Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdCornelia Peeters Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Concurrentiekracht en loonkost CA -RB-2013-32
2
De loonkostenhandicap volgens de huidige wet op het concurrentievermogen •Loonkostenhandicap van 5,2% •Niet de absolute loonkostenhandicap maar enkel de handicap opgebouwd sinds 1996 •Enkel ten opzichte van de 3 buurlanden •Macro-economisch concept: •Geen benchmarking op basis van werknemersprofielen •De totale loonmassa gedeeld door totaal aantal gewerkte uren •Zonder ambtenaren •Groot verschil met andere publicaties van loonkostenverschillen (Eurostat, IDW, Prof. J. Konings…)
3
Berekening van loonkostenhandicaps met de 3 buurlanden volgens de cijfers van de CRB 3 •Totale handicap 1987-2012: 11,6% • Handicap volgens het rapport: 1996-2012: +5,2%
4
Loonkostenhandicap met de 3 buurlanden (LK/uur) in 2012 volgens Eurostat Eurostat: €/uur BDe 3Handicap Totaal (zonder landbouw en openbare diensten) 37,232,116,1% Business sector 40,532,624,4% Industrie 42,735,719,7% Agoria Productie 42,238,69,4% Bouw 32,928,017,7% Diensten profitsector 40,431,129,9% 4 •Labour Cost Survey (LCS) 2008 + extrapolatie met Labour Cost Index (LCI) tot 2012 •Per uur voor een voltijdse medewerker •Ondernemingen met meer dan 10 werknemers •Agoria Productie: LCS 2008 + raming Agoria
5
Opdracht Expertencollege: arbeidskosten, loonsubsidies en arbeidsproductiviteit •Opdracht: regeringsbeslissing van november 20/11/2012 i.v.m. loonblokkering en dichten van de loonkloof: •Regering schat de “bruto” loonkloof voorlopig op 5,2% •Waarvan de impact van loonsubsidies moet worden afgetrokken. Met loonsubsidies wordt immers in het rapport van de CRB geen rekening gehouden •“Om tot een eenduidige berekening van de loonkloof te komen, vraagt de regering aan een college van experten (bestaande uit vertegenwoordigers van de Nationale bank, het Planbureau, de hoge Raad voor Werkgelegenheid, Adsei, de CRB en Eurostat) binnen de 6 maanden hierover duidelijk advies uit te brengen” •Belang: •Consensuscijfer over loonkloof moet uitgangspunt worden voor: •Aanpassing van de wet op de concurrentiekracht en verderzetten loonblokkering •Doelstellingen in verband met lastenverlagingen
6
1. Overzicht van de loonsubsidies niet meegenomen in loonkostenhandicap •België : totaal van 6,2 miljard aan loonsubsidies op een loonmassa van 145 miljard in 2011: •2,7 miljard aan vrijstellingen van doorstorten van Bedrijfsvoorheffing: •0,9 miljard algemene vrijstelling •1,0 miljard ploegen en nachtarbeid •0,1 miljard overuren •0,6 miljard onderzoekers •0,1 miljard diverse •3,1 miljard loonsubsidies via de Sociale Zekerheid •1,4 miljard dienstencheques •0,6 miljard activering werklozen •1,1 miljard sociale sector: sociale Maribel, Gesco’s, Jongerenbonus •0,4 miljard gewestelijke loonsubsidies •0,33 miljard voor beschutte werkplaatsen •0,04 miljard premies oudere werknemers en prime à l’emploi •3 Buurlanden: in de buurlanden wordt nauwelijks gebruik gemaakt van loonsubsidies behalve in Frankrijk vanaf 1 januari 2013 waar een belastingkrediet werd ingevoerd (impact van 2,35% in de industrie)
7
Overzicht van de loonsubsidies in 2011 (in % van de totale loonkost voor aftrek bijdrageverminderingen en loonsubsidies) Agoria- productie ICT-ServicesTotaal verwerkende nijverheid Diensten Profit (incl.bouw en energie) Diensten non- profit (zonder ambtenaren) Totaal 3,8%1,74%3,7%3,2%6,5% Waarvan Algemene vrijstelling BV 0,7% 0,26% Vrijstelling BV Nacht en ploegen 1,71%0,09%1,9%0,42%0% Vrijstelling BV Overuren 0,15%0,07%0,16%0,1%0% Vrijstelling BV O&O 0,58%0,64%0,5%0,18%0,1% Activering via RSZ- subsidies 0,11%0,17%0,13%0,42%0,72% Vrijstelling RSZ Dienstencheques 0%0,06%0%1,08%1,68% Gewestelijke (vnl. beschutte werkplaatsen) 0,57%0,0%0,38%0,26%0,0% 7
8
2. Impact van de loonsubsidies op de loonkostenhandicap volgens de CRB •Rapport geeft een waaier van mogelijke correcties voor effect van loonsubsidies in functie van: •Soorten loonsubsidies: algemene verlagingen gericht op competitiviteit, doelgroepenbeleid, gewestelijke premies, activeringsbeleid •Verschillende loonsubsidies in de buurlanden (miniem tot eind 2012) •Correcties voor impact van werkgelegenheidsbeleid op gemiddelde loonkost per uur: toename aandeel van lage loonjobs via dienstencheques, activering,... •Conclusie: geen duidelijke advies
9
Loonkostenverschil 1996-2011 met de buurlanden volgens de verschillende subsidiescenario’s van het expertenrapport Loonkostverschil over de periode 1996-2011 Niet voor loonsubsidies gecorrigeerde loonkostenhandicap (1996-2011) 4,60% Correctie voor alle loonsubsidies 0,55% Correctie voor vrijstellingen BV en gewestelijke subsidies en subsidies inzake activering 2,06% Correctie voor vrijstelling BV en gewestelijke subsidies inzake activering en neutralisatie van werkgelegenheidseffect in lageloonjobs 3,27% Correctie voor vrijstelling BV en gewestelijke subsidies 2,42% Correctie voor vrijstelling BV en gewestelijke subsidies zonder werkgelegenheidseffect in lageloonjobs 3,64% Correctie voor vrijstelling BV 2,86% Correctie voor vrijstelling BV zonder werkgelegenheidseffect in lageloonjobs 4,10% 9
10
3.Conclusies Agoria : Loonkostenconcept CRB en Expertenrapport statistisch irrelevant voor meten van concurrentiekracht en voor benchmarking bij investeringsbeslissingen 10
11
3.Conclusies Agoria (vervolg) •Loonkostenhandicap van België blijft onder alle hypotheses te hoog en moet verder afgebouwd worden •Enkel met loonsubsidies die de algemene concurrentiekracht versterken kan rekening worden gehouden
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.