Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdSandra ten Hart Laatst gewijzigd meer dan 5 jaar geleden
1
Semantisatieverhaal: Weten jullie al of jullie in de zomervakantie op vakantie gaan? Ik sta op het punt om een vakantie te kiezen. Ik ga bijna een vakantie kiezen. Maar ik weet gewoon echt nog niet waar ik deze zomervakantie naartoe wil. Aan de hand van reisgidsen heb ik veel gelezen over verschillende landen. Met behulp van reisgidsen. Er zijn zoveel verschillende landen. Landen die veel stedelijke gebieden hebben, wat te maken heeft met de stad en landen met veel natuurlijke gebieden. Bijvoorbeeld bosrijke landen, landen met veel bos. Het laatste stukje –rijk betekent veel van iets hebben. Sommige landen hebben vooral steden en in die landen zijn bossen schaars, zeldzaam. Dat vind ik jammer, want ik houd van het bos. Het allerleukst vind ik landen die het allebei hebben. Steden en natuur. Alleen steden of alleen natuur vind ik eentonig, met weinig afwisseling. Als het er allebei is dan is het gevarieerd, steeds anders. Eigenlijk wil ik graag met de trein op vakantie dit jaar. We weten allemaal dat het niet best gesteld is met de natuur. Het gaat niet goed met de natuur. Als je met de trein reist, is dat gunstig voor de natuur. Gunstig betekent dat wat voordeel geeft. Het vliegtuig is ongunstig voor de natuur. Dat is slecht voor de natuur. Weet je wat ik leuk vind aan reizen? Dat je zoveel verschillende waarnemingen doet. De waarneming is iets wat je ziet, ruikt, hoort of voelt, de observatie. Dat je dan bijvoorbeeld door een bos loopt en allerlei geluiden waarneemt. Dat ik zo van reizen houd, heb ik te danken aan mijn ouders. Dat komt door mijn ouders. Vroeger gingen we namelijk elk jaar op vakantie naar een ander land. Houden jullie ook van reizen?
2
Week 14 – 2 april 2019 Niveau B Gerarda Das Mariët Koster
Mandy Routledge Francis Vrielink Week 14 – 2 april 2019 Niveau B
3
op het punt staan
4
aan de hand van
5
stedelijk natuurlijk = wat te maken heeft met de stad
Dit is een land met veel stedelijke gebieden. = wat te maken heeft met de natuur Dit land heeft veel natuurlijke gebieden.
6
-rijk
7
schaars
8
eentonig gevarieerd = met weinig afwisseling
Alleen natuur vind ik eentonig. = met veel variatie, steeds anders Als er steden en natuur zijn is dat gevarieerd.
9
het is niet best gesteld met…
10
gunstig ongunstig = dat wat voordeel geeft
Treinen zijn gunstig voor de natuur. = wat weinig of geen voordeel geeft Vliegtuigen zijn ongunstig voor de natuur.
11
de waarneming
12
iets te danken hebben aan …
13
Op de woordmuur:
14
stedelijk natuurlijk = wat te maken heeft met de stad
Dit is een land met veel stedelijke gebieden. = wat te maken heeft met de natuur Dit land heeft veel natuurlijke gebieden.
15
bosrijk -rijk = veel van iets hebben eiwitrijk bloemrijk
16
gunstig ongunstig = dat wat voordeel geeft
Treinen zijn gunstig voor de natuur. = wat weinig of geen voordeel geeft Vliegtuigen zijn ongunstig voor de natuur.
17
eentonig gevarieerd = met weinig afwisseling
Alleen natuur vind ik eentonig. = met veel variatie, steeds anders Als er steden en natuur zijn is dat gevarieerd.
18
overvloedig genoeg schaars = zeldzaam
19
het horen het voelen de waarneming = de observatie het ruiken het zien
20
op het punt staan = bijna gaan
Ik sta op het punt om een vakantie te kiezen. aan de hand van = met behulp van Aan de hand van een reisgids heb ik veel gelezen over verschillende landen.
21
het is niet best gesteld met … = het gaat niet goed met …
We weten allemaal dat het niet best gesteld is met de natuur.
22
iets te danken hebben aan … = iets komt door …
Dat ik zo van reizen houd, heb ik te danken aan mijn ouders.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.