De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Architectuurtheorie 2 Hilde Heynen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Architectuurtheorie 2 Hilde Heynen."— Transcript van de presentatie:

1 Architectuurtheorie 2 Hilde Heynen

2 Overzicht Hoofdstuk 1: Architectuur en bouwen
Hoofdstuk 2: De meervoudige eigenheid van moderne architectuur 2.1. Authenticiteit 2.2. Functionalisme 2.3. Rationaliteit Hoofdstuk 3: Reacties op het modernisme 3.1. Architectuur van het volk 3.2. Postmodernisme 3.3. De rol van het kapitalisme 3.4. Gender in de architectuur Hoofdstuk 4: Belangrijke concepten 4.1. Ruimte 4.2. Lichaam 4.3. Geheugen 4.4. Mimesis

3 Hoofdstuk 2. De meervoudige eigenheid van moderne architectuur
2.2. Functionalisme

4 Lemma: ‘Het functionalisme en zijn schaduw’, pp. 699-707

5 Thema Wat? VIER BASISIDEEËN
Bij het terugkijken naar de teksten van de periode van het funcionalisme, wat houdt dit dan in? - 4 basisdelen.

6 Thema Wat? VIER BASISIDEEËN Kritiek? EEN HUIS IS GEEN WOONMACHINE

7 Thema Wat? VIER BASISIDEEËN Kritiek? EEN HUIS IS GEEN WOONMACHINE
Theoretische consistentie? THEORETISCHE KRITIEK OP DE UITGANGSPUNTEN Tweede vorm van kritiek zoomt in op de theoretische vormen zelf. Tot slot probeert men na het functionalisme na te denken over vorm en functie. We proberen een veld in kaart te brengen en een begrip te omschrijven zoals we denken dt het moet begrepen worden. We werken met begrippen die geen eenduidige betekenis hebben. Niet bv wat is 2+2, maar eerder dingen die ~ geen exacte waarde hebben.

8 Thema Wat? VIER BASISIDEEËN Kritiek? EEN HUIS IS GEEN WOONMACHINE
Theoretische consistentie? THEORETISCHE KRITIEK OP DE UITGANGSPUNTEN Na het functionalisme? NAAR EEN ANDERE VERHOUDING TUSSEN VORM EN FUNCTIE

9 VIER BASISIDEEËN

10 Elke verspilling is uit den boze (Loos)
Vorm moet zo nauwkeurig mogelijk aangepast zijn aan de functie (Sullivan) Elke verspilling is uit den boze (Loos) Perfectionering van de vorm leidt tot betere werktuigen (Le Corbusier) Architectuur een werktuig ten dienste van maatschappelijke veranderingen (Behne) Vorm volgt functie Overbodige dingen zijn niet ok. De vorm krijgt door de geschiedenis heen een perfectere vorm. Architectuur is een hefboom tot een betere maatschappij.

11 1. Form follows function Louis Sullivan (1856-1924)
Sullivan and Adler, Auditorium Building, Chicago, Louis Sullivan ( ) Amerikaanse architect die nieuwe ideeën ontwikkelde over kantoortorens; grondlegger van de Chicago School Nieuwe economische en technische condities vereisen nieuwe types van gebouwen Er zijn nieuwe technische en ecoligische dingen, dt moeten we toepassen. Men ontwikkelde niet alleen nieuwe technieken maar ook een nieuwe architecturtaal. Uitdaging: hoe bouw je een artistiek verantwoord gebouw? Kunst is de nabootsing van de natuur. Dit is de reden waarom form moet function volgen. Omdat de natuur dit ook doet. We hebben 4 vingers en een duim omdat we die moeten kunnen gebruiken, niet als versiering.

12 Sullivan and Adler, Guaranty Building, Buffalo, 1894-1895
Sullivan, Parson, Pirie, Scott Building, Chicago, 1899

13 ‘The tall office building artistically considered’ (1896)
Principe = doel van kunst is nabootsing van de natuur Daarom: ‘form follows function’ Driedeling van de wolkenkrabber (basis, schacht, top) niet in navolging van de kolom; maar wel omwille van de overeenkomende functionele differentiatie van de drie gebouwdelen.

14 Pas als de uitoefening van onze geliefde kunst beheerst wordt door ingeboren intuïtie en gevoel; pas als iedereen de wet kent en naleeft dat de vorm altijd de functie volgt; pas als onze architecten ophouden met hun ijdeltuiterij en hun hulpeloze gebrabbel in een buitenlands idioom; (…) pas (…) dan mogen we met een gerust hart verkondigen dat we op de goede weg zijn naar een natuurlijke en voldoening schenkende kunst, een architectuur die spoedig in de ware, de beste zin van het woord een schone kunst zal worden, een kunst die leeft omdat ze van de mensen, voor de mensen en door de mensen zal zijn. Wt we onthouden van sullivan is ‘form follows fuction’, maar dit komt uit een hele tekst die er ook toe doet.

15 2. Verspilling uit de boze (Loos)
Adolf Loos ( ) Meest invloedrijke tekst Geschreven ten tijde van de polemiek rond het huis op de Michaelerplatz (rond 1910) (Voegt deze gedachte toe aan puntje 1 van sulivan) Als maar gesofisticeerder en verfijnder

16 ‘Ornament en Misdaad’ (1910)
Cultuur is voortdurend in ontwikkeling; op weg naar meer gesofisticeerde cultuuruitdrukkingen

17 Het menselijke embryo maakt in de moederschoot alle ontwikkelingsfasen van het dierenrijk door. Wanneer de mens geboren wordt, komen zijn zintuiglijke indrukken overeen met die van een pasgeboren hond. Gedurende zijn kinderjaren doorloopt hij alle veranderingen die de mensheid in de loop van de geschiedenis heeft doorgemaakt. Wanneer hij twee jaar oud is, ziet hij de wereld als een Papoea, wanneer hij vier is als een Germaan, wanneer hij zes is als Socrates, wanneer hij acht is als Voltaire. Wanneer hij acht is, wordt hij zich de kleur paars bewust, de kleur die pas in de achttiende eeuw is ontdekt, want voor die tijd waren viooltjes blauw en purperslakken rood. De hedendaagse fysicus wijst op kleuren in het zonnespectrum die nu al een naam hebben, maar die de komende generaties pas werkelijk zullen leren kennen. 6 is de leeftijd waarop een kind de hele tijd “waarom” zegt. De cultuur ontwikkelt zich, je kan verschillende stadia met elkaar vergelijken. De lage trap van ontwikkeling is de papoea. Het kind heeft geen moraal, de papoea evenmin. Maar hij is geen misdadiger. (zie volgende dia)

18 Het kind heeft geen moraal. De Papoea evenmin, vinden wij
Het kind heeft geen moraal. De Papoea evenmin, vinden wij. De Papoea slacht zijn vijanden af en eet ze op. Maar hij is geen misdadiger. Als daarentegen de moderne mens iemand afslacht en opeet, dan is hij een misdadiger of een gedegenereerde. De Papoea tatoeëert zijn huid, zijn kano, zijn roer, kortom alles wat hem in handen komt. Hij is geen misdadiger. De moderne mens die zich tatoeëert, is een misdadiger of een gedegenereerde.

19 ‘Ornament en Misdaad’ (1910)
Cultuur is voortdurend in ontwikkeling; op weg naar meer gesofisticeerde cultuuruitdrukkingen gericht op in toenemende mate aristocratische levenswijze, die gepaard gaat met tendens naar ornamentloosheid Parvenu: kiest demonstratieve, spilzuchtige ornament Aristocraat: elegantie en eenvoud Dit gat in de richting van een aristocratische levenswijze. Dit is de hogste vorm van leven, je hebt geen ornament nodig. Bv. Je moet gwn een eenvoudig pak hebben, kwaliteit, maar zonder ornament, gaat lang mee, je hebt niets anders nodig. Heel eenvoudig en elegant.

20 Maar wat bij de Papoea en het kind natuurlijk is, is bij de moderne mens een degeneratieverschijnsel. Ik ben tot het volgende inzicht gekomen en heb dat aan de wereld geschonken: culturele ontwikkeling staat gelijk aan het verwijderen van ornamenten van gebruiksvoorwerpen. We zijn geevolueerd tot de staat van ornamentlosheid. We zijn het ornament teboven gekomen.

21 Wij zijn het ornament te boven gekomen, wij zijn geëvolueerd tot de staat van ornamentloosheid. Ziet, de tijd is nabij, de vervulling wacht ons. Spoedig zullen de straten van onze steden stralen als witte muren! Als Sion, de heilige stad, de hoofdstad des hemels. Dan is de vervulling gekomen.

22 Omdat het ornament niet meer organisch met onze cultuur is verbonden, is het ook geen uitdrukking meer van onze cultuur. Het ornament dat nu wordt geschapen, heeft geen verband met ons, noch met de menselijke cultuur als geheel, noch met de wereldorde. Het is niet levensvatbaar. Ornament is voor onze tijd een misdaad, terug naar het verleden, verspilling,

23 Cultuurevolutionisme (standpunt dat inmiddels in de antropologie verlaten is)
Ornament is niet meer levensvatbaar: onze cultuur is het ornament voorbij

24 Bovenste gevel: wonen, onderste gevel: handelszaak, dus wel versieren met marmer. Alleen versieren als er een reden voor is!

25 Adolf Loos, huis Müller, Praag
Buitenkant is sober en bescheiden, binnenkant is vol versiering.

26 3. Perfectionering van de vorm
Le Corbusier 1923: ‘De cultuur is het eindresultaat van een poging tot selectie. Selectie wil zeggen: afwijzen, wegsnoeien, aanzuiveren’ Verwijzing naar darwin. Alleen de best aangepasten aan de omgeving geven hun goeie genen door en zo sterft de zwakste uit. Dit principe werkt volgens le corbusier ook in de cultuur. Le corbusier was geobsedeerd door geometrische vormen. Dus voor hem kwam dit principe uit in de geometrische vormen: altijd maar meer stadaard, meer simpel, meer genormeerd. Standaard, norm. deze standard is tegen verspiling, alles zo eenvoudig mogelijk. Je kan le corbusier zelfs geen functionalist noemen, want hij is ervan vertuigd dat er geen vorm bestaat die volledig en enkel en alleen de functie volgt.

27 ‘Een “standart” vaststellen, dat is alle praktische en rationele mogelijkheden uitputten, komen tot een erkend type dat beantwoordt aan de functies, met een maximum aan rendement en een minimaal gebruik van middelen, arbeidskrachten, materialen, woorden, vormen, kleuren en geluiden.’

28 Natuurlijke evolutie (Darwin / Sullivan) (the survival of the fittest)
+ Culturele evolutie (Loos) Principe van de uitzuivering Wijst reduceren van vorm tot functie af: surplus is noodzakelijk (standard + art)

29 Dat men de ogen opent: die harmonie bestaat al, ze is het resultaat van de arbeid die wordt beheerst door de economie en geconditioneerd door de fataliteit van de natuurkunde. (…) De harmonie zit in de werkstukken die uit het atelier of uit de fabriek komen. Het is geen Kunst, het is de Sixtijnse Kapel niet, noch het Erechtheion, het is het dagelijkse werk van een hele wereld die consciëntieus te werk gaat, met intelligentie, precisie en tevens met verbeelding, volharding en nauwkeurigheid.

30 Het Parthenon is een product van selectie toegepast op een vastgestelde standart.
Als het probleem van de woning, van het appartement, werd bestudeerd als het chassis van een auto, zou men onze huizen snel zien veranderden en verbeteren. Voor corbusier zijn auto’s en alles even mooi als bv het parthenon. We moeten woningen dus ook beschouwen als auto’s. als machines, als architectuur die even oud is als het parthenon.

31 Een standart vaststellen, dat is alle praktische en rationele mogelijkheden uitputten, komen tot een erkend type dat beantwoordt aan de functies, met een maximum aan rendement en een minimaal gebruik van middelen, arbeidskrachten, materialen, woorden, vormen, kleuren en geluiden.

32 De auto is een object met een eenvoudige functie (rijden) waaraan complexe eisen worden gesteld (comfort, degelijkheid, uiterlijke vormgeving) die de grote industrieën tot de dringende noodzaak hebben gebracht te ‘standartiseren’. Alle auto's hebben dezelfde essentiële onderdelen. Door de niet aflatende concurrentie van de talloze bedrijven die auto's fabriceren, heeft ieder merk zich verplicht gezien de concurrentie voor te blijven. Nadat de praktische zaken in een standart waren vastgelegd, is het zoeken naar perfectie gekomen, naar een harmonie, buiten het platvloerse, praktische aspect om, naar een uiting, niet alleen van perfectie en van harmonie, maar ook van schoonheid.

33 Die schepen zijn ook symbolisch belangrijke dingen omdat ze mensen hun dromen waarmaken.
De pakketboot is de eerste stap in de realisatie van een wereld georganiseerd volgens een nieuwe geesteshouding

34 4. Maatschappelijk impact
Adolf Behne ( ) Kunsthistoricus, publicist, voorzitter van de Arbeitsrat für Kunst Voorstander van de Nieuwe Zakelijkheid Door de nazi’s verboden om nog te doceren Architectuur is een hefboom naar een betere maatschappij.

35 Behne 1923 Der moderne Zweckbau 1) Niet meer de gevel, maar het huis; 2) Niet meer het huis, maar het vormgeven van ruimte; 3) Niet meer het vormgeven van ruimte, maar het creëren van een werkelijkheid Zweckbau = doel, doelmatig bouwen, De architecten zijn niet meer zo zeer bezig met de gevel, maar met de binnenkant. De architect ontwerpt ruimte, de ruimtelijke verhouding en essentie. Daarna nog verder dan gevels en ruimtes, maar oook nog een werkelijheid door de ruimtes. Door de ruimte beter te maken kan hij ook de mensen beter maken.

36 De functionalist is een even groot voorstander van doelmatigheid, maar hij ziet deze niet als een vaststaand, onveranderlijk en star gegeven, maar als een middel dat hij kan verbreden, verfijnen, intensiveren en sublimeren om vat te krijgen op de mens en hem te vormen. Ieder vervuld doel is voor hem een hefboom om te komen tot een nieuw, fijner besnaard mens. Door die doelgerichtheid hebben de bewoners van zijn huis alles bij de hand – en de architect heeft de bewoners in de hand. De architect bepaalt het doel, maar wordt zelf al evenzeer door het doel bepaald!

37 Doel van functionalisme: hefboom: -verbetering van wooncondities
-vormen van een nieuw soort mens Als je mensen beter huisvest, worden ze betere mensen.

38 Onderscheid door Adolf Behne
Utilitarisme gelijkstelling van ‘doel’ en ‘zin’; enkel gericht op het praktische Functionalisme vervullen van algemene doelen van onze cultuur; gericht op het realiseren van een nieuw soort mens; vorm volgt functie Rationalisme gericht op ordenende kracht van geometrie goed alternatief voor functionalisme omdat regelmatige vormen beter kunnen worden samengevoegd tot collectieve gehelen Hij maakt hier een interessant onderscheid. Functionalisme gaat verder, je probeert oook de algemene doelen van de wereld te realiseren. Breder gesproken: arbeidersgezinnen moeten goed gehuisvest zijn zodat ze zich kunen emaniciperen en beter mensen kunnen worden. Het vervolgt in Rationalisme: gestoeld op de ordenende kracht van de geometrie. Hiernaar moeten we ook streven, niet alleen naar functionalisme, maar ook naar rationalisme. Vormen komen mooi samen.

39 Hans Scharoun Haus Schminke, 1933
Maakt functioalistische architectuur die elke ruimte volledig afstemt op wat er moet gebeuren. Hierdoor krijgt hij onregelmatge organische vormen.

40 Scharoun-haus, Weissenhofsiedlung
Scharoun, project voor een school

41 Hugo Häring Garkau Farm Buildings, Mecklenburg, 1924
Boerderij met stalling van een paard Garkau Farm Buildings, Mecklenburg, 1924

42 Perfecte vorm voor een paardenstal

43 Le Corbusier, 1922 La ville contemporaine
De ene zegt: in dat stadsplan (zie ook volgende dia) voert hij het rationalisme te ver door. Het is niet organisch gegroeid, het is dictatoriaal opgelegd van bovenaf. Als je de ordening te ver doordrijft, gaat dit in tegen de dinamiek. Le Corbusier, 1922 La ville contemporaine

44 Le Corbusier, 1922 La ville contemporaine
Behne: De stadsplattegrond van Le Corbusier toont nogal duidelijk de gevaren van een consequent rationalisme: vorm die tot een autoritair, dwingend en onderdrukkend masker wordt, geen invoeging in een levend geheel, maar academische opdeling, een spel dat ontaardt in een parade.

45 Hannes Meyer (1889-1954) Bauhausdirecteur 1928-1930
‘Bouwen’ 1928: meest radicale formulering van het functionalistische, nieuw-zakelijke credo. Ontwerp voor Volkerenbondpaleis Inspiratie van het constructivisme. Nadruk op constructieve aspect. Dynamische volumes, dingen onder spannign met elkaar. Als hij schrijft ver zen projecten, schrijvft hij niet over de spanningen enzo maar over de fucties van het gebouw, waar awat gebeurt, hoe de auto’s binnenrijden, verbindingen met andere rumtes… Zijn uitgangspunt: functie x economie. In zen schrijven is hij radicaal functionalistisch. In zen uitzicht van zen gebouwen is hij constructivistisch.

46 Meyer 1928 alle dingen op deze wereld zijn een product van de formule: (functie maal economie) al deze dingen zijn daarom geen kunstwerken: alle kunst is compositie en dus ondoelmatig. alle leven is functie en dus niet artistiek. een idee als 'de compositie van een zeehaven' wekt enkel de lachlust! maar hoe wordt een stadsplattegrond ontworpen, of een woningplattegrond? compositie of functie? kunst of leven????? bouwen is een biologisch gebeuren, bouwen is geen esthetisch proces.

47 architectuur als 'affectieve handeling van de kunstenaar' heeft geen bestaansrecht.
architectuur als 'voortzetting van de bouwtraditie' is kunsthistorisch gedoe. deze functioneel-biologische opvatting van het bouwen als verwezenlijking van het levensproces voert logischerwijs naar de zuivere constructie: deze constructieve vormenwereld heeft geen vaderland. in haar komt een internationale benadering van het bouwen tot uitdrukking. internationaliteit is een kenmerk van deze tijd. de zuivere constructie is de grondslag en het wezenskenmerk van de nieuwe vormenwereld. 1. geslachtsleven 4. tuinieren 7. hygiëne 10. verwarming 2. slaapgewoonten 5. lichaamsverzorging 8. auto-onderhoud 11. zonlicht 3. huisdieren 6. beschutting 9. koken 12. verzorging dit soort eisen zijn de enige uitgangspunten voor de woningbouw. we onderzoeken hoe het dagelijks leven van alle bewoners van het huis verloopt, en hieruit wordt het functiediagram afgeleid voor vader, moeder, kind, baby en medebewoners. FUNCTIONEEL BIOLOGISCHE VORM VAN BOUWEN. Zuivere constructie Nadruk op het feit dat dit niet met schoonheid heeft te maken, maar met de functionele invalshoek. Leven >< kunst Kunst en schoonheid is voor hem iets doods. Hij gebruikt architectuur als hefboom om een betere maatschappij te krijgen.

48 EEN HUIS IS GEEN WOONMACHINE
Woonmachine zoals bij le corbusier

49 Vanaf jaren 30: kritische stemmen tov functionalisme
Vooral formele uitwerking wordt bekritiseerd Het funcionalisme is goed in zen uitgangspunten maar in de realiteit zijn er veel mensen die eerder de formele kenmerken respecteren ipv de werkelijke uitgangspunten te realiseren.

50 Mordvinov 1930 ‘Vernietig de buitenlandse ideologie’ VOPRA
Tegen ‘Leonidoverie’: schadelijk utopisme en functionalisme Teveel nadruk op innerlijke logica van architectuur Ware proletarische architectuur moet rekening houden met de smaak van de arbeidersklasse Ivan Leonidov, commisariaat voor zware industrie, 1934 Een inhoudelijke goede resolutie: die van de SovjetUnie (dit zie je als je kijkt naar wat ze zeiden in de jaren 20) Toch zie je dat in de sovjetunie vanaf eind jaren 20 een tegenreactie komt. Ze zien dat functionalisme als niet gechikt voor hun land, ze vinden het een buitenlandse techniek, leonidoverie, (naar aanleidign van de architect leonidov die bovenstand ontwerp maakte. Hij gaat de hoogte is, met ernaast een rons gebouw, spanning tussen volumes, dynamisch geheel, constructief, de aantrekkingskracht van de architectuur ligt in de constructie en spanning.) In de sovjetunie zegt men dan: dit kunnen we niet buwen, en dit is niet wat onze mensen willen. Als we willen bouwen volgens onze communistische opvattingen, meten we andere dingen bouwen. (zie volgende dia)

51 Commissariaat van zware industrie 1934 (Mordvinov)
Hele zware, stevige, iets classicistische, symmetrische, dik, gebouwen. Niet slank en constructivistisch. Dat wordt de architectuur die in de sovjetunie wordt geprduceerd. Functionlisme wordt een scheldwoord in de sovjetunie. Iets wat architectuur zker niet zou mogen zijn.

52 Roux-Spitz 1932 Derde weg tussen regionalisme/intern. stijl
‘Tegen het nieuwe formalisme’ Verwijt avant-garde ‘gevaarlijk formalisme’: men kopieert de vormen van machines eerder dan de principes Analyse van behoeften en organiseren van ruimten ontbreekt Hij vindt dat de mensem eerder formalistisch bezig zijn ipv functionalistisch. Er zijn veel architecten die de vormen van bv le corbusier copieren maar de principes niet respecteren. Meer bezig met de vormen van de gevel dan met het programma binnenin.

53 Frankfurt, Römerstadt, Ernst May, 1929
Het is een functionalisme dat ook erg inspeelt op het landschap. Ergens ook het hoogtepunt van het fuctionalisme, maar krijgt ook stevige kritiek. Omdat men de gedachte niet kan verdragen dat huizen allemaal hetzelfde zouden zijn. Dit vinden de mensen niet leuk. Dit is niet wat men wil in een huis, een huis is geen machine maar een thuis. En dit is pas zo als er herrinneringen zijn, het leven erover heen is gegaan. Geen serieproductie.

54 Camille Mauclair 1933 conservatief criticus valt de grondgedachten van het functionalisme aan: architectuur is iets anders dan serieproductie, een huis is geen woonmachine. ‘Een woning is niet af totdat er mensen zijn geboren en gestorven, totdat ze met herinneringen is bevolkt en gewijd.’

55 Zijn wij termieten? Nee toch zeker, en we zullen ook geen termieten worden of men moet ons daartoe dwingen. En als we het groeiende aantal voorbeelden aanschouwen van termietenheuvels die men in verschillende wijken van Parijs bouwt, worden we ongerust en opstandig bij het idee dat men ons in een meer of minder nabije toekomst daarin wil stoppen. Mede daardoor voelen we dat men ons van onze Franse aard wil beroven en we reageren met een beroep op de smaak en het gevoel. Als we dit met ons laten doen, zijn we verlren. Het nationalisme groeit hierdoor, samen tegen de machinehuis in gaan.

56 In deze uitgestrekte termietenheuvels heersen egalitarisme en nudisme
In deze uitgestrekte termietenheuvels heersen egalitarisme en nudisme. Eenieder zijn blokje lucht en licht, zijn vierkante venster, zijn balkon van massief beton, zijn rantsoen ultraviolette stralen, zijn calorieën en zijn watercloset. Alle appartementen gelijk. Hun bewoners zullen net zo gelijk moeten zijn. Het ideaal voor morgen is toch dat we allen gelijk worden, in serie gemaakt en genummerd, want nummers zijn immers praktischer dan namen? De interieurs zijn dermate onpersoonlijk dat we alleen aan het gezicht van degene bij wie we op bezoek gaan kunnen zien dat we ons in een andere woning bevinden. Het meubilair is niet minder hygiënisch en nudistisch. We bevinden ons in een kliniek, in een tandartspraktijk. De hygienische omgeving wordt vergeleken met een kliniek, omdat het leeg, wit, onpersoonlijk is.

57 Uiteenlopende kritische posities
-gelijkaardige argumenten

58 Ernst Bloch 1935 Linkse filosoof en criticus
Na de tweede wereldoorlog professor in Leipzig (Oost-Duitsland), nadien in Tübingen (West-Duitsland) Doel = onderzoeken hoe het ‘erfgoed van het kapitalisme’ dienstbaar gemaakt kan worden voor het communisme Eerder links, aan de andere kant van het politieke spectrum. Teskt lezen: in 1935: erfgoed van het kapitalisme.

59 Het is een misvatting om ‘in elk schuifraam reeds een stuk toekomststaat’ te zien, het is een misvatting om in de gebouwde rationaliteit de voorafspiegeling van een toekomstige maatschappelijke rationaliteit te zien. De functioneel ogende architectuur houdt niet de anticipatie van een daadwerkelijk geëmancipeerde maatschappijvorm in, maar is slechts gezichtsbedrog. Immers, ‘achter de gebouwde rationaliteit blijft de anarchie van de winsteconomie ten volle bestaan.’

60 Bloch = voorvechter van het communisme
Centrale vraag = hoe ‘erfgoed van het kapitalisme’ dienstbaar gemaakt kan worden voor toekomstig communisme. ‘Zakelijkheid, direct’ = bespreking (kritiek) van hoe de ‘Nieuwe Zakelijkheid’ zich feitelijk manifesteert in het kapitalisme

61 ‘Zakelijkheid, indirect’ = vraag of toch niet bepaalde elementen van die Nieuwe Zakelijkheid bruikbaar gemaakt kunnen worden voor het toekomstige communisme ► is een schuifraam de aankondiging van een toekomstige heilstaat? ► is ‘transparantie’ echt een teken van openheid? Hoe kunnen we de architectuur gebruiken om tot een betere architectuur te komen.

62 Net als Mordivnov overtuigd dat
-communistische zakelijkheid (bezield door leven en collectief) heel ander beeld zal opleveren dan laatkapitalistische zakelijkheid In dit stukje van het argument delen ze wel hun mening

63 Asger Jorn ( ) Schilder, lid van Cobra, mede-stichter van Internationaal Situationisme Rol in het architectuurdebat in Scandinavië: radicale kritiek op Le Corbusier vanuit een links, progressief gedachtengoed ‘Woningen voor mensen of gedachtenconstructies in gewapend beton’ Ageert ook nogal tegen het functionalisme. schilderlid van cobra. Stevige hap krititek op le corbusier! Wat le corbusier makt zijn eerder constructies dan huizen. Schilderij: dit is wat jorn belangrijk vindt: dynamiek, explosie, vormen, kleuren,… ~ expressionisme Geen geometrie en wit en orde.

64 Jorn 1946 Vandaag worden we geconfronteerd met de opgave ons te bevrijden van deze valse en negatieve postulaten die een noodzakelijk hulpmiddel waren bij het ontstaan van nieuwe architectuur in een functionalistische, constructivistische periode. Het functionalisme is de architectuur van de industrialisatie. Daarom is ze zowel de architectuur van het private kapitalisme als van de democratie.

65 Wat is zo levensbedreigend aan Le Corbusiers gedachtegang?
Het levensbedreigende schuilt in de idealistische esthetiek en ethiek die de basis vormen voor zijn architectonisch programma. Wat is de esthetiek van Le Corbusier? Het is het geloof in de schoonheid van het rationalisme, het nastreven van de ratio. In plaats van zich met het leven in te laten, bekommert Le Corbusier zich om het verstand en de logica. Alles wat niet verstandig en logisch is, wordt genegeerd en geannuleerd. Maar is dit niet voortreffelijk? Is dit niet de triomf van de wetenschap over de mystiek en het nazisme. Neen, integendeel. Emoties enz worden uit de architectuur van le cornusier gehaald.

66 Dit is levensvijandig idealisme
Dit esthetische vrijmetselaarsritueel, dit selectieprincipe, dit geloof dat bepaalde proporties als 'schoon' kunnen worden aangenomen, terwijl alles wat er buiten valt lelijk is, is enkel een middel tot aristocratisering van de kunst; een aristocratisering die een ongelooflijke kloof heeft geschapen tussen de 'edele kunst' en de banale 'nepkunst' van het volk. (…) De totale uitroeiing van ornamentiek en van feodale architectuurtaal illustreert de ongelooflijke destructieve slagkracht van het functionalisme. Niets is wel zo rein als de dood, waar alles uitgewist en steriel is. De witte kleur, de reinheid van de dood, is steeds de meest gebruikte kleur in functionalistische architectuur geweest, net zoals ze de herkenningskleur van het classicisme is. Het is verlangen naar klassieke seniliteit, een opgehemelde platonische impotentie, Maw “als je niet de smaak van le corbusier hebt, heb je een slechte smaak.“ wordt door (iemand?) gezegd

67 NB Anders dan Behne, maakt Jorn geen onderscheid tussen functionalisme en rationalisme!!!

68 Jorn leest le corbusier op een bepaalde manier, maar …
Als le corbusier gebouwen maakt, zit er eig wel een soort vn kleur en dynamiek in, dus jrn is niet helemaal juist. Hij gebruikt le corbusier als pisaal, hij overdrijft een beetje. Zijn teksten zijn kwetsbarder dan zen gebouwen. Hj drukt zich anders uit.

69 In het vertoog werden langzamerhand andere thema’s dominant
Functionalistische gedachtengoed speelt belangrijke rol bij wederopbouw In het vertoog werden langzamerhand andere thema’s dominant Generatiewissel binnen CIAM waarbij functionalisme werd geamendeerd Niet alle gebouwen waren kwalitatief goed. Op veel dingen was terecht kritiek, maar op veel dingen ook net terecht. (zoals le corbusier als pispaal van jorn werd gebruikt) Hannes Meyer ontvouwt de thema’s vh functionalisme het meest. Na de tweede oorlog wisselden de thema’s van de ciam. Er was een nieuwe generatie, jongere architecten die op een andere manier met architectuur omgingen.

70 Alison & Peter Smithson 1953
‘human associations’: sociale samenhang, communicatie, identiteit Schreef tekst ver sociale verbanden tusen mensen. Dit was vrij nieuw, vroeger werd dit niet in de architectuur geincludeerd. Relatie tussen mensen en stad, mesen en familie, gezin onderling,… Ruimte creeren voor de sociale samenhang in de woning, dit was nu hun denkpunt, hun project. (net zoals het project voor de oorlog was om een huis/gebouw zo functioneel mogelijk te maken. )

71 Architectuur is medium bij uitstek om collectiviteit vorm te geven
Relatie huis, straat, wijk en stad nieuwe betekenisvolle samenhang

72 THEORETISCHE KRITIEK OP DE UITGANGSPUNTEN

73 Adorno 1965 Neo-marxistische filosoof van de Frankfurter Schule
‘de kwestie van het functionalisme valt niet samen met die van de praktische functie’ ‘ware’ ≠ praktische behoeften van de mens

74 Adorno ( ) Filosoof van de Frankfurter Schule (kritische theorie) Met Max Horkheimer Dialektik der Aufklärung (1947) Negative Dialektik (1966) Aesthetische Theorie (1970) Enkele van zijn belangrijke werken.

75 Adorno + Horkheimer 1947 Kritiek op moderniteit: onderscheid tussen
Kritische, onverkorte rede (reflectie over middelen en doelstellingen) Instrumentele, gereduceerde rede (efficientie, optimalisering input / output) Inzicht in eigenheid van moderniteit Anamnese (ziektegeschiedenis) Oorsprong: idealen van verlichting (redelijkheid, rechtvaardigheid, broederlijkheid: ethische legitimiteit) Perverteert naar een louter instrumenteel proces (rationalisering / Auschwitz) Dialctiek van de verlichting is een filosofisch werk dat belangrijk was voor de twee vorige generaties. De vraag: hoe kan het dat de moderniteit ook het nazisme heeft opgeleverd? Ratonaliteit van doelen en niet van middelen. Maar geleidelijkaan wordt het doel naar buiten gesteld. EFFICIENTIE is het grote doel. Het wordt alleen soms ook voor slechte doelen gebruikt: bv de joden uitroeien. Fascinatie voor muziek en muziekgeschiedenis. Het functionalisme is voor hem niet zo zeer practische behoefte, maar logica in een kunstwerk. (zie volgende dia)

76 Adorno 1965 ‘Functionalisme vandaag’
Sinds de traditie de kunsten geen canon van goed en fout meer biedt, wordt elk kunstwerk met de reflectie daarover belast; elk moet zich toetsen aan zijn immanente logica, onverschillig of deze nu voortkomt uit een externe functie of niet. Dit is geenszins nieuw: Mozart, die toch waarlijk een drager en kritische voortzetter van een grote traditie was, kreeg naar aanleiding van de première van de Entführung van een potentaat het bedekte standje: ‘Maar wel erg veel noten, beste Mozart.’ Zijn antwoord: ‘Niet één meer, Majesteit, dan nodig was.’ (…) de kwestie van het functionalisme niet samenvalt met de praktische functie Het stuk muziek heeft een eigen immanente logica. Niet transcendent. De logica bepaalt hoeveel noten er nodig zijn, net genoeg, niet te veel of te weinig. Zodat elke noot functioneel is binnen het muziekstuk.

77 Adorno 1965 ‘Functionalisme vandaag’
Begrip functinalisme is niet enkel van toepassing op architectuur, ook muziek functioneel: al wat niet ornamenteel of overbodig is, al datgene wat een bepaalde zin heeft binnen een groter geheel kritiek op functionalisme: esthetische tendens die haar doelen voorbijschiet -

78 Eindeloze productie van blokken, te ver doorgeschoten.
Les Sarcelles,France 1950.

79 Goede architectuur houdt spanning vast in gebouwen die functioneel zijn en tegelijkertijd de functionaliteit overstijgen middels een beeldende ruimtelijkheid Naoorlogse architectuurpraktijk slaagt hier zelden in begrijpt functionalisme als een louter praktische, op economische efficiëntie gerichte attitude Gebowen moeten wel functioneel zijn, maar moeten ook de functionaliteit overstijgen. Er moet ook iets extra zijn dat een ervaring of gevoel geeft.

80 Menswaardige architectuur ziet de mensen als beter dan ze zijn, namelijk als hoe ze volgens de stand van hun eigen, in de techniek belichaamde, productieve krachten zouden kunnen zijn. De architectuur weerspreekt de behoefte van het hier en nu, zodra ze de behoefte dient iets zonder ideologie te vereeuwigen; ZOOM: Practishe overstijgen: ja maar / ja want / nee want

81 Vergelijk met het onderscheid dat Behne maakt tussen ‘utilitarisme’ en ‘functionalisme’:
Utilitarisme enkel gericht op het praktische Functionalisme vervullen van algemene doelen van onze cultuur, gericht op principes, vorm volgt functie

82 Adorno 1965 Kant : ‘autonome kunst’
=doelmatigheid-zonder-doel = typische uitdrukking id filosofie over autonome kunst die wel doelmatig is (zoals muziekstuk van mozart) maar het doel zelf is maar flou of geen doel. (->wat is het doel van een muziekstuk?) -kunstwerk is niet onderworpen aan praktisch doel -alle componenten dragen op doelmatige wijze bij tot geheel

83 Functionalisme HH, AL: 1 + 2 + 3 + 4 (vier basisideeën)
Behne functionalisme: doelgericht, hoger doel (betere mensen maken) Meyer functionalisme = zakelijkheid, weg met kunst, weg met romantiek, functie x economie Adorno functionalisme = alles in functie van het grotere geheel, geen enkele overbodigheid, ultiem: doelmatigheid ‘zonder doel’

84 John Summerson ( )

85 Sir John Soane Museum (Summerson curator)
Museum met bewegende wanden.

86 Behoorde tot de MARS groep (groep van Londense architecten en stedenbouwers die het modernisme in Groot-Brittanië wilden doorvoeren. Mars heeft ook na de tweede wereldoorglog wapenfeiten gepleegd

87 Summerson 1957 Twee tendensen die samenkomen in moderne architectuur
Le Corbusier: rationalistische traditie Laszlo Moholy-Nagy: organische architectuur

88 Summerson 1957 … de Franse rationele traditie … een pendelbeweging van het denken Perrault stelde: de Oudheid is het van het en kijk eens hoe rationeel; Lodoli zei blijkbaar: rationalisme is het van het , gedaan met de Oudheid; Laugier stelde dan weer de primitieve Oudheid voorop als enige bron van het rationele; Durand zei: gedaan met Laugier, rationalisme betekent economie; Pugin zei: gedaan met de Oudheid, hoera voor de gotiek en kijk eens hoe rationeel; Viollet-le-Duc zei: hoera voor de gotiek, het prototype van het rationele. En uiteindelijk wordt een stem gehoord die zegt: gedaan met al die stijlen, en als je rationalisme wil, dan moet het zijn: hoera voor de graansilo’s en kijk eens hoe mooi!

89 Rationalisme volgens Summerson: “… bepaalde essentiële principes… het axioma dat architectuur een kwestie is van eenvoudige geometrische vormen, regelmatige veelvlakken en hun elementaire onderverdelingen.” Rationalisme hangt samen met rationele geometrische vorm (zoals eerder bij anderen)

90 Laszlo Moholy-Nagy (1895-1946) functionalistische traditie volgens Summerson
Beeldend kunstenaar (constructivist), fotograaf, vormgever, auteur, leraar Meister aan het Bauhaus, later New Bauhaus in Chicago

91 Organische benadering van het bouwen: in elkaar doordringen van ruimtelijke elementen om vorm te geven aan de dynamiek van het leven

92 Moholy-Nagy 1929 ook de beleving van de ruimte verdient de nodige aandacht, als grondslag voor het psychologisch welbevinden van de bewoners. deze eis moet niet worden opgevat als een of andere vage frase uit een mystieke geloofsbelijdenis; het zal niet eens zo lang meer duren voor men er een exact omschrijfbaar, noodzakelijk basiselement van architectonische conceptie in zal erkennen. met andere woorden: voordat men het bouwwerk niet langer uitsluitend beschouwt als een samenstel van binnenruimten, niet slechts als beschutting tegen het weer en de gevaren van buitenaf, niet als een star omhulsel, als een onveranderlijke ruimtelijke toestand, maar als een dynamische constructie die is bedoeld om te leren leven, als organisch bestanddeel van het leven zelf.

93 Summerson 1957 ‘Over de mogelijkheid van een theorie van de moderne architectuur’ Moderne architectuur: nieuwe bron van vorm treedt op voorgrond (zowel in rationalisme van LC als in functionalisme van MN): programma Maar: uit programma alleen valt geen concrete vorm af te leiden Het programma op zich is niet voldoende, er is meer nodig. Meer onderzoek nodig.

94 ‘De voorstellingen die voortvloeien uit een primaire betrokkenheid op programma moeten zich uiteindelijk, op welk punt dan ook, tot een definitieve vorm kristaliseren en tegen de tijd dat de architect op dat punt is aangekomen, moet hij zijn voorstelling bekleden met onderscheidend vermogen, …’

95 Reden waarom kritiek zich vaak richt op vorm
‘Er bestaat geen theoretische consensus over wat er op dit punt moet gebeuren. Hier ligt een hiaat. Men zou zelfs kunnen spreken van een ‘ontbrekende architecturale taal’’ Reden waarom kritiek zich vaak richt op vorm De taal van de architectuur is iniet expleciet gedefinieerd. Wel soms impliciet, in voorbeeldjes. Juist omdat we zo weinig expleciete richtlijnen hebben, is het moeilijk om volledig te voeldoen aan de “regels”. Hierdoor is er ook veel mogelijkheid tot kritiek.

96 NAAR EEN ANDERE VERHOUDING TUSSEN VORM EN FUNCTIE
Verdere uitwerking van deze kritiek: Christian Norberg-Schulz 1963 Jean Baudrillard 1972 NAAR EEN ANDERE VERHOUDING TUSSEN VORM EN FUNCTIE Zie lemma ‘semiotiek’ (AL) Het idee van de ontbrekende taal


Download ppt "Architectuurtheorie 2 Hilde Heynen."

Verwante presentaties


Ads door Google