PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE VANAF 1919 3.3 ONTZUILING EN VERDERE DEMOCRATISERING - 1 E DEEL Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland.

Presentatie over: "PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE VANAF 1919 3.3 ONTZUILING EN VERDERE DEMOCRATISERING - 1 E DEEL Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland."— Transcript van de presentatie:

1 PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE VANAF 1919 3.3 ONTZUILING EN VERDERE DEMOCRATISERING - 1 E DEEL Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland

2 Verandering in mentaliteit I De generatie die na WO II opgroeide keek anders tegen de wereld aan dan hun ouders.  Welvaart was voor hen vanzelfsprekend  Ieder kind was hoger opgeleid dan zijn/haar ouders  Het individualisme werd steeds sterker doordat  De greep op de jongeren van ouders, kerk en overheid minder sterk werd  Zelfontplooiing werd belangrijk  Geluk was belangrijker dan materiele zaken  Het milieu was belangrijker dan materieel gewin

3 Verandering in mentaliteit II De generatie die na WO II opgroeide keek anders tegen politiek en politici aan  Politici waren oud, conservatief en wisten niet wat er daadwerkelijk in de samenleving speelde en wat belangrijk was voor jongeren, aldus jongeren!  Politici speelden spelletjes; vooral de confessionele politici deden er alles aan om aan de macht te blijven

4 Ontstaan van protestbewegingen I De generatie die na WO II opgroeide keek anders tegen de samenleving aan  Deze moest veranderen én via de politiek ging dat dus niet  De politici vormden een regentenkliek  dus niet democratisch (genoeg) en machtsgeil Echte democratie is  is meebeslissen  komt van onderaf  medezeggenschap

5 Ontstaan van protestbewegingen II De generatie die na WO II opgroeide wordt  Antiautoritair  Aktiebereid  én dagen het gezag uit door/met  Demonstraties  Ludieke acties  Sit-ins  Steun aan meer radicale groeperingen

6 Ludieke Acties

7 LEES PARAGRAAF 3.3 MAAK OP ZOEK NAAR DE KERN (P.50) VRAAG 1, 3 & 4 Huiswerk