Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Psychopathologie
2
Wat doet de coach(niet)
In coaching richt je je altijd op de mogelijkheden van de mens. Psychopathologie remt de ontwikkeling van de menselijke mogelijkheden en beïnvloedt het functioneren en leren en het veroorzaakt lijden en beperkingen in het persoonlijk en sociaal functioneren. Coaching bij echte psychopathologie is in principe niet mogelijk.
4
Verschil coach en de rest
Een groot verschil tussen coaches en psychiaters en psychotherapeuten is dat Coaches Behandelen geen psychiatrische stoornissen Stellen geen diagnoses. Coaches moeten psychopathologie wel kunnen herkennen en zo nodig doorverwijzen. Zij kunnen wel binnen de beperkingen kijken wat er wel mogelijk is. -
5
Depressie Belangrijke kenmerken van een depressie zijn een Depressieve stemming gedurende een groot deel van de dag en Interesseverlies, dus nergens meer plezier in hebben. Wat er ook vaak speelt zijn: afname van gewicht en eetlust, motorische onrust, slecht slapen (moe wakker worden), vermoeidheid, gevoelens van waardeloosheid en schuldgevoel, concentratieverlies, besluiteloosheid en suïcidale gedachten, plannen, of pogingen
6
Wat doen bij depressie Wat kan je als coach doen bij een (lichte) depressie: Depressiecirkel doorbreken PERMA, interventies uit de positieve psychologie Cognitieve interventies: ACT/RET en Beck Mindfulness ETC
7
Depressie en veranderen
Depressie en impact op veranderen(verandermodel) Doelen: Is zeker van invloed zijn op het stellen van doelen. Als iemand somber of zelfs depressief is kan een ontwikkeldoel niet haalbaar zijn. Iemand wil van het sombere gevoel af, maar heeft ook geen fiducie in een goede afloop. Contact Als iemand somber of zelfs depressief is, is de energie laag en kan je als coach ook ongeduldig worden. Het lijkt of iemand niet wil. Alleen kan hij het niet. Reflectie: Als iemand somber of zelfs depressief is, is de energie laag kan iemand ook geen puf hebben om te reflecteren of ze zien het nut hiervan niet in. Actie: Als iemand somber of zelfs depressief is kunnen stappen zetten heel lastig zijn. Dat is juist het hele probleem.
8
Angststoornissen Belangrijke kenmerken van angststoornissen zijn angsten en vermijding. Het kan specifieke angst zijn of gegeneraliseerde angst. Je hebt verschillende angststoornissen die je kan tegenkomen in de coachpraktijk: Paniekstoornis Angststoornis waarbij paniek en vermijding op de voorgrond staat Fobieën: Agorafobie(pleinvrees), Sociale fobie en Specifieke fobie Ook hier staat angst en vermijding op de voorgrond Obsessief-compulsieve stoornis(OCD) Dwangmatig denken en handelen. Je hebt deze in meer en in mindere mate. Soms is iemand zo gecontroleerd en perfectionistisch dat er sprake is van een lichte vorm van OCD. Gegeneraliseerde angst stoornis Overmatig piekeren en veel angsten Acute stressstoornis en PTSS Angsten na een trauma
9
Wat doen bij angsten Wat kan je als coach doen bij een (lichte) angststoornissen: Rationale over angsten Exposure/exposurelijst maken(kaartje en uitleg) OBA oefening Cognitieve interventies: ACT/RET en Beck
10
Angsten en veranderen Angsten en impact op veranderen(verandermodel)
Doelen: Als iemand last heeft van angsten is een doel soms ook niet haalbaar, net als bij een depressie. Bij bijvoorbeeld paniekstoornis wil je ook van de paniek af. Sociale fobie wil je misschien wel meer contact maar de angst zal ook het vervangen overheersen. Contact: Als iemand last heeft van angsten is contact ook lastig. Omdat angsten soms minder invoelbaar zijn als je niet doorhebt dat iemand last heeft van een angststoornis. Reflectie: Als iemand last heeft van angsten is in de helikopter kijken naar de angst ook moeilijk. Juist omdat je zo overgenomen wordt door je angst. Actie: Als iemand last heeft van angsten is vermijding wat mensen doen. Stappen zetten is ook hier het probleem.
11
ADD ADD Is een stoornis die effect heeft op aandacht en concentratie. Mensen met add hebben moeite met het afmaken van dingen, het plannen en hebben vaak geen overzicht over hoofd- en bijzaken. Je hebt ADHD als er ook sprake is van Hyperactiviteit en Impulsiviteit.
12
Wat te doen met ADD Psycho-educatie over ADD
Uitleg geven over hoe ADD werkt en patiëntfolder laten lezen Time-management Helpen met plannen en timemanagement principes .
13
ADD en veranderen ADD en veranderen(verandermodel)
Doelen Kenmerken hiervan zijn weinig focus, weinig concentratie en niet plannen. Vaak worden ze in coaching gestuurd om dit gedrag op te lossen. Doelen verschuiven ook vaak. Reflectie Ook hier is tijd nemen voor reflectie lastig. Contact En je kan als coach ongeduldig worden of juist in de mamarol gaan. Actie Het gebrek aan concentratie en focus maakt ook dat de stappen weinig consequent worden gezet.
14
Persoonlijkheidsstoornissen
Persoonlijkheidsstoornissen kenmerken zich door een duurzaam patroon van na de puberteit van afwijkende gedragingen die duidelijk afwijken. Het patroon wordt zichtbaar op twee of meer van de volgende terreinen: wijze van waarnemen, gevoelens, sociaal contact en beheersing van impulscontrole. Twee vormen van persoonlijkheidsstoornissen kan je in de coachpraktijk tegenkomen. Maar ze komen niet met dit probleem. Ze komen met andere vragen. Bij echte persoonlijkheidsstoornis horen niet bij een coach. Borderline: relaties, impulsiviteit, emotieregulatie. Narcisme conflicten omgaan met feedback en worden ook gestuurd .
15
Borderline Een diepgaand patroon van instabiliteit in intermenselijke relaties, zelfbeeld en affecten en van duidelijke impulsiviteit. Dit kan zich uiten in krampachtig proberen te voorkomen om in de steek gelaten te worden, een patroon van instabiele en intense intermenselijke relaties, duidelijk en aanhoudend onstabiel zelfbeeld of zelfgevoel, Impulsiviteit, recidiverende suïcidale gedragingen, dreigingen of automutilatie, Affectlabiliteit, Chronisch gevoel van leegte, Inadequate intense woede en voorbijgaande, aan stress gebonden paranoïde ideeën .
16
Narcisme Een diepgaand patroon van grootheidsgevoelens (in fantasie of gedrag), behoefte aan bewondering en gebrek aan empathie. Dit kan zich uiten in diverse situaties zoals blijkt uit 4 of meer van de volgende: Heeft een opgeblazen gevoel van eigen belangrijkheid, Is gepreoccupeerd met fantasieën over onbeperkte successen, macht, genialiteit, schoonheid of ideale liefde, Gelooft dat hij heel speciaal/unieke is en alleen begrepen kan worden door of hoort om te gaan met andere heel speciale mensen of mensen met een hoge status, Verlangt buitensporige bewondering, Heeft een gevoel bijzondere rechten te hebben, Exploiteert anderen, dat wil zeggen maakt misbruik van anderen voor eigen doeleinden, Heeft gebrek aan empathie, Is vaak afgunstig op anderen of meent dat anderen afgunstig zijn op hem/haar, Is arrogant of toont hooghartig gedrag .
17
Wat te doen Wat kan je doen als coach bij persoonlijkheidsproblematiek? Mensen met een persoonlijkheidsprobleem komen niet hiermee in coaching, en als ze hiervoor komen kan je ze niet coachen vanwege de hardnekkigheid van de stoornis. Ze komen vaak met vragen rondom relaties en interactie. Wat kan je wel doen als coach: 1.Uitleg geven Je kan uitleg geven hoe interactie werkt. Hoe bepaald gedrag overkomt op anderen. 2.Vaardigheden Je kan met ze oefenen, dus omgaan met feedback, zaken bespreekbaar maken, kwetsbaarheid uiten etc. 3.Actiestappen Je kan kijken welke kleine stappen ze kunnen zetten richting doel. .
18
& veranderen Persoonlijkheidsproblematiek en veranderen .
Doelen: Vaak is het de omgeving die last heeft en wil dat degene veranderd. Externaliseren is inherent aan de problematiek. Contact Persoonlijkheidsproblematiek is een interactiestoornis en twee stoornissen kan je tegenkomen in de coachpraktijk. Narcisme en borderline. Beide ga je voelen. Narcisme kunnen slecht tegen kritiek en moet je met egards coachen. Borderline is fan totdat je ze in de steek laat of niet beschikbaar bent. Reflectie Narcisme en borderline. Beide kunnen zo verkleven met de situatie dat reflectie uitermate moeizaam gaat. Actie: Ook het zetten van stappen is lastig omdat vaak de schuld ligt bij de ander. Die moet veranderen. .
19
Stress Overspanning Burnout
Wat is overspannenheid? Overspannenheid is een klinisch beeld dat wordt gekenmerkt door aspecifieke spanningsklachten met aanzienlijke beperkingen in het sociaal en/of beroepsmatig functioneren. Patiënten zijn moe, gespannen, prikkelbaar en emotioneel labiel. Zij lijden aan concentratieverlies of slapen slecht. Overspannenheid wordt gezien als het gevolg van een relatieve overmaat aan stress, waardoor iemand controleverlies en demoralisatie ervaart. Verschil met stress: langer dan drie maanden klachten Wat is burn-out Burn-out is een relatief ernstige vorm van overspannenheid met een langduriger beloop. Het wordt ook wel chronische overspanning genoemd. Kenmerkend voor een burn-out is een lange voorgeschiedenis met spanningsklachten en lichamelijke en emotionele uitputting. Ook hebben patiënten vaak een gevoel van verminderde competentie en een cynische houding ten opzichte van het werk. Verschil met overspanning: klachten duren langer dan een jaar .
20
Stress Overspanning Burnout
Stappenplan overspanning en burnout Een deel van het traject is het coachen zoals we dat gewend zijn. Maar er komen dingen bij, wat maakt dat een burnout traject langer kan duren en complexer is. Wat is anders? Intake Klachtreductie Bedrijfsarts en andere verzuimspelers Werkhervatting .
21
Anders aan de intake Als je te maken hebt met een coachee die veel spanningsklachten heeft zijn een aantal zaken van belang (boven wat je sowieso al vraagt in een intake) 1.Vraag wanneer de laatste keer was dat de persoon klachtenvrij was. Hoe lang bestaan de klachten al? Met welke klacht is het begonnen en hoe is het verlopen met de klachten. Wat zijn de klachten precies? Vraag door en ga in op details: op lichamelijk en psychisch niveau en op het niveau van het gedrag. Zijn de klachten er continu of soms ook niet? 2.Vraag goed door naar het beginpunt, was er een aanleiding? Of was het het lang uitrekken van een elastiek? Is er sprake van onbillijkheid (wat vaak het geval is bij burnout) 3.Navragen van stressbronnen, privé en werk en energiegevers. 4. Vraag na hoe er op het werk gereageerd word. Zijn ze bezorgd of wordt de coachee juist verwaarloosd. Vraag na of en hoeveel de coachee nog werkt. Hier hoor je hoe de bedrijfscultuur van de coachee is maar ook hoe deze mogelijk gewaardeerd en serieus genomen wordt. 5. Vraag na of je contact op mag nemen met bedrijfsarts als deze in het spel is. 6.Doet iemand sommige dingen niet meer, die hem voorheen energie/ontspanning/ plezier gaven? .
22
Klachtreductie . Eerst klachtreductie en vitaliteit; pas daarna ga je meer inzichtgevend coachen. Zorgende Ouder meer inzetten een Je kunt de coachee de volgende opdrachten geven. Wissel elke dag rust en activiteit af. Blijf actief, maar stop voordat je moe bent. Maak een lijst van vijftig dingen die je leuk vindt om te doen en doe er een aantal van. Pak weer op wat je hebt laten liggen: ga bijvoorbeeld weer sporten, investeer meer tijd in sociale contacten of een verwaarloosde hobby. Wanneer de klachten minder overheersend zijn geworden, ga je over op een regulier coachingstraject gericht op balans, assertiviteit of een betere omgang met perfectionisme. Als er sprake is van forse klachten, duurt een traject doorgaans langer dan een regulier coachingstraject.
23
Verzuimspelers . Vaak is er overleg gewenst met de bedrijfsarts en de personeelsafdeling of hrm van het bedrijf van de coachee. Jij bent adviserend aan de bedrijfsarts en hij adviseert de organisatie, Probeer zelfde rationale te krijgen, neuzen zelfde kant op
24
Werkhervatting Als een coachee helemaal is uitgevallen adviseer jij bedrijfsarts en bespreek jij met de coachee de werkhervatting. Je vraagt de coachee hoe de opbouw optimaal zou zijn en of hij zelf projecten kan bedenken die op het werk liggen die heel fijn zijn dat ze gedaan worden maar geen deadline hebben. Niets is erger dan klussen moeten doen tijdens de werkhervatting waar je het nut niet van inziet. Je helpt de coachee met regie nemen. Belangrijk bij werkhervatting zijn de volgende zaken, deze vertel ik de coachee ook: 1.Je begint met taken die afgebakend zijn en geen deadline hebben (maar het liefst wel nuttig zijn) 2.Je begint met een aantal uren, je houdt je aan deze afspraak (want dat is ook precies wat een coachee te leren heeft) Dus niet smokkelen 3.In eerste instantie zullen de klachten toenemen. Als ze weer minder worden kan er verder in tijd OF complexiteit opgebouwd worden. Soms wordt een stap te groot omdat het tegelijk gaat, en uren erbij en ook oude taken. 4. Het begin is vaak makkelijker dan halverwege de werkhervatting. .
25
Stress | BO & veranderen
Overspanning en burnout en het verandermodel Doelen: Ook hier is vaak het doel: weer beter worden. Pas als de klachten verminderd zijn kan de eigenlijke coaching beginnen waarbij je coacht op het feit dat iemand zo grenzeloos ver is gegaan dat hij zich uitgehold heeft. Reflectie: Vaak wordt er zeer goed gereflecteerd. Of men is te moe hiervoor Contact: Ook hier is de kans groot dat je in de mama-rol gaat of ongeduldig wordt als het niet opschiet. Actiestappen: Ligt eraan. Soms wil iemand te snel. Of iemand is uitgehold. .
26
Hoe te verwijzen Hoe toch te verwijzen: .
1.Maak het eerlijk bespreekbaar. Noem de klachten of stagnatie die je ziet. Laat eventueel een patiëntfolder lezen. 2. Heb begrip voor de weerstand of verdriet 3. Help hem met het tot stand laten komen van de verwijzing. Als coach is het goed in jouw omgeving een psychotherapeut te kennen en een psychiater. Om warm door te kunnen verwijzen in plaats van via een huisarts met kans op een lange wachtlijst. 4. Eventueel spreek je af dat je de persoon blijft begeleiden totdat hij terecht kan bij nieuwe behandelaar. Of dat de coachee terugkomt als er sprake is van werkhervatting .
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.