Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdRené Smeets Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Netto en bruto inkomen, of belasting en sociale premies.
Boxen en schijven.
2
Loonkosten: Loonheffing. Werknemersaandeel werknemersverzekeringen.
Werkgeversaandeel werknemersverzekeringen. Netto loon De wig.
3
De loonheffing bestaat uit:
Belasting en volksverzekeringen via het schijvenstelsel. Daarnaast: Werknemersverzekeringen via het brutoloon.
4
De loonheffing: Bruto loon – aftrekposten = belastbaar loon
Belastbaar loon via schijven = schijfheffing Schijfheffing – heffingskorting = loonheffing
5
Werknemersverzekering
Naast loonheffing extra verzekeringen tegen werknemersrisico’s als ziekte en werkloosheid. Deel wordt door de werknemer betaald Grootste deel wordt door de werkgever betaald. Werknemersdeel gaat van het brutoloon af. Werkgeversdeel komt nog op het brutoloon.
6
Loonkosten: Werkgevers- aandeel werknemersverzekeringen.
Werknemers aandeel werknemersverzekeringen. Loonheffing. Nettoloon
7
Vermogensrendementbelasting:
Rendement is opbrengst vermogen, MAAAAR: de overheid heeft een percentage wettelijk vastgesteld, dit is dus fictief. In werkelijkheid kun je meer of minder rendement hebben. Het fictieve rendement is 4% Daarover betaal je 30% ongeveer € is vrijgesteld. Je betaalt dus 1,2% over het vermogen boven de vrijstelling.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.