Doelen de dag: Een eenvoudig nieuw arrangement maken op basis van het schema Rekening houden met focus (leerlingen, context, leerplan) Inzicht krijgen.

Presentatie over: "Doelen de dag: Een eenvoudig nieuw arrangement maken op basis van het schema Rekening houden met focus (leerlingen, context, leerplan) Inzicht krijgen."— Transcript van de presentatie:

1

2 Doelen de dag: Een eenvoudig nieuw arrangement maken op basis van het schema Rekening houden met focus (leerlingen, context, leerplan) Inzicht krijgen in verschillende vormen van evalueren Ervaringskansen zelf ervaren en transfer maken naar eigen praktijk

3 Reflectie Hoe ben je aan de slag gegaan met de inhoud van de vorige leerplanacademie (werkvorm binnenkring-buitenkring) Vragen: Van al de dingen die je gedaan hebt, waar ben je zelf het meest tevreden mee? Wat zouden collega’s zeggen, mocht ik hen vragen wat voor hen gewerkt heeft? Waar wil je volgende keer zeker meer van doen? Wat wil je de volgende keer anders doen? Bron: M. Hjertz (Door te praten over kleine succeservaringen, krachten, resources, positieve ervaringen of de gewenste toekomst worden mensen vrolijk en krijgen ze energie. Het lichaam maakt oxytocine aan. Oxytocine en endorfines zorgen voor een gevoel van veiligheid, geluk, verbondenheid. Oxytocine wordt in de volksmond ook wel eens ‘het knuffelhormoon’ genoemd)

4 Kwartetspel ze krijgen er 4 dezelfde, maar moeten zodanig ruilen tot ze 4 verschillende hebben.  Hun eigen ‘start’kaart moeten ze liefst ook geruild hebben.

5 Van focus tot onderwijsarrangement

6 BaO BuBaO ERVARINGSKANSEN INSCHATTEN FOCUS BEPALEN ONDERWIJS-
ARRANGEMENT UITWERKEN ONDERWIJS-ARRANGEMENT UITVOEREN LEERLINGEN EVALUEREN KWALITEITS- ONTWIKKELING Hoe pakken we het volgende keer aan? BaO BuBaO In dit schema komt alles samen. We zorgen voor een krachtige leeromgeving met krachtige onderwijsarrangementen voor onze kinderen. We denken na over de kwaliteit van onze arrangementen en passen aan of zorgen voor een goed vervolg op korte en/of lange termijn. Let op de blauwe pijl die heen en weer gaat, ondanks dat het voorgesteld wordt als een lineair gegeven is dit een cyclisch proces waar we in werkelijkheid op verschillende plaatsen in dit proces instappen. Beginsituatie Voorbereidingsfase Uitvoeringsfase Evaluatiefase Doelenfase

7 Over evalueren En de mogelijkheden binnen verschillende arrangementen

8 Methodieken om te evalueren
Welke methodieken van evalueren ken je Schrijf ze op verschillende post-its

9 Van zacht naar hard Via observatie Via doe-opdrachten Via toetsen
Observeren Gesprekken voeren Via doe-opdrachten De leerinhoud laten verwerken (werkstukken, portfolio, constructies, verschillende expressievormen,…) verslag laten uitbrengen (over het bereikte resultaat, over de wijze waarop de opdracht werd uitgevoerd, over wat ze geleerd hebben) Zelf vooropgestelde doelen laten evalueren Via toetsen Gegevens verzamelen over meetbare leerinhouden (cursorisch aangebracht) Evalueren/observeren van kinderen gebeurt soms met een toets maar vaak op allerlei zachtere manieren, bij het opstellen van een nieuw onderwijsarrangement denken we na over hoe/wat we gaan evalueren, of dit ergens dient bijgehouden te worden en waar dat dan al zou zijn. Via observatie = zachte evaluatie Observeren: gericht observeren tijdens spontane of dagdagelijkse bezigheden en daarover zorgvuldig reflecteren. Gesprekken voeren: allerhande vormen van gesprekken met de kinderen opzetten, zowel kringgesprekken, interviews, klassengesprekken, tweegesprekken, vraaggesprekken, panelgesprekken, monologen,… als onderwijsleergesprekken Via doe-opdrachten = zachte evaluatie B1. De leerinhoud laten verwerken In (knutsel)werkstukken en andere levensechte realistische opdrachten zoals een constructie bouwen die stevig genoeg is om …, een proef opstellen om te onderzoeken waarom…, de leerinhoud laten verwerken en de kinderen daarbij ook observeren (en er nadien met hen een gesprek over voeren) In allerhande opvoeringen zoals rollenspelen en andere dramatische expressievormen de leerinhoud laten verwerken en hen daarbij observeren (en er nadien met hen een gesprek over voeren) In een tekening, een schilderij, een collage, een portfolio, een tentoonstelling, … de leerinhoud laten verwerken (en hen de kans geven daar toelichting bij te geven) B2. Verslag laten uitbrengen Hen na een uitgevoerde opdracht verslag laten uitbrengen over het bereikte resultaat en hen laten verwoorden in welke mate ze daarbij het vooropgezette doel hebben bereikt. Hen na een uitgevoerde opdracht verslag laten uitbrengen over de wijze waarop de opdracht werd uitgevoerd (bijvoorbeeld over de opeenvolgende stappen die gezet werden, over het gebruik van materiaal…) Hen na een uitgevoerde opdracht verslag laten uitbrengen over wat ze daarbij geleerd hebben. (bijvoorbeeld: ik weet nu dat er een verschil is tussen…, ik weet nu dat samenwerken vlotter verloopt als ik …, ik weet nu dat ik in het vervolg best eerst…) B3. Zelf vooropgestelde doelen laten evalueren Hen zelf een doel laten vooropstellen (en in een opdracht verwerken) en nadien hen zelf laten evalueren of/en in welke mate ze die doelstelling effectief bereikt hebben. Via toetsten = harde evaluatie Met behulp van gangbare (schriftelijke, klassikaal af te nemen) toetsen gegevens verzamelen over meetbare leerinhouden (die meestal cursorisch worden aangebracht) Opdracht: orden de eigen voorbeelden van zacht naar hard bij de snoeppotten vooraan

10 Aan de slag Verschillende werkposten om te komen tot eenvoudige nieuwe onderwijsarrangementen

11 Nieuwe onderwijsarrangementen maken
We oefenen vandaag om nieuwe onderwijsarrangementen te maken vertrekkende vanuit de focus. Er zijn 7 werkposten die jullie mogen exploreren Ze vertrekken telkens vanuit een ander gegeven Jullie kiezen zelf de werkposten gedurende een uur Probeer een echt arrangement uit te werken waar je in je praktijk mee aan de slag kan

12 Evalueren en kwaliteit
De hoeden van de Bono Evalueren en kwaliteit 6 flappen met de verschillende vragen op verschillende tafels Kernteams gaan aan elke tafel langs en vullen aan op de flappen

13 Emotioneel denken: Je geeft een reactie vanuit je gevoel en hoeft geen argumenten te geven.Hoe voel ik me na deze leerplanacademie? Wat zegt mijn intuïtie me? Negatief-kritisch: Je bent advocaat van de duivel, voorzichtig, pessimistisch.Wat is er gevaarlijk, moeilijk? Creatief denken: je bent opbouwend, vruchtbaar. Je mag freewheelen in je manier van denken. Hoe kunnen dit naar onze school toe vertalen? Welke andere kansen zien we om dit binnen te brengen in onze school? Objectief-analytisch denken : je gaat uit van objectieve informatie. Wat weet ik en wat weet ik niet? Welke info heb ik nog nodig Positief denken: je bent op zoek naar voordelen, bekijkt het van de zonnige kant.Welke kansen zie je? Wat geeft je energie? Wat zijn de voordelen? Welke stappen zetten we hierdoor Beschouwend-controlerend denken: je evalueert wat is bereikt, stelt vast wat de volgende stap moet zijn. Hoever staan we in onze planning, wat is de volgende stap? Op zes tafels ligt één grote flap met de vraag in kleur. De verschillende kernteams schuiven door en formuleren een antwoord op de vraag of vullen aan bij een vorige groep We timen strak, vijf minuten aan elke tafel

14 Aan de slag voor jouw school