De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Onderzoek.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Onderzoek."— Transcript van de presentatie:

1 Onderzoek

2 Planning Woensdag: Informatie 7.45 – 9.00 Donderdag: Vrijdag
Informatie 7.45 – Werken aan je onderzoeksplan 9.00 – 14.15 Volgende week elke dag 7.45 – werken aan eigen onderzoeksplan Inleveren onderzoeksplan donderdag 28 juni

3 Vandaag Waarom onderzoek doen? Hoe ziet een onderzoek er globaal uit?
Kwalitatief en kwantitatief onderzoek Wat wil ik onderzoeken en waarom is het belangrijk dat dit onderzocht wordt? Kan ik een instantie benaderen die met een onderzoeksvraag komt?

4 Verwacht niet dat je met het doen van onderzoek antwoorden gaat vinden, maar eerder dat je juist allemaal nieuwe vragen krijgt.

5 Waarom doen we eigenlijk onderzoek?
In je opleiding straks, maar ook in je werk later word je voortdurend geconfronteerd met onderzoek: Je moet zelf onderzoeken Of je maakt gebruik van onderzoek van anderen Welke behandeling is het beste voor mijn patienten, op welke manier haal ik een zo hoog mogelijk rendement, waarom zijn mijn klanten niet tevreden, hoe komt het dat zoveel leerlingen wiskunde B kiezen?

6 Opdrachtgever Onderzoek over asfalt op Bonaire Bonlab Belastingdienst
WEB Zonnepanelen Stinapa Architecten Politie Enz. Het mooiste is om iets te onderzoeken wat ook daadwerkelijk in de praktijk gebruikt kan worden. Denk aan het onderzoek over asfalt dat vorig jaar gedaan is door leerlingen in havo 4. Deze onderzoeksresultaten zijn daadwerkelijk door een instantie overgenomen. Bedenk een onderwerp en kijk of je vandaag of morgen contact kan opnemen met een instantie waarvoor je een onderzoek zou kunnen uitvoeren.

7 lnleiding Wat is het probleem waar het onderzoek uit voortkomt? (Probleemstelling) Waarom wordt dit onderzoek uitgevoerd? (Doelstelling) Wat is de uiteindelijke onderzoeksvraag? Een goed werkplan maken kost tijd en omvat in hoofdlijnen de volgende vier vragen.

8 Probleemstelling, doelstelling en onderzoeksvraag
Je begint je onderzoek vanuit een probleemstelling. Zwaarlijvigheid onder kinderen neemt steeds verder toe. De taak van de onderzoeker is om informatie te leveren zodat anderen een oplossing kunnen bedenken en uitvoeren. Verdiep je eerst in het onderwerp en kijk wat er al bekend is Hypothese zou kunnen zijn: Televisiereclames versterken overgewicht bij kinderen Geef expliciet aan wat je met je onderzoek wil bereiken, je doelstelling. Het leveren van een bijdrage aan de kennis over het ontstaan van overgewicht bij kinderen, om op die manier een bijdrage te kunnen leveren aan het verminderen van het probleem. Je onderzoeksvraag komt voort uit je probleemstelling en je doelstelling. Deze onderzoeksvraag ligt niet direct vast, gedurende je onderzoek kan je dit nog aanpassen. Is er een relatie tussen het geconfronteerd worden met reclame voor ongezonde voedingsproducten en het consumeren van die producten voor kinderen? Dit is een voorbeeld van een maatschappelijk probleem. Er is behoefte aan informatie om iets aan dit probleem te kunnen doen. Het is niet jouw taak als onderzoeker om met kant en klare oplossingen te komen, maar met informatie waar de opdrachtgever iets mee kan. Zorg dat je eerst zorgvuldig inleest. Wat is er al bekend over zwaarlijvigheid en dan specifiek ook onder kinderen? Belangrijk is om aan te geven wat het doel is van je onderzoek, wat wil je bereiken. Puur informatie opzoeken is niet voldoende, het moet ergens toe dienen. Let er op dat je onderzoeksvraag ook echt een vraag is. Werk van breed naar smal, net als hier, de onderzoeker begint met een breed probleem, namelijk zwaarlijvigheid onder kinderen en gaat steeds smaller tot hij uiteindelijk alleen nog de relatie onderzoekt tussen reclames voor ongezonde voeding en zwaarlijvigheid. Denk eraan dat je echt niet in een keer een goede duidelijke onderzoeksvraag hoeft te hebben, maar dat er waarschijnlijk heel veel vragen langs zullen komen, voordat je uiteindelijk je definitieve onderzoeksvraag hebt. Het is belangrijk om hier ook met je begeleider of eventuele opdrachtgever goed over te overleggen.

9 Omschrijf jullie probleemstelling, doelstelling en onderzoeksvraag
15 minuten in tweetallen uiteen Per tweetal 60 seconden om je probleemstelling doelstelling en (voorlopige) onderzoeksvraag te presenteren

10 Kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
Onderzoekers vragen zich af hoe mensen met een functiebeperking de trap gebruiken. Hoe gaat iemand die bijvoorbeeld slecht kan lopen de trap op? Doel: informatie verzamelen die relevant is voor het ontwerpen van trappen die door mensen met een functiebeperking goed te gebruiken zijn. Onderzoekers beginnen met een open vizier, ze laten mensen met een functiebeperking de trap opgaan en noteren wat de onderzoeker opvalt. Van tevoren weten ze niet precies wat ze kunnen verwachten, ze kunnen dus geen observatieschema maken waarin ze dingen moeten. Open onderzoeksvraag, vraag is breed en er is relatief weinig voorkennis. Het gaat om het verkrijgen van inzichten. Dit is een voorbeeld van kwalitatief onderzoek.

11 Kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
Een onderzoeker doet onderzoek naar agressief gedrag op school. Deze onderzoeker weet wel al wat hij zoal kan verwachten, er zijn namelijk verschillende vormen van agressie: fysiek, verbaal en vandalisme. En schoppen is een voorbeeld van fysiek geweld. In tegenstelling tot het vorige onderzoek kan deze onderzoeker wel een vaststaand observatieschema maken waarin de scoringscategorieën vastliggen. Onderzoeksvraag: Hoe vaak komt fysiek, verbaal en vandalistisch agressief gedrag voor onder kinderen en is er verschil tussen jongens en meisjes wat betreft dit agressieve gedrag? Gesloten onderzoeksvraag: de vraag is vrij smal en er is veel voorkennis. Hier is sprake van kwantitatief onderzoek.

12 Keuze kwantitatief/kwalitatief onderzoek
Gesloten onderzoeksvraag, zoals: Hoe tevreden zijn studenten over het onderwijs? Open onderzoeksvraag, zoals: Wat kan er volgens de studenten aan het onderwijs verbeterd worden? Onderzoeksvraag ligt vast Onderzoeksvraag kan tijdens het onderzoeksproces worden aangepast Doel is vooral toetsen en beschrijven van van tevoren vastgelegde ideeën Doel is vooral het ontwikkelen van (nieuwe) ideeën Er wordt op een standaardmanier data verzameld, bijvoorbeeld met een vragenlijst De dataverzameling is hier niet standaard, vaak worden er participerende observaties en open interviews gehouden Resultaat dataverzameling zijn cijfers, een datamatrix Resultaat van dataverzamling zijn bijvoorbeeld observatie- en gespreksverslagen Data worden met behulp van statistische analyses geevalueerd Observatie- en gespreksverslagen worden meestal eerst gereduceerd tot labels en vervolgens wordt geprobeerd daar een structuur in te ontdekken

13 Waarover wil je iets zeggen?
In een onderzoek wil je vaak iets zeggen over personen, situaties, bedrijven enz. Voorbeeld: Hoe vaak komen vermoeidheidsklachten onder studenten voor? Dan wil je iets zeggen over studenten. Datgene waarover je iets wilt zeggen noemen we de onderzoekseenheden. Het is belangrijk om te bedenken over wie of wat je uitspraken wilt doen. Daarmee leg je een generalisatiepretentie van je onderzoek vast. Voor wie gaan straks de uitkomsten van het onderzoek gelden? Belangrijk is te vermelden over wie het precies gaat, want studenten is een heel breed begrip. Zijn het Nederlandse studenten, MBO-studenten, eerstejaarsstudenten enz.

14 Beschrijf het volgende voor jullie onderwerp:
10 minuten in tweetallen Is het een kwalitatief of een kwantitatief onderzoek wat jullie gaan uitvoeren (of een combinatie van beide)? Beargumenteer. Wat zijn jullie onderzoekseenheden?


Download ppt "Onderzoek."

Verwante presentaties


Ads door Google