Examenroute Zoetermeer 2016. Startpunt: Zegwaartseweg 27 2722 PP Zoetermeer.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Klik hier voor de uitleg van de quiz
Advertisements

Praktisch verkeersexamen
VOORRANG: NIET ZO EENVOUDIG
Verkeerstraining! voor fietsers
De afdelling spelling wort ingeschakkelt
Fietsproef Berlaar (2012) Start van de proef..
Route Oost Inventarisatie door Paulette en Theo
Examenroute Zoetermeer
verkeerskrant gemaakt door:
Route verkeersexamen 2012 door Paul JP. Start schoolplein Drie-eenheid.
Op Sint-Montfort.
Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg
Verkeers- stellingenspel
Examenvragen CBR !. Voor welke dieren dient men hier op te letten ?
Fietsroute Verkeersexamen
Praktijk verkeersexamen basisschool St. Aloysius 2014
digitale verkeerskrant van Rilland
Ik wil jou iets zeggen Weet je? jij bent.... Ik wil jou iets zeggen Weet je? jij bent...
HEY PSSSST Een powerpoint van De Kale.
In het verkeer.
Verkeer Maandag 10 januari 2011.
Jeugd~verkeersexamen
Praktische verkeers proef Nieuwkoop
Werken voor je 13e jaar 13 en 14 jaar
Superfietser Moeilijk punt 10. Uit onze brochure Het oprijden van het marktplein is gevaarlijk. Wij stoppen, moeten het tegenliggend verkeer voorrang.
Route van thuis naar school
De verkeersborden.
Hé Pssst Lidia.
Fietsexamen 6° leerjaren te Sint-Katelijne-Waver
Klik op ‘start’ om te beginnen.
Praktische verkeersproef
Wandeling De Jongste Telg 6km INLEIDING We hebben deze wandeling voor een zo breed mogelijk publiek gemaakt. Ze is gesplitst in 2 onderdelen, beiden van.
Les 3: Verkeer TOETS.
Toets 1 Examen Reinder Reen.
WEGWIJS Groep 5 Verkeersmethode
Praktijk verkeersexamen basisschool St. Aloysius 2014.
Het leven.
Welkom Bedrijfsbezoek Deelnemers Wat verkoopt het bedrijf.
Les 1: Verkeer.
Het praktisch verkeersexamen start vanaf de Dolderweg in Steenwijk
Het praktisch verkeersexamen start vanaf
RIDDERKLAS MEI WANNEER? Woensdag 20 mei t.e.m. vrijdag 22 mei 2015 WAAR? Vakantiecentrum ‘De Ceder’ Parijsestraat Deinze-Astene.
FIETSEXAMEN 2015 Vertrek en aankomst in het Vrijbroekpark Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg.
Herhaling + les 3. Huisdieren – vul in - Een………….loeit - Een………….blaft - Een………….kwakt - Een………….miauwt - Een………….knort - Een………….zegt kukelekuu - En.
Verkeerssituatie rond onze school
HEY PSSSST.....
Endurance by the Sea 20 JAAR ENDURANCE Duindigt Editie 2015.
Boswandeling Groep 1&2 A, Groep 1&2 B.
Het is weer advent.
Bewegingen in een PPT Zet hier je naam.
De grote verkeersquiz Hoeveel ken jij over de verkeersborden?
OKRA verkeerdt Test je kennis. De vragen Hier volgen tien verkeersvragen. Er zijn telkens drie antwoordmogelijkheden. Slechts één antwoord is correct.
Fietsexamen Boxbergheide Praktisch fietsexamen: op de openbare weg.
ZoveelKerken Menterwolde en Sappemeer De vervening en handel trokken arbeiders uit alle windstreken en met vele geloven. Dat verklaart de veelheid aan.
Praktijk verkeersexamen basisschool St. Aloysius 2016.
FIETSEXAMEN MECHELEN Vertrek en aankomst in het Vrijbroekpark Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg.
Uitleg  In dit spel is het de bedoeling dat je zoveel mogelijk punten verzamelt door vragen goed te beantwoorden.  In ronde 2, 3 en 4 staat er ook een.
Het praktisch verkeersexamen start vanaf de Dolderweg in Steenwijk
Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg
Het praktisch verkeersexamen start vanaf
Verkeersborden.
VERO Fietsroute
Welkom bij onze PowerPoint presentatie
VERTREKPLAATS.
BEGINNER EV3 PROGRAMMeer Les
Eisen aan de uitleg De uitleg mag niet langer duren dan zeven minuten
Een brommobiel is een: Motorvoertuig.
Alle buschauffeurs worden elk jaar getest op hun kennis en inzicht.
Vaardigheden + Oversteken op een vierarmig kruispunt
Transcript van de presentatie:

Examenroute Zoetermeer 2016

Startpunt: Zegwaartseweg PP Zoetermeer

Hier is de start van de examenroute. Voordat je mag vertrekken, wordt eerst je fiets gecontroleerd en krijg je een theorievraag.

We gaan hier linksaf. 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier linksaf. 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? A B We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We rijden over een fietsstraat 1.Wat is een fietsstraat? We rijden over een fietsstraat 1.Wat is een fietsstraat?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Stop je bij het bord of bij de streep? 3.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Stop je bij het bord of bij de streep? 3.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Moet je wachten voor het rode licht? 2.Wat doe je als er een auto stilstaat voor het paaltje en zo de doorgang voor jou blokkeert? We gaan hier rechtdoor 1.Moet je wachten voor het rode licht? 2.Wat doe je als er een auto stilstaat voor het paaltje en zo de doorgang voor jou blokkeert?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? A

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? 3.Waar moet je op letten als je de bocht om bent gegaan? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? 3.Waar moet je op letten als je de bocht om bent gegaan?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Waar moet je op letten? We gaan hier rechtdoor 1.Waar moet je op letten?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier bij de tweede afslag naar links. 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? 3.Mag je ook bij de eerste afslag naar links? We gaan hier bij de tweede afslag naar links. 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? 3.Mag je ook bij de eerste afslag naar links? 1 e afslag 2 e afslag

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang?

We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtdoor 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier rechtsaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren?

We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? We gaan hier linksaf 1.Wie heeft er voorrang? 2.Welke handelingen moet je uitvoeren? BA

Einde van de examenroute