Download de presentatie
1
Het beenderstelsel
2
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
3
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
4
Bouw en functie Botten zijn niet statisch, maar goed doorbloede, levende structuren. Functies: Ondersteuning van weke delen Aanhechting spieren en pezen Geven vorm aan het lichaam Productie van bloedcellen Opslag van mineralen Het beenderstelsel
5
Bouw en functie Soorten botten: Pijpbeenderen Korte beenderen
Onregelmatige beenderen Platte beenderen Sesambeentjes Het beenderstelsel
6
Bouw en functie Bouw: 2 epifisen + metafysen 1 schacht (of diafyse)
Botvlies (periost) Voedende arterie, zenuw Het beenderstelsel
7
Bouw en functie Bouw: Het beenderstelsel
8
Bouw en functie Bouw: Bot bestaat uit kalkzouten + collageen
Kalkzouten: hard, niet buigzaam Collageen: flexibel Kinderen: minder kalk, dus buigzamer Ouderen: beenderen zijn brozer Het beenderstelsel
9
Bouw en functie Botcellen:
Osteoblasten: scheiden nieuw botweefsel af en rijpen later tot osteocyten. Osteocyten: volwassen botcellen, raken gevangen binnen het nieuw gevormde bot, handhaven de botstructuur. Osteoclasten: breken botweefsel af (osteolyse), nodig om de vorm van het bot te bewaren. Het beenderstelsel
10
Bouw en functie Compact bot: Systeem van Havers (Osteonen)
Kanaal van Havers Kanaal van Volkmann Osteocyten aanwezig tussen de lamellen Het beenderstelsel
11
Bouw en functie Botvorming (Osteogenese)
Enchondrale botvorming (vanuit kraakbeen) Lengtegroei via epifysaire schijf Stopt wanneer de groeischijf volledig verkalkt is op volwassen leeftijd Periostale botvorming Diktegroei gedurende het hele leven mogelijk Belangrijk bij botbreuk Het beenderstelsel
12
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
13
Beenderen van de romp Cranium Cranium Clavicula Vertebrae cervicales
Scapula Scapula Sternum Costae Costae Os humerus Vertebrae thoracales Radius Vertebrae lumbales Ulna Os coxae Os coxae Ossa carpi Os sacrum Ossa metacarpi Os coccygis Ossa digitorum manus Femur Femur Patella Patella Os tibia Os tibia Os fibula Ossa tarsi Os fibula Ossa metatarsi Ossa digitorum pedis Ossa tarsi Calcaneus Het beenderstelsel Ossa metatarsi Ossa digitorum pedis
14
Beenderen van de romp De schedel Os parietale Os frontale
Os sphenoidale Orbita Os temporale Os nasale Os zygomaticum Maxila Mandibula Het beenderstelsel
15
Beenderen van de romp De schedel Os frontale Os parietale
Os sphenoidale Os temporale Os nasale Os occipitale Os zygomaticum Maxila Mandibula Het beenderstelsel
16
Beenderen van de romp De wervelkolom
7 halswervels (Vertebrae Cervicales C1-C7) 12 borstwervels (Vertebrae Thoracicae Th1-Th12) 5 lendenwervels (Vertebrae Lumbales L1-L5) 5 heiligbeenwervels (Vertebrae Sacrales S1-S5) 3 of 4 staartbeenwervels (Vertebrae Coccygeae Cc1-Cc3/4) Het beenderstelsel
17
Beenderen van de romp De wervelkolom Combineert stevigheid met soepelheid en vormt een doorgang voor het Ruggenmerg. Het beenderstelsel
18
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
19
Botverbindingen Kraakbenige verbinding Te vinden tussen ribben en
borstbeen (sternum) Eveneens aanwezig op de uiteinden van de botten waar het deel uitmaakt van een gewricht Het beenderstelsel
20
Botverbindingen Vezelverbinding Te vinden tussen de schaambeenderen
Het beenderstelsel
21
Botverbindingen Naadverbinding
Te vinden tussen de verschillende schedelbeenderen Het beenderstelsel
22
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
23
Gewrichten Soorten gewrichten Kogelgewricht Scharniergewricht
Rolgewricht Ellipsvormig gewricht Zadelgewricht Draaigewricht Het beenderstelsel
24
Gewrichten Kogelgewricht Vb: Heup Schouder Het beenderstelsel
25
Gewrichten Scharniergewricht Vb: Knie Ellenboog Het beenderstelsel
26
Gewrichten Rolgewricht Vb: Spaakbeen en ellepijp Het beenderstelsel
27
Gewrichten Ellipsvormig gewricht Vb: Polsgewricht Het beenderstelsel
28
Gewrichten Zadelgewricht Vb: Duim en handpalm Het beenderstelsel
29
Gewrichten Draaigewricht Vb: Hoofd en wervelkolom Het beenderstelsel
30
Gewrichten Het beenderstelsel
31
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
32
Topografie van het lichaam
Dwarse = transversaal vlak erboven: craniaal; proximaal eronder: caudaal; distaal Frontaal = coronaal vlak ervoor: ventraal (buikwaarts) erachter: dorsaal (rugwaarts) Sagittaal = axiaal vlak (bijz. spiegel of mediaan vlak ) meer aan de buitenzijde: lateraal meer aan de binnenzijde: mediaal Het beenderstelsel
33
Topografie van het lichaam
LINKS: Sinister/ sinistra/ sinistrum RECHTS: Dexter/ dextra/ dextrum NAAR BUIK TOE: Ventraal RUGWAARTS: Dorsaal BOVENWAARTS: Craniaal ONDERWAARTS: Caudaal ZIJWAARTS: Lateraal NAAR MIDDEN: Mediaal NAAR UITEINDE LIDM : Distaal NAAR OORSPRONG LIDM: Proximaal Het beenderstelsel
34
Topografie van het lichaam
Veel vookomende benamingen N(ervus): Zenuw A(rteria) Slagader V(ena) Ader M(usculus) Spier Os Bot Het beenderstelsel
35
Topografie van het lichaam
Veel vookomende benamingen VOOR: Pre- Vb. Pre-auriculair: voor het oor ACHTER: Retro-, Post- Vb. Retro-auriculair: achter het oor BOVEN: Supra-, Epi- Vb. Supra-diafragmatisch: boven het middenrif Vb. Epi-dermis: opperhuid ONDER: Infra-, Sub- Vb. Sub-mammair: onder de borst Vb. Sub-cutis: onderhuid TEGENAAN: Juxta-; Para- Vb. Para-vertebraal: tegenaan de wervelzuil Vb. Juxta-glomerulair: tegenaan de glomerulus RONDOM: Peri- Vb. Peri-neuraal: rondom de zenuw Het beenderstelsel
36
Topografie van het lichaam
Veel vookomende benamingen TUSSEN: Inter- Vb. Inter-digitaal: tussen de vingers/tenen IN: Intra- Vb. Intra-cellulair: in de cel BUITEN: Extra- Vb. Extra-cellulair: buiten de cel DOOR: Per-, Dia-, Trans- Vb. Per-cutaan: door de huid Het beenderstelsel
37
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
38
Beenderen van de bovenste extremiteiten
Clavicula Scapula Humerus Ulna Ossa Carpi (Handwortelbeentjes) Ossa Metacarpalia (Middenhandsbeentjes) Phalanges (Vingerkootjes) Radius Gewrichtskom van de scapula Humerus kop Tuberculum minus Tuberculum majus Acronium Processus coracoideus Het beenderstelsel
39
Het beenderstelsel Bouw en functie Beenderen van de romp
Botverbindingen Gewrichten Topografie van het lichaam Beenderen van de bovenste extremiteiten Beenderen van de onderste extremiteiten Het beenderstelsel
40
Beenderen van de onderste extremiteiten
Het beenderstelsel
41
Beenderen van de onderste extremiteiten
Het beenderstelsel
42
Beenderen van de onderste extremiteiten
Het beenderstelsel
43
Vragen?
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.