Personeelsinzet Hendrik Delaruelle Algemeen directeur

Presentatie over: "Personeelsinzet Hendrik Delaruelle Algemeen directeur"— Transcript van de presentatie:

1 Personeelsinzet Hendrik Delaruelle Algemeen directeur
Antwerpen, 27 november 2017

2 Waar is de tijd …

3 MFC en FAM als voorloper op PVF
Minstens 75% van de personeelspunten in de erkenning moeten besteed worden aan zorggebonden personeel. Maximaal 10% van de personeelspunten kan omgezet worden in werkingsmiddelen tegen een bedrag per punt: Over de aanwending van het bedrag moet voorafgaand overleg gepleegd zijn met gebruikers en werknemers (schriftelijke overeenkomst): transparantie over de aanwending. Als een MFC/FAM 5% of minder dan 5% van de personeelspunten omzet in werkingsmiddelen volstaat voorafgaand overleg. Het bedrag mag niet aangewend worden voor reservevorming. De besteding van het bedrag mag evenwel gespreid worden over meer dan een boekhoudkundig jaar.

4 Vakbonden blijven de personeels-normen op de agenda zetten
P.C. 14 oktober 2015: Vakbond eist minimale normen en verwijst naar het protocol van 2011 Vakbond wil afspraken over de verdeling A1 – A2 begeleiders Vakbond wil dat de CAO i.v.m. verloning A1 begeleiders correct wordt toegepast Vakbond wil afspraken i.v.m. outsourcen van activiteiten Gemeenschappelijke eisenbundel in het kader van VIA V najaar 2015

5 Houding Vlaams Welzijnsverbond
Gebruikers willen zelf hun ondersteuning bepalen in dialoog met de vergunde zorgaanbieder of nog: vraaggestuurde ondersteuning en financiering (vanaf januari 2017) staat haaks op strikte opgelegde normen. Sociaal ondernemers staan garant voor een kwaliteitsvolle ondersteuning, dit veronderstelt dat er voldoende en voldoende gekwalificeerd personeel wordt ingezet. We blijven de loon- en arbeidsvoorwaarden volgen. De overstap naar MFC en FAM en dus het loslaten van de normen heeft niet tot problemen geleid. De overheid moet kwaliteitseisen blijven stellen.

6 Bemiddelen, werkgroep, manifestatie, werkgroep, …
Vakbonden blijven bij hun eis om normen af te dwingen, manifestatie op 15 juni 2016 Min. J. Vandeurzen stelt een bemiddelaar aan (nov. 2016). Er wordt een overleg opgestart met als titel: “Personeelsnormering en kwaliteitsbepalingen binnen de sector pmh”. Kabinet, vakbonden en werkgevers nemen hieraan deel (dec. 2016). Het Vlaams Welzijnsverbond hamert er telkenmale op dat de gebruikers in dit overleg niet kunnen ontbreken.

7 Januari 2017 : start van PVF meerderjarigen
Een pmh ontvangt een persoonsgebonden budget Een vergunde zorgaanbieder ontvangt 25,35% organisatiegebonden middelen (in punten of cash) bovenop de ingezette persoonsvolgende budgetten. Alle organisatiegebonden middelen mogen omgezet worden van punten naar werkingsmiddelen (en omgekeerd) tegen een bedrag per punt. PVF meerderjarigen kent momenteel geen gelijkaardige bepaling omtrent voorafgaand overleg en transparantie bij de omzetting van organisatiegebonden middelen.

8 P.C. , Werkgroep … het ligt niet stil
Protocol in P.C (maart 2017) i.v.m. toekennen sociale maribel, toepassingsgebied P.C. m.b.t. PAB assistenten én onderhandelen CAO personeelsinzet en transparantie sociaal overleg Er wordt ingegaan op de vraag van het Vlaams Welzijnsverbond om te denken in termen van kwaliteit van ondersteuning. Dit leidt tot het document : “Het beleidsplan / ondernemingsplan als leidraad voor sociaal overleg”. (september 2017)

9 Het beleidsplan / ondernemingsplan als leidraad voor sociaal overleg: krijtlijnen
We werken geen nieuwe regelgeving uit (operationaliseren van het kwaliteitsbesluit van 4 februari 2011 en het algemeen subsidiebesluit van november 2013) 2. Iedere zorgaanbieder maakt verplicht een beleidsplan op. 3. Een beleidsplan definiëren we als een sturingsmiddel waarmee de organisatie de werkzaamheden richt op de missie, de gemeenschappelijke opdracht of de bestaansreden van de organisatie. De missie wordt vertaald in algemene en concrete doelstellingen. De organisatie omschrijft in het beleidsplan hoe de beschikbare mensen en middelen zullen worden ingezet om deze doelstellingen te realiseren.

10 Krijtlijnen 4. Vanuit de overheid wordt een model van beleidsplan voorzien. Dit model wordt niet opgelegd 5. We gaan uit van de principes van zelfevaluatie. 6. We bouwen een kwaliteitsindicatorenset uit die zicht biedt op de werking van de zorgaanbieder. Deze indicatoren worden geclusterd per doelstelling. 7. Deze indicatorenset kan zowel bestaan uit meetbare gegevens als verifieerbare gegevens. 8. Uit elke cluster dient de zorgaanbieder in samenspraak met de werknemers en gebruikers minstens één indicator te selecteren (verplicht). Facultatief kunnen er meerdere geselecteerd worden.

11 Krijtlijnen De zorgaanbieder bekijkt in samenspraak met de werknemers en gebruikers een mogelijk groeipad en finaal een overeengekomen streefdoel dat gekoppeld wordt aan één of meer indicatoren. 10. Indien men streefdoelen/cijfers wil behalen worden deze in onderling overleg (werkgever/gebruiker/werknemers) vastgelegd zodat rekening gehouden wordt met de realiteit en de eigenheid van de zorgaanbieder.

12 Conclusies: Iedere zorgaanbieder maakt verplicht een beleidsplan op
strategisch plan met concrete doelstellingen dynamisch sturingsmiddel binnen de organisatie Nieuwe realiteit maakt een andere manier van werken nodig minder vanuit een opgelegd kader meer gericht op creatief meezoeken naar oplossingen. De eindverantwoordelijkheid ligt bij het management, alle betrokken actoren nemen binnen het overleg hun rol op. Het beleidsplan is de resultante van het overleg met alle betrokken stakeholders Cijfers gelinkt aan de indicatoren zijn een startpunt om de bespreking te faciliteren.

13 Welke doelstellingen De interne werking van de ZA garandeert de continuïteit op zorg en ondersteuning De ZA beschikt over competente medewerkers (personeel en vrijwilligers) De ZA draagt via zijn werking en het zorg- en ondersteuningsaanbod bij aan een versterking van de kwaliteit van bestaan van de budgethouders (vertrekkende van behoefte van gebruiker en zelfregie) De ingezette infrastructuur is kwaliteitsvol De ZA speelt in op een veranderend zorglandschap De ZA is financieel leefbaar

14 Quid CAO transparantie personeelsinzet en het sociaal overleg
De CAO transparantie personeelsinzet en sociaal overleg ligt sedert oktober 2017 terug op de tafel in het P.C. Wij wensen een CAO af te sluiten gelinkt aan het samen ontwikkelde document “Het beleidsplan / ondernemingsplan als leidraad voor sociaal overleg”. Visie van de vakbond gaat verder Moeilijke onderhandelingen, wordt vervolgd