select the picture and delete it. Klik vervolgens in de tijdelijke aanduiding op het pictogram Afbeeldingen.
Presentatie ledenbijeenkomst Viteria d.d dagen decentralisaties, Een zegen of een vloek? Tonny van Hensbergen, Federatie Opvang “Ieder mens.
Regie over eigen leven..
Wat is geschiedenis en wat heb je eraan?
Echt in contact treden met de student André Baars, Onderwijspsycholoog (
© Mulier Instituut, Utrecht Belemmeringen om te sporten & bewegen Platform Sportdeelname, 12 november Remko van den Dool November 2015.
Resultaten van een Europese studie over racisme in Londen, Parijs en Brussel op het gebied van detailhandel en het openbaar vervoer.
Sowebatraining bovenbouw. Doel van de Sowebalessen! Het aanleren van sociaal competent gedrag en de daarbij behorende vaardigheden Het aanleren van sociale.
De Deltamethode.
De financiële setting na 1 januari 2015 en de consequenties voor de zorgboerderij Hans Pietersma.
Rugby Club ‘t Gooi Ambitie en (Re-)organisatie. Terugkijkend In 5 jaar tijd jeugd bijna verdubbeld – Van 100 naar 200 – Succesvol jeugdbestuur opgezet.
Gezondheidsbeleid in de wijk Stevenshof Veilig opgroeien Werkgroep School Schoolgezondheidsprofiel Schoolprofiel in Ingevuld door 16 collega’s.
Wat is oud? Inleiding door: Arie Stolk redactielid Geron.
Landelijke Beroepsvereniging Coördinatoren vrijwilligerswerk Corry Baarsma, lid van bestuur AGORA Regiocoördinator vrijwilligerswerk bij grote zorginstelling.
Ontwikkelingen in de Dordtse wijken 15 mei drs Jan Schalk.
| pagina 1/x | Afdeling Communicatie De postinitiële scholingsmarkt SER-ontwerpadvies in hoofdlijnen, maart 2012.
Workshop Starten met je onderzoek Hans de Braal en Gert-Jan de Fijter.
Mantelzorg is goedkoop maar niet gratis Voordracht van prof. Guus Schrijvers bij het Congres organisatie en financiering van CVA-zorg op weg naar 2020.
Wij. Roverscoutswet Ik beloof* mijn best te doen een goede Roverscout te zijn, iedereen te helpen waar ik kan en me te houden aan de Scoutingwet. Ik wil.
Uitkomsten van de enquête van ouders Maart 2014 De stelling was: Oudergesprekken vind ik belangrijk, ik ga daar naar toe. Gemiddelde score t.o.v. het.
 Actief lid zijn van de KBO Nu en in de toekomst In gesprek met de leden Ellen van Troost van Moveo Training & Advies.
Zelfhulpgroepen voor allochtonen werkt! Zelfhulpgroepen voor allochtonen werkt!
Ambitie: +10% sportparticipatie Meer mensen, vaker, actief te laten sporten, over een langere periode in hun leven Bron: Rapportage Sport 2010 (AVO 2007)
Talentontwikkeling “Zoek en vind het talent van ieder kind”
OSR onderzoek Tevredenheid schoolleiders kwaliteit OSR-opgeleide docenten.
Rijk geschakeerd! Decentralisatie en participatie: trends, relaties en gevolgen Prof. dr. Kim Putters Waalwijk, 7 november 2014.
Professionele ruimte voor professionele identiteit van beginnende leraren Han Leeferink Radboud Docenten Academie BSL-project Onderzoekers: Harmen.
Sturen op ambitie in het sociaal domein
Wegen van waarden en randvoorwaarden
District Oost Nederland
§ 1.1 Identiteit Identiteit is het beeld dat iemand van zichzelf heeft, dat hij uitdraagt en anderen voorhoudt en dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwt.
SHEQ SHQ.
Topsport en breedtesport
De waarde van Le Grand Départ Utrecht 2015
D-jeugd (en verder).
Aan de slag met werkdruk: nieuwe plannen uit de sector
Transcript van de presentatie:

Onderzoek topsportklimaat in Nederland Maarten van Bottenburg  Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap, Universiteit Utrecht M.m.v. Agnes Elling, Remco Hoekman, Remko van den Dool  W.J.H. Mulier Instituut Met subsidie van:  Ministerie van VWS  NOC*NSF Uitgegeven door:  ARKO Sports Media

Nederlandse Nobelprijswinnaars natuurwetenschappen, Bron: Willink 2007

Wetenschappelijke bloeiperiode “De tweede gouden eeuw” (Willink 2007) Geen toevallige geboorte van grote talenten, maar verbetering van klimaat voor natuurwetenschappelijk onderzoek Verbetering vooropleiding voor exacte wetenschappen (invoering HBS, uitbreiding aantal uren wis-/natuurkunde) Verbetering onderzoeksmogelijkheden door verbeterde laboratoria Aanstelling meer en beter betaalde hoogleraren Statusverhoging hoogleraarschap Inhaalslag ten opzichte van concurrerende landen

Bloeiperiode Nederlandse topsport ?

In elk geval (nog) niet ten aanzien van de Paralympische Spelen

Bloeiperiode Nederlandse topsport Verbetering topsportklimaat, waarin een talent herkend wordt en kan gedijen. Topsport Verbetering talentontwikkeling en trainingsprogramma’s Verbetering topsportmogelijkheden (wedstrijd/trainingsfaciliteiten) Meer en beter betaalde topsporters Statusverhoging topsporters Inhaalslag t.o.v. concurrerende landen Wetenschap Verbetering opleiding voor exacte wetenschappen Verbetering onderzoeks- mogelijkheden (verbeterde laboratoria) Meer en beter betaalde hoogleraren Statusverhoging hoogleraren Inhaalslag t.o.v. concurrerende landen

Topsportbeleid Koerswijziging eind jaren tachtig  Topsport van hobby naar primaire tijdsbesteding Topsportbeleid systematisch en planmatig gericht op verbetering topsportklimaat  Trainings- en wedstrijdaccommodaties  Leefsituatie topsporters (o.m. invoering stipendium)  Trainingsprogramma’s (WCPP)  Opleiding en leefsituatie topcoaches  Wetenschappelijk onderzoek en technologische innovaties  Talentontwikkeling en talentherkenning  Focus en prioritering

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Onderzoeksvragen Onder welke omstandigheden wordt de topsport in Nederland beoefend? Komt dit tegemoet aan de ambities van topsporters, topcoaches en topsportbonden? Welke maatregelen zijn genomen? Is het topsportklimaat hierdoor verbeterd? Heeft dit geleid tot meer succes? Vanuit welke filosofie en strategie richten sportorganisaties, overheden en bedrijfsleven zich op het verbeteren van het topsportklimaat? Welke bedoelde en onbedoelde gevolgen gaan er van dit beleid uit?

Onderzoeksmethoden # door Agnes Elling # # * In 2005

Responsverdeling en –totalen 0-meting 1998, 1-meting 2002, 2-meting 2008 TopsportersTopcoachesCoördinatoren Oud-T 188

Onderzoeksmethoden Alle sporters die in Nederland een topsportstatus hebben (A, B en HP) en als zodanig aanspraak kunnen maken op specifieke voorzieningen en financiële middelen. Gevarieerde groep: A-, B- en HP-; Olympische en niet-Olympische; gehandicapte en niet-gehandicapte topsporters. Leeftijd: van 15 tot 62 jaar, gemiddeld 28. Sporten: niet alleen Olympische sporten, ook bijvoorbeeld dammen, zitvolleybal, wushu, jeu de boules en poolbiljart.

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Topsportinvesteringen zijn toegenomen Uitgaven aan breedtesport namen in dezelfde periode nog sterker toe. Totale uitgaven aan topsport in 2008: >100 miljoen (incl. sportbonden en gemeenten; excl. betaald voetbal, commerciële sportploegen en privé-sponsors).

More money in, more medals out

More money in, more medals out ???

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Structuur en organisatie Sterk Lange termijn strategie Ambitie Centrale aansturing Resultaatgerichtheid Durf om keuzes te maken “alles prima geregeld” “enorm vooruitgegaan t.o.v. voorgaande jaren” “goed ingericht om topsportprestaties te leveren” Zwak Amateurisme Vriendjespolitiek Instabiliteit Gebrek aan transparantie Onvoldoende communicatie “het is veredelde amateursport” “wanneer ik zelf een eigen planning kan maken, presteer ik meestal beter” “de wensen van de sporters worden volledig genegeerd” (beachvolleybal, curling, dammen, futsal, judo, kanoën, karate, roeien, rolhockey, skeeleren, schermen, snooker, softbal, tafeltennis, trampolinespringen, taekwondo, Zitvolleybal)

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Sportcultuur Hier beperkt tot: de mate waarin de Nederlandse bevolking deelneemt aan sport Sportbeoefening kinderen/jongeren op all time high: 6-11 jaar: 95%, jaar: 92% Bewegingsonderwijs lijkt de zwakste schakel: 95 minuten bewegingsonderwijs per week in B.O 60% van scholen zonder vakleerkrachten beperkte samenwerking school en sportvereniging

Topsportcultuur In onderzoek beperkt tot de mate waarin de Nederlandse bevolking topsport volgt, steunt en waardeert

Topsportcultuur

Status-incongruentie De reputatie van het beroep wordt bepaald door de bekendste topsporters. De reputatie van de topsporter wordt steeds opnieuw publiekelijk bevestigd en veralgemeend: “topsporters zijn rolmodellen”.  Topsporters ervaren een tegenstelling tussen de toegewezen en ervaren reputatie, bijv. in continue strijd om voorrang tussen sport, studie en werk.  Topsporters ervaren tegenstelling tussen status als wereldkampioen in eigen sportcircuit en onbekendheid bij grote publiek. Dit kan leiden tot een gevoel van miskenning en onderwaardering. “Wij zouden meer gerespecteerd moeten worden” “Wij zouden meer waardering moeten krijgen”

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Meer sporten, minder verdienen Topsporters met A-status (niet-gehandicapt) Gemiddeld aantal uur training17,419,522,3 Gemiddeld aantal dagen trainingsstages per jaar34,448,459,6 Combineert topsport met ander betaald werk47%39%35% Gemiddeld jaarinkomen-€ € “De verdiensten zijn niet in verhouding tot wat je er zelf in investeert” “Voor jonge sporters is het stipendium ‘top’. Maar oudere topsporters kunnen geen gezin onderhouden van zeventig procent van het minimumloon” “Wanneer je ambities in je sport hebt, heb je dat ook in je werk. Dat gaat steeds meer van je eisen, totdat je een keuze moet maken. Dan is de vraag: wat moet je de rest van je leven doen?”

Televisie-aandacht

Afscheid nemen van topsport Stoppen met topsport is vergelijkbaar met een soort pensionerings- of zelfs rouwproces; een proces waarin zij afscheid moeten nemen van een eerder leven en een nieuwe identiteit moeten ontwikkelen. Al blijven zij altijd ‘oud- topsporter’.  20% van ex-topsporters abrupt gestopt, veelal noodgedwongen  42% twijfelde minder dan een jaar  29% twijfelde één of twee jaar Twee meest genoemde redenen om te stoppen met topsport  Blessures (door 33% genoemd, voor 21% doorslaggevend)  Prioriteit bij school of werk (16% genoemd, 17% doorslaggevend)

Afscheid nemen van topsport Invloed topsportloopbaan op verdere maatschappelijke kansen en mogelijkheden MannenVrouwenTotaal Niet van invloed28%43%36% Vooral positief van invloed66%52%59% Vooral negatief van invloed6%5%6%

Zwart gat? Overschat én onderschat  Overschat: voor de meeste topsporters verloopt de overgang van de topsport naar een nieuwe maatschappelijke positie soepel  Onderschat: topsporters zijn zelfverzekerd en beseffen niet altijd dat zij na het afscheid nemen op zoek moeten naar een nieuwe identiteit, dat gepaard kan gaan met een moeilijke periode. Dit geldt vooral wanneer het afscheid niet gepland was, maar gedwongen, bijvoorbeeld door blessures. Identity foreclosure  Een topsporter zijn, is niet alleen iets dat je doet; het is ook iets dat je bent. Valt de topsport weg, dan rest de vraag: wat/wie ben ik nog meer dan een oud-topsporter? “Als je topsport bedrijft, dan heb je echt oogkleppen op, ben je voornamelijk met jezelf bezig. Dan merk je ook dat je een beperkte kijk hebt op het leven. Toen ik eenmaal maatschappelijk was begonnen, kreeg ik in heel korte tijd een flinke aanvulling.”

Pijler 2 Structuur en organisatie van beleid NOC*NSF, sportbonden, overheden Pijler 9: Wetenschappelijk onderzoek Talentontwikkeling Pijler 1 Financiële ondersteuning Overheden, lotto-gelden, bedrijfsleven, sporters INPUT Talent identificatie systeem Pijler 4: prestatie Pijler 6: Trainingsfaciliteiten Pijler 7: Voorzieningen en opleiding van coaches Pijler 8: ( Inter)nationale competitie Pillar 10 Omgeving van topsport: media & sponsoring Na-carrière Pijler 5: perfectie Atletische carrière De Bosscher et al., 2006 THROUGHPUT Pijler 3: initiatie Participatie Georganiseerde sport (clubs) Niet georganiseerde sportbeoefening en Lichamelijke opvoeding op school OUTPUT OUTCOME beter topsportklimaat

Topcoaches: beleid heeft vruchten afgeworpen Meer topcoaches beschouwen zichzelf als voltijds coach Meer topcoaches vinden dat hun beroep voldoende erkenning krijgt in Nederland Het gemiddeld inkomen (zowel uit sport als in het algemeen) van topcoaches is toegenomen Topcoaches hebben een positiever beeld van hun carrièreperspectief Beoordeling topcoaches van hun carrièreperspectief Goed/voldoende24%34% Redelijk25%32% Onvoldoende/slecht51%34% Blijvende problemen: werkdruk, te veel taken, tekort aan aandacht/tijd voor talenten

Beoordeling topsportklimaat

Sterkste en zwakste punten Sterk Organisatie topsport Voorzieningen topsporters Begeleiding door topcoaches Logistieke voordelen Succesbeïnvloedende factoren Financiële ondersteuning Sportparticipatie Trainingsfaciliteiten Trainer/coach-voorzieningen Talentontwikkeling Zwak Organisatie topsport Beperkte financiën Positie trainer/coach Gebrek aan topsportcultuur/mentaliteit Belangrijkste verbeterpunten Financiële ondersteuning Talentontwikkeling Trainer/coach-voorzieningen Sportparticipatie Topsportcultuur

10 conclusies 1.Op langere termijn gezien is sprake van een structurele prestatieverbetering. Deze is het gevolg van een structurele verbetering van het topsportklimaat sinds de jaren negentig. Deze verbetering heeft zich in de afgelopen vier jaar doorgezet. 2.De uitgaven aan topsport uit collectieve middelen zijn toegenomen van 95 miljoen ( ) tot 175 miljoen ( ). Het aantal gewonnen medailles heeft hiermee geen gelijke tred gehouden. Dat wil niet zeggen dat het topsportbeleid minder effectief is. Andere landen investeren (nog) meer. 3.De organisatie van de topsport krijgt zowel waardering als kritiek. De knelpunten doen zich voor bij de kleinere sportbonden. 4.De Nederlandse bevolking erkent topsport als (nastrevenswaardig) beroep, ervaart een positieve invloed van topsport, en steunt de ‘top tien-ambitie’. Topsporters voelen echter een gebrek aan erkenning.

10 conclusies 5.Meer topsporters beoefenen hun sport voltijds en besteden hieraan meer trainingstijd. Topsporters uit de top drie of top acht trainen meer uur dan topsporters met een lagere positie. 6.Een meerderheid van de topsporters combineert topsport met studie of werk; veelal uit noodzaak. Die combinatie wordt steeds lastiger door de toenemende druk om meer te trainen. Die druk vloeit voort uit de internationale concurrentie en wordt versterkt door de jacht op goud in een mondiale medaillewedloop. 7.De meeste sporters waarderen het prestatiegerichte topsportklimaat en hebben de hierbij behorende waarden verinnerlijkt. Zij willen meer trainen en zijn bereid daarvoor andere zaken (studie, werk) – in elk geval tijdelijk – op de achtergrond te plaatsen. “everyday you have to work out to keep you focus on everything you do with your body and mind. No other thoughts; pure focus”

10 conclusies 8.De toenemende focus op de sportloopbaan gaat gepaard met een afname van het gemiddeld jaarinkomen. Het stipendium wordt positief gewaardeerd. Maar voor oudere topsporters vormt deze geringe toelage een serieus knelpunt om hun sportloopbaan voort te zetten. 9.Het zwarte gat wordt tegelijkertijd overschat en onderschat. Doordat de druk op topsporters groeit, kan het aantal topsporters met een ‘eenzijdige identiteit’ toenemen. De kans dat dit tot een probleem ontwikkelt, is groter bij topsporters die gedwongen zijn om afscheid te nemen. 10.Het topsportklimaat voor begeleiders is verbeterd, in het bijzonder voor topcoaches. De snelheid waarmee topsporters bij (para)medische begeleiding terecht kunnen, is teruggelopen.

2 dilemma’s 1.Meegaan of afhaken? In de top 10-ambitie concurreren we – op Australië na – met landen die ongeveer drie keer zoveel inwoners en een drie keer zo hoog BNP hebben. Om de ambitie te realiseren zal naar verhouding meer, slimmer en gerichter moeten worden geïnvesteerd. 2.Diversiteit of prioriteit? 91% van alle Olympische medailles die Nederland heeft gewonnen tussen 1948 en 2008, zijn behaald in negen takken van sport; en 64% van het goud in schaatsen, zwemmen en wielrennen. Het topsportgeld wordt echter verdeeld over 57 sportbonden. Moeten we prioriteren of verdelen, en hoe? In welke takken van sport zijn medailles ons het meeste waard?

Met dank aan alle topsporters, topcoaches en topsportcoördinatoren voor hun deelname aan de enquêtes en interviews!