Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Ouderinformatieavond
(pre)adviezen voor ouders van leerlingen uit groep 6 en 7
3
Wat gaan we vanavond behandelen?
Wat is het doel van toetsen? Wat zijn de verschillen tussen methodetoetsen en citotoetsen? Hoe moet je de resultaten van een citotoets lezen/interpreteren? Hoe worden de (pre)adviezen opgesteld en welke personen zijn hierbij betrokken? Wat wordt er verwacht van kinderen op het vmbo, havo en vwo?
4
Het doel van toetsen Hoofddoelen:
Kinderen op maat onderwijs kunnen bieden; De ontwikkeling en voortgang van een kind in kaart brengen; Als evaluatie op de les.
5
Verschillen tussen methodetoets en Citotoets
Dit is een beheersingstoets. Er wordt getoetst of de leerlingen de aangeboden lesstof van de laatste weken beheersen. Alleen de onderdelen van het afgelopen blok worden getoetst. 80% van de kinderen maakt een methodetoets (bijna) foutloos. De rekentoets van blok 3 kun je niet vergelijken met de rekentoets van blok 4. Citotoets Dit is een vaardigheidstoets. Er wordt getoetst op welk niveau de vaardigheid van een leerling ligt. Er worden meerdere onderdelen behandeld. De toets bevat – in tegenstelling tot een methodetoets – opgaven van verschillende niveaus. De Citotoets van midden groep 7 kun je vergelijken met de Citotoets van eind groep 7. Bij het opstellen van de (pre)adviezen kijken wij dus voornamelijk naar de Citotoets en niet naar de resultaten van de methodetoets, omdat de resultaten van de Citotoets echt iets zeggen over de vaardigheid van de leerling. Uit een methodetoets kun je ook niet opmaken of een kind meer uitdaging nodig heeft, omdat de vragen in de methodetoets van hetzelfde niveau zijn.
6
Citoresultaten lezen Bij de Citotoets wordt de vaardigheid van een leerling vastgesteld. De leeropbrengst van een leerling wordt dus uitgedrukt in een vaardigheidsscore. Deze score kan worden omgezet naar andere waarden: De niveauwaarde Een Cito-niveau (A t/m E of I t/m V) Een DLE-score Voor ouders zal de niveauwaarde waarschijnlijk de bekendste zijn. Omdat bij de Citotoets de vaardigheid van een leerling wordt vastgesteld, verwachten wij niet van onze leerlingen dat ze alle vragen goed moeten maken. De toets biedt namelijk vragen op verschillende niveaus aan. Er komen dus ook onderdelen aan bod die nog niet behandeld zijn in de les. Dit heeft als doel om te kijken welke leerlingen al verder staat op de leerlijn en dus meer uitdaging nodig hebben tijdens de les.
7
Uitleg niveauwaarden Rode pijl = vaardigheidsscore. Hier kun je zien of de leerling gegroeid is in zijn vaardigheid. Gele pijl = score uitgedrukt in A t/m E (eventueel, ter verduidelijking, het schema laten zien op de volgende dia) Groene pijl = score uitgedrukt in niveauwaarde. De niveauwaarde is in groep 6 en 7 hetzelfde. Dit betekent niet dat de leerling is gelijk gebleven. Dit betekent dat de leerling precies 10 maanden is gegroeid in 10 maanden tijd.
8
Citoniveaus I t/m V en A t/m E
Waar voorheen voornamelijk met de scores A t/m E werd gewerkt, wordt er nu vooral gewerkt met I t/m V. Deze scores kun je ook vergelijken met de niveaus op de middelbare school. I = vwo, II = havo, III = vmbo-t, IV = vmbo-k en V = vmbo-b. Een A-score wil dus niet altijd betekenen dat een kind ook een score op vwo-niveau heeft behaald. De 25% hoogst scorende leerlingen scoren een A, terwijl de 20% hoogst scorende kinderen een I-score behalen. Leerlingen met een score III, vallen binnen het landelijk gemiddelde. Dit zijn de kinderen die een hoge C (vanaf 2.6) of een lage B (tot 3.4) halen. Dit kan per vak nog wel eens verschillen. Van leerlingen die overwegend I t/m IV-scores halen, mag je ook verwachten dat zij de methodetoetsen voldoende maken.
9
Niveauwaarden en Citoniveaus naast elkaar
De afbeeldingen hierboven zijn van twee verschillende leerlingen. Wij vinden het als school heel belangrijk om naar de persoonlijke ontwikkeling te kijken van het kind. Zoals al eerder gezegd, verwachten wij niet van onze leerlingen dat ze de Citotoetsen foutloos maken. Ieder kind maakt de toets op zijn of haar niveau. Als school kijken we wel hoe het kind zich ontwikkelt. Als een kind op de toets van rekenen ‘Midden 6’ (M6) en op de toets van rekenen ‘Eind 6’ (E6) een niveauwaarde van 2.4 haalt, betekent dit de leerling 5 maanden is gegroeid in 5 maanden onderwijs. Een prima ontwikkeling dus.
10
Vragenronde Zijn er vragen over het eerste deel van deze bijeenkomst?
11
Welk advies zouden jullie geven?
Bespreek de casussen in je groepje. Welk advies zouden jullie deze leerlingen geven op basis van de informatie die je nu weet? Geef het door via de app ‘Mentimeter’ De casussen worden uitgedeeld door de leerkrachten. Het gaat hier om casussen van twee fictieve leerlingen.
12
Waar kijken we naar bij het opstellen van het (pre)advies?
Resultaten uit het LVS van groep 6, 7 en 8 Begrijpend lezen en rekenen zijn de beste voorspellers van het succes in het VO. Sociaal-emotionele ontwikkeling Kan de leerling goed samenwerken met anderen? Staat het open voor feedback? Kan het omgaan met teleurstellingen? Is de leerling flexibel? Etc. Werkhouding Denk hierbij aan: zelfstandigheid, inzet, betrokkenheid tijdens de les, werktempo, etc. Huiswerkattitude Gaat de leerling serieus om met zijn huiswerk? Wordt het huiswerk gemaakt en/of geleerd? De resultaten uit het LVS van groep 6, 7 en 8 gaan ook mee naar de middelbare school. Er wordt het meest gekeken naar begrijpend lezen en rekenen.
13
Kenmerken van leerlingen bij het opstellen van de adviezen
VMBO Havo VWO Werkhouding - werkt goed aan kortdurende opdrachten - heeft moeite goed te reflecteren op de eigen prestaties - is vlot klaar met huiswerk; gericht op reproductie - als het abstractievermogen zwak is, kan de leerling dankzij doorzettingsvermogen succesvol zijn - kan redelijk reflecteren op eigen prestaties. - geïnteresseerd in lesstof waarvan het praktische nut duidelijk is. - heeft doorzettingsvermogen - heeft een kritische houding - beoordeelt eigen werk reëel - heeft belangstelling voor algemeen maatschappelijke zaken - kan reflecteren op eigen prestaties - plant het huiswerk en werkt vooruit Intellectuele capaciteiten - heeft moeite met het vinden van de essentie uit een informatiebron - kan een uitleg/instructie begrijpen als er stap voor stap wordt uitgelegd - heeft begeleiding nodig om samenhang te ontdekken in complexe situaties - kan zelf conclusies trekken uit eenvoudig, eigen onderzoek - kan hoofd- en bijzaken scheiden in korte zakelijke teksten - denkt in praktische toepassingen - ziet samenhang in enigszins complexe situaties. - trekt duidelijke conclusies uit eigen onderzoek zakelijke teksten - vormt zich een abstracte voorstelling van zaken - vindt de essentie uit een informatiebron - ziet samenhang in complexe situaties Vaardigheden - kan zich concentreren als een einddoel van de taak in beeld is - werkt goed door als de taak con- creet en goed gestructureerd is - heeft behoefte aan afwisseling in opdrachten en werkvormen - Kan zich laten afleiden door ruis. - weet zich over tegenslagen heen te zetten - kan zich laten afleiden door ruis - werkt met korte termijn planningen - kan een aantal denkstappen tegelijk nemen - kan doelgericht werken - kan een uitleg/instructie snel begrijpen - kan ook open, minder gestructureerde opdrachten aan
14
Terug naar de casussen Bekijk de Citoresultaten van de twee leerlingen. Op basis van de Citoresultaten, sociaal-emotionele ontwikkeling, werkhouding en huiswerkattitude zouden wij de leerlingen het volgende advies geven: Tommy vmbo-t / havo Dennis havo / vwo De Citoresultaten worden uitgedeeld door de leerkrachten. Het gaat hier om resultaten van twee fictieve leerlingen.
15
Vragenronde Zijn er vragen over het tweede deel van deze bijeenkomst?
16
Afsluiting van de avond
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.