Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdPhilomena van de Berg Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
Stemmingsproblemen Richtlijn
Deze powerpointpresentatie gaat over de Richtlijn Stemmingsproblemen voor jeugdhulp en jeugdbescherming. Op de volgende twee slides lees je waarvoor en hoe je de presentatie kunt gebruiken. Doel van de presentatie: anderen informeren over de achtergrond en inhoud van de Richtlijn Stemmingsproblemen. Tijdsduur van de presentatie: plusminus 30 minuten (naar eigen wens in te korten of uit te breiden). Onder elke slide is een toelichting geschreven. Deze informatie kun je gebruiken als presentator.
2
Waarom deze powerpoint?
Instructie voor presentator Waarom deze powerpoint? Je wilt jouw collega’s of samenwerkingspartners informeren over deze richtlijn Je bent bijvoorbeeld behandelcoördinator en je wilt je team bijscholen. Of je bent ambulant hulpverlener of pedagogisch medewerker, je werkt met de richtlijn en je wilt jouw ervaringen inbrengen in een teambijeenkomst of werkoverleg. Jij en je collega’s organiseren misschien een organisatiebrede informatiebijeenkomst over de richtlijn. Je hebt binnenkort een afspraak met een gemeenteambtenaar en wilt hem/haar vertellen hoe jullie werken. Gebruik dan deze presentatie! De presentatie start met algemene informatie over richtlijnontwikkeling. Daarna wordt er ingezoomd op deze specifieke richtlijn. Per hoofdstuk van de richtlijn geven we de belangrijkste punten en/of aanbevelingen. Zie deze presentatie als een basis. Maak het van jezelf door slides toe te voegen of weg te laten, het interactief te maken met vragen of opdrachten. Of maak het persoonlijk door eigen ervaringen te verwerken. Instructie (1 van 2) Op deze slide lees je waarvoor je de powerpointpresentatie over de Richtlijn Stemmingsproblemen kunt gebruiken. Het is belangrijk om te weten dat je de presentatie naar eigen inzicht (verder) kunt vormgeven! Haal deze slide eruit wanneer je gaat presenteren.
3
Tips voor een goede presentatie
Instructie voor presentator Tips voor een goede presentatie Bedenk vooraf wat het doel van je presentatie of bijeenkomst is: wanneer ben je tevreden? Sluit aan bij het niveau van je toehoorders: is het voor jou helder wat mensen al weten over dit onderwerp? Wil je uitwisseling stimuleren? Zorg voor passende werkvormen én neem de tijd. Ken de achtergrond en inhoud van de richtlijn waarover je presenteert. Verdiep je van te voren in de richtlijnproducten. Maak gebruik van de werkkaarten van de richtlijn. De werkkaarten download je op de website. Print ze uit, deel ze rond en verwijs er in de presentatie regelmatig naar. Voeg animaties toe om de presentatie levendiger te maken. << Tot slot: heb je vragen? Ergens hulp bij nodig? Stuur een mail naar Wij denken graag met je mee. Leuke ervaringen opgedaan? Tips voor anderen? Ook die reacties horen we graag. De presentatie begint vanaf de volgende slide: succes! >> Instructie (2 van 2) Wil je aan de slag gaan met deze powerpoint? Super! Nog een paar tips om je op weg te helpen. Haal deze slide eruit wanneer je gaat presenteren.
4
Deze presentatie Richtlijnen voor de jeugdhulp en jeugdbescherming
Richtlijn Stemmingsproblemen Inleiding Risico- en instandhoudende factoren Signaleren en vaststellen van stemmingsproblemen Suïcidaliteit Interventies bij stemmingsproblemen Samenwerking en afstemming Deze presentatie De presentatie is als volgt opgebouwd: Kort informatie over de richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming. Wat zijn de 5 dingen die je er over moet weten? Toelichting op de Richtlijn Stemmingsproblemen. De onderwerpen die op de slide genoemd staan, corresponderen met de hoofdstukken uit de richtlijn.
5
1. Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming
Initiatief van NIP, NVO en NVMW Om jeugdprofessionals te ondersteunen Programma Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming ( ) gefinancierd door VWS Dagelijkse uitvoering berust bij het Nederlands Jeugdinstituut 14 richtlijnen ontwikkeld tussen 2011 en 2015 Autorisatie door de beroepsverenigingen 1. Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming is een initiatief van de beroepsverenigingen Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO) en de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW). Dat de beroepsverenigingen hierin het initiatief nemen is niet vreemd. Beroepsverenigingen zijn er om professionals te ondersteunen bij de uitoefening van hun beroep, richtlijnen horen daarbij. Richtlijnen zijn bedoeld om jeugdprofessionals te ondersteunen in hun dagelijkse werk. De richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming bieden een overzicht van de laatste kennis: op basis van wetenschap, praktijk én cliëntvoorkeuren. Een richtlijn helpt jeugdprofessionals bij het maken van een goede en professionele afweging. Ook voor cliënten zijn richtlijnen belangrijk. Een cliënt moet in Drenthe dezelfde keuzes voorgelegd krijgen als in Zuid-Holland. En bijvoorbeeld niet in de ene provincie sneller uit huis geplaatst worden dan in de andere. De ontwikkeling en invoering van de richtlijnen (‘Programma Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming’) is gefinancierd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De dagelijkse uitvoering van het programma berust bij het Nederlands Jeugdinstituut. Dat betekent bijvoorbeeld dat medewerkers van het NJi de richtlijnontwikkeling coördineren en organisaties begeleiden bij het invoeren van richtlijnen. Tussen 2011 en 2015 worden er 14 richtlijnen ontwikkeld. Op de volgende slide vind je de onderwerpen van deze richtlijnen. Een richtlijn wordt gepubliceerd zodra deze richtlijn geautoriseerd is door de beroepsverenigingen. De richtlijn kan vanaf dan beschouwd worden als het overeengekomen niveau van verantwoorde zorg voor de beroepsgroep als geheel.
6
14 richtlijnen Richtlijnen
Op deze slide zie je welke richtlijnen er zijn. Op de website vind je welke richtlijnen al gepubliceerd zijn (en dus geautoriseerd zijn door de beroepsverenigingen). Waarom juist deze onderwerpen? In veldonderzoek (bijvoorbeeld gesprekken met professionals) is gekeken waar het in de jeugdhulp en jeugdbescherming wringt, waar verschillen in aanpak zitten. De onderwerpen van de richtlijnen zijn gekozen op basis van urgentie en haalbaarheid.
7
De 5 belangrijkste boodschappen
Van en voor professionals Samen met cliënten Gemaakt voor de praktijk Ontwikkeling en invoering samen Pas toe of leg uit De 5 belangrijkste boodschappen Richtlijnen zijn van en voor professionals. Richtlijnen zijn de gezamenlijke body of knowledge om vanuit te werken, om trots op te zijn en om gefundeerd van af te wijken als je daar samen met je cliënt voor kiest. Ze zijn bedoeld voor jeugdprofessionals: alle richtlijnen zijn geschreven voor jeugdzorgwerkers en gedragswetenschappers. De beroepsverenigingen zijn eigenaar van de richtlijnen. Richtlijnen worden gemaakt en gebruikt samen met cliënten (ouders). Er is continu met cliënten samengewerkt in de ontwikkeling en invoering van richtlijnen. Een Cliëntentafel (een werkgroep van ervaringsdeskundigen, voornamelijk ouders) is ingesteld. Zij adviseren richtlijnontwikkelaars, bijvoorbeeld over het taalgebruik in richtlijnen, en denken mee over hoe richtlijnen het beste ingevoerd kunnen worden. Alle gepubliceerde richtlijnen onderschrijven het belang van een goede samenwerking tussen professionals, ouders en het kind of de jongere. Nu kunnen ouders en de jeugdige pas echt als volwaardig partner meedenken en meepraten als zij voldoende geïnformeerd zijn. De richtlijnen kunnen hierbij helpen. Bespreek als professional de richtlijn met ouders en jeugdige en wijs hen op het bestaan van een cliëntversie (info voor ouders). Leg (met behulp van deze informatie voor ouders) uit wat de verschillende opties zijn, om vervolgens samen na te gaan hoe zij tegen deze opties aankijken. Welke voorkeuren hebben ouders en wat willen ze juist niet? Zo komt er een proces van gedeelde besluitvorming (shared decision making) op gang. Meer informatie hierover vind je in elke richtlijn in de inleiding. Richtlijnen zijn gemaakt voor de praktijk. Bij elke richtlijn is gekeken: wat zijn (als het gaat om dit onderwerp) knelpunten en op welke vragen moet de richtlijn antwoord geven? Richtlijnen worden dus niet out of the blue ontwikkeld. Het uitvoeren van knelpuntenanalyses en het opstellen van uitgangsvragen is belangrijk! Ontwikkeling en invoering: het één kan niet zonder het ander. In het Programma Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming is er zowel voor de ontwikkeling als voor de invoering van richtlijnen aandacht. Zo zijn alle conceptrichtlijnen getest in de praktijk (iets wat in andere sectoren nog niet gebruikelijk is bij richtlijnontwikkeling!). In totaal hebben meer dan 400 professionals meegedaan aan zulke proefinvoeringen. In een periode van drie à vier maanden lazen zij de richtlijn, voerden ze aanbevelingen uit en reflecteerden op het werken met de desbetreffende richtlijn. Professionals zijn gevraagd naar hun ervaringen en met behulp van deze informatie konden ontwikkelaars hun richtlijn verder aanscherpen. Het werken met richtlijnen is niet vrijblijvend. Je past de richtlijn toe of je legt uit waarom je van de richtlijn afwijkt. Pas toe of leg uit ben je ten eerste aan jezelf verplicht. Zodat je scherp blijft op je eigen handelen en jezelf blijft ontwikkelen. Werken met richtlijnen ben je aan je werkgever verplicht. Als professional moet je kunnen aangeven wat je nodig hebt om de juiste hulp te kunnen bieden. En je bent het tot slot aan je cliënten verplicht. Zij verdienen de best beschikbare zorg en hebben recht op tekst en uitleg, wanneer je samen verschillende opties bespreekt en uiteindelijk een keuze maakt.
8
2. Richtlijn Stemmingsproblemen
Handvatten voor signalering en interventies Ontwikkeld door Trimbos-instituut “Door de richtlijn is er meer aandacht voor stemmingsproblemen dan voorheen, en dat is met onze doelgroep zeker nodig.” - Anne Tiemessen, pedagogisch medewerker op residentiële behandelgroep voor meiden van jaar 2. Richtlijn Problematische gehechtheid Deze richtlijn is gericht op jeugdigen vanaf zes jaar met stemmingsproblemen, of bij wie stemmingsproblemen worden vermoed. De richtlijn biedt handvatten voor de signalering en behandeling van stemmingsproblemen bij jeugdigen vanaf zes jaar, zowel als het gaat om ambulante hulpverlening als om hulpverlening in residentiele settingen (inclusief gesloten jeugdhulp en justitiële jeugdhulp) en de Centra voor Jeugd en Gezin. De richtlijn is ontwikkeld door het Trimbos-instituut.
9
Beschikbare materialen
Om online en offline te raadplegen: De richtlijn zelf De onderbouwing Info voor ouders Set werkkaarten Om aan de slag te gaan met deze richtlijn: Werkblad Deze powerpointpresentatie Meer materiaal op komst! Beschikbare materialen Van iedere richtlijn zijn verschillende materialen beschikbaar. Om online en offline te raadplegen en te doorzoeken, is er: De richtlijn zelf uiteraard. Onderbouwing: de onderbouwing van de richtlijn is niet voor dagelijks gebruik, maar ter referentie en verantwoording van het proces en de daaruit resulterende aanbevelingen. De onderbouwing gebruik je ter verdieping op de richtlijn. Info voor ouders: bij elke richtlijn is een cliëntversie ontwikkeld, om cliënten (ouders) goed te informeren en uit te nodigen tot samenwerking. Werkkaarten: de werkkaarten zijn gemaakt voor dagelijks gebruik en bevatten vaak de belangrijkste aanbevelingen uit de richtlijn. De richtlijn en de info voor ouders kun je lezen op Via de website kun je daarnaast de richtlijn, onderbouwing, info voor ouders en de werkkaarten downloaden als pdf. Deze materialen zijn tegen kostprijs ook via de website op papier te bestellen. Via vind je ook andere materialen die meer bedoeld zijn om met een richtlijn aan de slag te gaan. Dit zijn materialen die door medewerkers van het NJi ontwikkeld zijn om organisaties en professionals te ondersteunen bij de invoering van richtlijnen. Momenteel zijn de volgende materialen beschikbaar: Werkblad: per gepubliceerde richtlijn is een werkblad beschikbaar waarmee je zelf of samen met je team kennis kunt maken met de richtlijn. Als je het werkblad door werkt krijg je ook een overzicht van hoe je de richtlijn op dit moment al toe past en kom je achter de dingen die nog aandacht vragen. Powerpointpresentatie: die gebruik je nu! Bedoeld om anderen te informeren. Meer materiaal is op komst. Bijvoorbeeld factsheets die in gaan op de geleerde lessen uit de proefinvoering en tips voor invoering van de richtlijn.
10
Uitgangsvragen 1a. Wat zijn risico-, instand houdende en beschermende factoren voor stemmingsproblemen? 1b Welke (groepen) kinderen lopen meer risico op stemmingsproblemen dan andere kinderen? 1c. Wat zijn signalen van stemmingsproblemen? 2. Wat zijn signalen, risico-, instandhoudende en beschermende factoren voor suïcide en wanneer is direct ingrijpen vereist? 3. Waaruit moet onderzoek minimaal bestaan voordat hulpverleners aard en ernst van stemmingsproblemen kunnen vaststellen? Wanneer zijn stemmingsproblemen reden tot inzet van jeugdhulp en wanneer tot inzet van jeugd-ggz? 5. Wat zijn, voor welke leeftijden, (kosten)effectieve preventieve interventies die jeugdhulp kan bieden? 6. Hoe kunnen hulpverleners (preventief) werken buiten de spreekkamer (in de context van gezin, school en vrije tijd)? 7. Wat zijn, voor welke leeftijden, (kosten)effectieve interventies bij stemmingsproblemen die jeugdhulp kan bieden? 8. Welke criteria, indicaties en contra-indicaties bepalen de volgorde waarin interventies worden aangeboden bij meervoudige problematiek, waaronder stemmingsproblemen? 9. Wat kunnen hulpverleners doen als interventies gecontraïndiceerd zijn en aanbod van jeugd-ggz ontoereikend is? 10. Hoe kunnen hulpverleners een (jeugdhulp- of jeugd-ggz-) behandeling ondersteunen buiten de spreekkamer (in de context van gezin, school en vrije tijd)? Uitgangsvragen De Richtlijn Stemmingsproblemen is ontwikkeld door een werkgroep. Deze werkgroep heeft tien uitgangsvragen geselecteerd waar deze richtlijn een antwoord op geeft.
11
Hoofdstuk 1: Inleiding Onder stemmingsproblemen verstaan we:
‘bepaalde emotionele problemen die langer dan twee weken duren. Het gaat om verdriet, somberheid of labiel zijn. Met stemmingsstoornissen bedoelen we depressieve, dysthyme en bipolaire stoornissen.’ De stemmingsstoornissen zijn beperkt tot een ‘depressieve stoornis, eenmalige episode’ (code 296.2x) of een ‘depressieve stoornis, recidiverend’ (code 296.3x), tenzij anders aangegeven. Stemmingsproblemen of subklinische depressie (volgens de CAP-J) kunnen overgaan in stemmingsstoornissen (volgens de DSM-5). Stemmingsproblemen en -stoornissen kennen een episodisch beloop. De kans op terugval is groot. Hoofdstuk 1: Inleiding Op de slide wordt de definitie genoemd die de richtlijn hanteert. Stemmingsproblemen zijn in deze richtlijn gedefinieerd als ‘stemmingsproblemen’ volgens categorie 103 in de CAP-J, of als ‘stemmingsstoornissen‘ volgens de DSM-5.
12
Hoofdstuk 2: Risico-, en instandhoudende factoren
Uitgangsvragen 1a en 1b Risico-, en instandhoudende factoren: Jeugdigen (bv negatieve attributiestijl, geremd of snel boze reactie op omgevingsprikkels) Ouder en gezin (bv relatieproblemen of ruzies tussen ouders) Sociale omgeving en school (bv weinig sociale steun, laag inkomen) Beschermende factoren: Jeugdigen (bv gemakkelijke persoonlijkheid) Ouder en gezin (bv positief, ondersteunend gezinsklimaat) Sociale omgeving en school (bv positieve schoolervaringen) Hoofdstuk 2: Risico-, en instandhoudende factoren In dit hoofdstuk worden uitgangsvragen 1a en 1b beantwoord: 1a. Wat zijn risico-, instand houdende en beschermende factoren voor stemmingsproblemen? 1b. Welke (groepen) kinderen lopen meer risico op stemmingsproblemen dan andere kinderen? Risico-, instandhoudende en beschermende factoren: De risico-, in stand houdende en beschermende factoren voor stemmingsproblemen zijn in dit hoofdstuk onderverdeeld voor factoren binnen de jeugdige, factoren binnen ouder en gezin en factoren binnen sociale omgeving en school. Op deze slide staan enkele voorbeelden van deze risico-, instandhoudende en beschermende factoren genoemd. Voor meer factoren, zie hoofdstuk 2 van de richtlijn!
13
Aanbevelingen Hoofdstuk 2:
Ga in gesprek met de jeugdige en de ouder(s) en breng in kaart welke risicofactoren, in stand houdende factoren en beschermende factoren een rol spelen in het ontstaan en verergeren van stemmingsproblemen. Focus bij het signaleren van stemmingsproblemen zowel op het aantal risico- of in stand houdende factoren als op de aard van deze factoren Raadpleeg andere richtlijnen wanneer een andere problematiek speelt of hier vermoedens van zijn Wees extra alert op suïcidaliteit Breng de beschermende factoren van het sociale netwerk in kaart om dit netwerk waar nodig te kunnen mobiliseren om te voorzien in emotionele en praktische steun aan de jeugdige. Bied hulp in eerste instantie zo dicht mogelijk bij de jeugdige aan. Dus in het gezin, of anders om het gezin heen Aanbevelingen Hoofdstuk 2 Aanbevelingen zijn geformuleerd voor alle jeugdigen en voor jeugdigen met een verhoogd risico op stemmingsproblemen.
14
Hoofdstuk 3: Signaleren en vaststellen van stemmingsproblemen
Uitgangsvragen 1c, 3 en 4 Signalen stemmingsproblemen: Ontroostbaar huilen (baby) Geen plezier hebben (peuter-, en kleuterleeftijd, basisschoolleeftijd, adolescenten) Schuldgevoelens (basisschoolleeftijd, adolescenten) Problemen met eigenwaarde (basisschoolleeftijd, adolescenten) Minder actief zijn dan voorheen (basisschoolleeftijd, adolescenten) Hoofdstuk 3: Signaleren en vaststellen van stemmingsproblemen In dit hoofdstuk worden uitgangsvragen 1c, 3 en 4 beantwoord. 1c. Wat zijn signalen van stemmingsproblemen? 3. Waaruit moet onderzoek minimaal bestaan voordat hulpverleners aard en ernst van stemmingsproblemen kunnen vaststellen? 4. Wanneer zijn stemmingsproblemen reden tot inzet van jeugdhulp en wanneer tot inzet van jeugd-ggz? Signalen stemmingsproblemen: Baby/dreumes: ontroostbaar huilen, slaap- en eetstoornissen, apathie, zich terugtrekken. Peuter- en kleuterleeftijd: droeve gelaatsuitdrukking en lichaamshouding, geen plezier hebben, niet speels zijn, geen symbolisch spel spelen, scheidingsangst laten zien, een lichamelijke en emotionele groeiachterstand hebben, onrealistische ‘magische’ schuldgevoelens hebben. Basisschoolleeftijd zijn de signalen: een droeve stemming, geen plezier hebben, schuldgevoelens hebben, het idee hebben slecht te zijn, lusteloosheid, problemen met eigenwaarde hebben, suïcidale gedachten hebben, negatieve gedachten over de toekomst hebben, erg bezig zijn met ziekte en dood, minder actief zijn dan voorheen. Adolescenten: een droeve stemming, geen plezier hebben, schuldgevoelens hebben, het idee hebben slecht te zijn, lusteloosheid, problemen hebben met eigenwaarde, suïcidale plannen of daden, minder actief zijn dan voorheen, minder motivatie hebben om iets te presteren, ontevreden zijn over lichaam, seksualiteit en relaties
15
Hoofdstuk 3 (vervolg) Voor vaststellen problematiek, van belang te vragen: of er specifieke perioden zijn waarin een depressie optreedt (in verband met seizoensgebonden depressie); of er sprake is van een sombere stemming en van verlies van interesse of plezier (anhedonie) gedurende de laatste weken (kernsymptomen); of depressie of neerslachtigheid in de familie voorkomt; of er bij de ouder(s) sprake is van andere psychopathologie dan depressie, zoals angststoornissen of verslavingsproblematiek. Hoofdstuk 3: Signaleren en vaststellen van stemmingsproblemen Welke vragen moet je stellen om stemmingsproblemen te kunnen vaststellen?
16
Aanbevelingen Hoofdstuk 3
Raadpleeg bij ernstige stemmingsproblemen en bij stemmingsstoornissen de huisarts of de gespecialiseerde zorg over een verwijzing en/of samenwerking. Hoe ernstiger de problematiek, hoe sneller er gehandeld moet worden. Schakel de huisarts of de gespecialiseerde zorg in bij comorbiditeit, bipolaire problematiek en/of wanneer je inschat dat je eigen inzet binnen de jeugdhulp te weinig resultaat geeft. Vraag bij twijfel om collegiaal advies van de gespecialiseerde zorg. Verwijs direct door naar de huisarts of de jeugd-ggz zodra je signalen krijgt dat er mogelijk sprake is van bipolaire problematiek (de jeugdige heeft bijvoorbeeld hypomane fasen). Verwijs bij comorbiditeit direct door naar de huisarts of de jeugd-ggz Schakel de huisarts of de gespecialiseerde zorg in wanneer je inschat dat je eigen inzet binnen de jeugdhulp te weinig resultaat geeft. Aanbevelingen Hoofdstuk 3 Op de slide worden een paar aanbevelingen genoemd uit dit hoofdstuk. Andere aanbevelingen zijn in de richtlijn te lezen!
17
Hoofdstuk 4: Suïcidaliteit
Uitgangsvraag 2 Definitie: Onder ‘suïcidaliteit’ wordt de suïcidale toestand verstaan. Deze toestand omvat suïcidegedachten en suïcidale handelingen in de recente en ruimere voorgeschiedenis en in het heden. Cruciaal zijn de motieven, intenties, overwegingen en plannen zoals door de jeugdige gerapporteerd. Het gaat er de jeugdige meestal niet om een doodswens te vervullen: de wens is vooral dat problemen weg zijn en dood zijn wordt gezien als enige uitweg voor depressieve of machteloze gevoelens. Hoofdstuk 4: Suïcidaliteit In dit hoofdstuk wordt uitgangsvraag 2 beantwoord: 2. Wat zijn signalen, risico-, instandhoudende en beschermende factoren voor suïcide en wanneer is direct ingrijpen vereist? Op de slide wordt de definitie van suïcidaliteit beschreven.
18
Suïcidaliteit (vervolg)
Belangrijke risicofactoren suïcide: Depressie Aanwezigheid comorbiditeit psychische stoornissen Stressoren, hopeloosheid, impulsiviteit en sociaal isolement Suïcidale mensen brengen hun suïcidegedachten niet altijd uit zichzelf ter sprake! Doe navraag naar suïcidegedachten, bijvoorbeeld: Op transitiemomenten in de lopende behandeling van psychische problemen bij uitingen van wanhoop na ernstige verliezen Hoofdstuk 4. Suïcidaliteit (vervolg) De belangrijkste risicofactor voor suïcide door jeugdigen is depressie. Bij depressie komen namelijk vaak suïcidale gedachten en handelingen voor. De aanwezigheid van andere psychische stoornissen (comorbiditeit) vormt sowieso een grote risicofactor. Stressoren, hopeloosheid, impulsiviteit en sociaal isolement spelen een belangrijke rol. Op deze slide worden een paar situaties genoemd waar navraag gedaan dient te worden naar suïcidegedachten (omdat mensen deze gedachten niet altijd zelf ter sprake brengen)
19
Aanbevelingen bij Hoofdstuk 4
Geef depressieve kinderen en jongeren steun en hoop, zorg dat een volwassene adequaat toezicht houdt op de jeugdige, en los praktische problemen en knelpunten die de depressie in stand kunnen houden op. Zorg voor goede diagnostiek van stemmingsstoornissen en andere vormen van psychische problematiek als een kind of jongere een vraag over suïcide in een vragenlijst of gesprek positief beantwoordt. Wanneer je suïcidaliteit vermoedt, maak dit dan bespreekbaar. Neem altijd contact op met collega’s en je inhoudelijk leidinggevende wanneer je met een jeugdige over diens suïcidaliteit hebt gesproken en deel je ervaring in het team. Plaats een jeugdige niet direct over bij (tijdelijke) suïcidaliteit, mits de veiligheid gewaarborgd kan worden. Aanbevelingen Hoofdstuk 4 Aan het einde van hoofdstuk 4 geeft de richtlijn 6 aanbevelingen. Op deze slide staat hiervan 5 (verkort) beschreven. Zie voor de volledige aanbevelingen Hoofdstuk 6 van de richtlijn.
20
Hoofdstuk 5: Interventies bij stemmingsproblemen
Uitgangsvragen 5, 7 en 8 Onderscheid tussen interventies voor jeugdigen met een verhoogd risico op stemmingsproblemen (zie werkkaart 4) en voor jeugdigen met stemmingsproblemen (zie werkkaart 5) Hoofdstuk 5: Interventies bij stemmingsproblemen In dit hoofdstuk worden uitgangsvraag 5, 7 en 8 beantwoord: 5. Wat zijn, voor welke leeftijden, (kosten)effectieve preventieve interventies die jeugdhulp kan bieden? 7. Wat zijn, voor welke leeftijden, (kosten)effectieve interventies bij stemmingsproblemen die jeugdhulp kan bieden? 8. Welke criteria, indicaties en contra-indicaties bepalen de volgorde waarin interventies worden aangeboden bij meervoudige problematiek, waaronder stemmingsproblemen? Een overzicht van evidence-based interventies is weergegeven op de werkkaarten 4 en 5. Op de werkkaarten zijn alleen de interventies opgenomen waarnaar gedegen onderzoek is gedaan en die een vermindering van symptomen laten zien. Daarnaast zijn er interventies weergegeven die van invloed zijn op de beschermende en risicofactoren die bij stemmingsproblemen een rol spelen.
21
Interventies voor jeugdigen met een verhoogd risico op stemmingsproblemen
Hoofdstuk 5. Interventies voor jeugdigen met een verhoogd risico op stemmingsproblemen. Op deze slide zijn interventies opgenomen voor jeugdigen met een verhoogd risico op stemmingsproblemen (zie ook werkkaart 4 en de richtlijn).
22
Interventies voor jeugdigen met stemmingsproblemen
Hoofdstuk 5. Interventies voor jeugdigen met stemmingsproblemen Op deze slide zijn interventies opgenomen voor jeugdigen met stemmingsproblemen (zie ook werkkaart 5). Opgenomen interventies zijn: Vrienden voor jeugdigen met een stemmingsstoornis -10 groepssessies, 4 sessies met ouders - bij jeugdhulp en op school Praten Online voor jeugdigen met ernstig depressieve klachten - variabel aantal online sessies Gripopjedip voor jeugdigen met depressieve klachten - 8 online sessies online te volgen op De D(o)epressie cursus voor jeugdigen met een stemmingsstoornis - 16 sessies - bij jeugd-ggz Stemming makerij voor jeugdigen met somberheids- en depressieve klachten - 8 groepssessies - bij jeugdhulp, jeugd-ggz en op school Pak aan voor jeugdigen met een stemmingsstoornis - 18 groepssessies Op volle kracht preventief voor alle leerlingen - zonder en met depressieve klachten - én voor jeugdigen die al klachten ervaren -meerdere sessies - op school Head up voor jeugdigen met matige tot lichte depressieve klachten - 8 groepssessies - bij
23
Aanbevelingen bij Hoofdstuk 5
Geef altijd psychoeducatie aan zowel de jeugdige als de ouders. Zet bij stemmingsproblemen een aanbevolen interventie in. Hierbij geldt: hoe eerder hoe beter. Indien mogelijk, betrek dan de ouders bij de interventie. Houd bij het inzetten van interventies voor behandeling rekening met de interventies de ernst van de problematiek en de leeftijd van de jeugdige. Geef waar mogelijk zowel de jeugdige als ouders een keuze tussen enkele interventies, bijvoorbeeld online behandeling of niet, binnen de jeugdhulp of jeugd-ggz. Vraag bij twijfel om collegiaal advies van de gespecialiseerde zorg. Aanbevelingen bij Hoofdstuk 5. Een aantal van de gegeven aanbevelingen uit hoofdstuk 5 staan op deze slide genoemd. Zie voor meer aanbevelingen Hoofdstuk 5 van de richtlijn en op werkkaart 4 en 5.
24
Hoofdstuk 6: Samenwerking en afstemming
Uitgangsvragen 6, 9 en 10 Taken (voor de jeugdprofessional) rondom stemmingsproblemen: Psycho-educatie geven Diagnose stellen Begeleiden van groepsdynamiek Creëren van een positief opgroei- en opvoedklimaat Diverse interventies uitvoeren Adviseren aan de omgeving van de jeugdige Hoofdstuk 6: Samenwerking en afstemming In dit hoofdstuk wordt uitgangsvraag 6, 9 en 10 beantwoord: 6. Hoe kunnen hulpverleners (preventief) werken buiten de spreekkamer (in de context van gezin, school en vrije tijd)? 9. Wat kunnen hulpverleners doen als interventies gecontraïndiceerd zijn en aanbod van jeugd-ggz ontoereikend is? 10. Hoe kunnen hulpverleners een (jeugdhulp- of jeugd-ggz-) behandeling ondersteunen buiten de spreekkamer (in de context van gezin, school en vrije tijd)? Taken rondom stemmingsproblemen: Tijdens de ontwikkeling van deze richtlijn was de transitie van de jeugdhulp naar gemeenten nog in volle gang. Hoe de verdeling van taken binnen de jeugdhulp en de jeugd-ggz van de toekomst eruit zal zien, is nog niet uitgekristalliseerd en kan daarbij per gemeente verschillend zijn. De taken rondom stemmingsproblemen dienen te worden uitgevoerd door een daartoe gekwalificeerde jeugdprofessional. In deze slide staan een aantal taken van jeugdprofessionals genoemd. In de richtlijn vind je meer mogelijke taken!
25
Samenwerking en afstemming (vervolg)
Voorbeelden uit checklists (bestemd voor gezin, pleeggezin, school, hulpverlening onderling en lastig bereikbare groepen): Stem binnen het team en met de jeugdige af wie de ouders informeert over de stemmingsproblemen van de jeugdige, en hoe dit gebeurt (gezin) Help de jeugdige en/of de ouders te zorgen voor een duidelijke dagstructuur. Dat wil dus zeggen: met regelmaat in opstaan, eten en slapen (gezin) Besef dat depressiviteit en leerproblemen samengaan (school) Verblijft een jeugdige al in een residentiële instelling en ontvangt hij tegelijkertijd behandeling binnen de jeugd-ggz, dan verdient het de voorkeur om de jeugdige in de residentiële instelling te laten blijven wonen, tenzij dit niet in het belang van de jeugdige is (hulpverlening onderling) Stel een terugval-preventieplan op, bijvoorbeeld Signs of Safety (lastig bereikbare groepen) Hoofdstuk 6: Samenwerking en afstemming Checklists Jeugdigen met stemmingsproblemen of een stemmingsstoornis hebben soms een netwerk van hulpverleners om zich heen. Voor het begeleiden van de jeugdigen met stemmingsproblemen hebben we checklists voor verschillende leefgebieden gemaakt die jeugdprofessionals kunnen gebruiken om tot een goede samenwerking en afstemming met andere leefgebieden te komen. De uitgebreide checklists zijn te vinden in de richtlijn in hoofdstuk 6! Lastig bereikbare groepen Er is een groep jeugdigen met stemmingsproblemen die voor reguliere hulpverlening zeer lastig bereikbaar is of hier niet terecht kan doordat er ook andere problemen spelen. Denk hierbij aan zwervende jongeren of aan jongeren met fors middelengebruik in combinatie met zeer ernstige psychiatrische problematiek. Ook bij vluchtelingen- of asielzoekerskinderen speelt er vaak GGZ-problematiek. Voor de checklist voor lastig bereikbare groepen, zie hoofdstuk 6 van de richtlijn.
26
Vragen? Vragen? Het is altijd goed om tijd in te ruimen voor vragen. Wie in de zaal heeft er een vraag? Willen jij en je collega’s gaan werken met deze richtlijn? Bespreek dan hoe jullie na deze presentatie verder gaan. De materialen die online staan (zie slide 9) kunnen je helpen. Start bijvoorbeeld met het werkblad: ga hier in duo’s mee aan de slag en bespreek jullie bevindingen later in een teamoverleg.
27
Meer weten? Bekijk www.richtlijnenjeugdhulp.nl
Volg Richtlijnen op Vragen? Stuur een mail naar
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.