Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdCornelis van de Veen Laatst gewijzigd meer dan 8 jaar geleden
1
Richtlijn inzake industriële emissies (IPPC review) Thema inspecties, toegang tot informatie en deelneming van het publiek Michel Amand DGRNE - DCE Pilote belge révision IPPC CCPIE Stakeholders – 17 april 2008
2
Artikel 25 - inspecties 1. De lidstaten zetten een systeem van inspecties van installaties op. Dat systeem omvat ook inspecties ter plaatse. 2. De lidstaten zorgen ervoor dat er voor alle installaties een inspectieplan is. 3. Elk inspectieplan omvat de volgende elementen: a) een algemene beoordeling van de relevante en significante milieuaspecten; b) het geografisch gebied waarop het inspectieplan betrekking heeft; c) een register van de installaties waarop het inspectieplan betrekking heeft en een algemene evaluatie van de mate waarin deze voldoen aan de eisen van deze richtlijn; d) bepalingen betreffende de herziening ervan; e) een synopsis van de programma's voor routine-inspecties overeenkomstig lid 5;
3
Artikel 25 - inspecties f) procedures voor niet-routinematige inspecties overeenkomstig lid 6; g) voor zover nodig, bepalingen inzake samenwerking tussen verschillende inspectie-instanties. 4. Op basis van de inspectieplannen stelt de bevoegde autoriteit geregeld inspectieprogramma's op, waarbij de frequentie van de bezoeken ter plaatse voor de verschillende types installaties wordt vastgesteld. Die programma's behelzen ten minste een bezoek ter plaatse per twaalf maanden aan elke installatie, tenzij die programma's gebaseerd zijn op een systematische evaluatie van de milieurisico's van de betrokken installaties. De Commissie stelt criteria voor de beoordeling van de milieurisico's vast. Die maatregelen, die niet-essentiële elementen van deze richtlijn beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 69, lid 2, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.
4
Artikel 25 - inspecties 5. De routine-inspecties dienen toereikend te zijn voor het onderzoek van het volledige spectrum van relevante milieueffecten van de betrokken installatie. De routine-inspecties moeten garanderen dat de exploitant de vergunningsvoorwaarden naleeft. De routine-inspecties dienen ook ter beoordeling van de doeltreffendheid van de vergunningsvoorwaarden. 6. Niet-routinematige inspecties worden uitgevoerd om ernstige milieuklachten, ernstige milieuongevallen, incidenten en gevallen van niet- naleving zo snel mogelijk te onderzoeken, alsook, indien passend, vóór de afgifte, toetsing of bijstelling van een vergunning.
5
Artikel 25 - inspecties 7. Na elke routine-inspectie en niet-routinematige inspectie stelt de bevoegde autoriteit een verslag op waarin de bevindingen ten aanzien van de naleving van de eisen van deze richtlijn door de installatie en de conclusies ten aanzien van de eventuele noodzaak van verdere maatregelen worden neergelegd. Het verslag wordt ter kennis van de betrokken exploitant gebracht en binnen twee maanden nadat de inspectie heeft plaatsgevonden, openbaar gemaakt. De bevoegde autoriteit ziet erop toe dat alle in het verslag als noodzakelijk aangemerkte maatregelen binnen een redelijke termijn worden genomen
6
Artikel 26 - Toegang tot informatie en deelneming van het publiek aan de vergunningsprocdure 1. De lidstaten zorgen ervoor dat het betrokken publiek in een vroeg stadium reële mogelijkheden tot inspraak krijgt bij de besluitvormingsprocedure voor volgende procedures: … d) de aanneming van algemene bindende voorschriften zoals bepaald in de artikelen 7 en 18 2. Lid 1, onder a) en b), is niet van toepassing als aan alle hierna genoemde voorwaarden is voldaan: a) de nieuwe installatie of belangrijke wijziging valt onder Richtlijn 85/337/EEG; b) alle noodzakelijke vergunningsvoorwaarden worden bestreken door algemene bindende voorschriften; c) er hoeven geen strengere eisen te worden gesteld om aan artikel 19 te voldoen
7
Artikel 26 3. Wanneer een besluit.over de verlening, toetsing of bijstelling van een vergunning dan wel over de aanneming of bijstelling van algemene bindende voorschriften.is genomen, stelt de bevoegde autoriteit het publiek volgens de passende procedures hiervan in kennis en stelt zij het publiek de volgende informatie ter beschikking: … c) de resultaten van het overleg dat aan het nemen van het besluit vooraf is gegaan en een toelichting van de manier waarop daarmee rekening is gehouden in dat besluit; d) de titel(s) van het/de BBT-referentiedocument(en) die voor de betrokken installatie of activiteit relevant zijn; e) de manier waarop de in de vergunning of de algemene bindende voorschriften opgenomen emissiegrenswaarden zijn vastgesteld in verhouding tot de beste beschikbare technieken en de daarmee samenhangende emissieniveaus als beschreven in de BBT-referentiedocumenten;
8
Artikel 26 f) indien overeenkomstig artikel 16, lid 3, een afwijking is toegestaan, de redenen voor die afwijking en de daaraan verbonden voorwaarden; g) het resultaat van de toetsing van de algemene bindende voorschriften als bedoeld in artikel 18, lid 3, en van de vergunningen als bedoeld in artikel 22, leden 1, 3 en 4 4. De leden 1, 2 en 3 zijn van toepassing onverminderd de in artikel 4, leden 1 en 2, van Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie
9
Verdrag van Aarhus - artikel 8 Inspraak tijdens de voorbereiding van uitvoerende regelingen en/of algemeen toepasselijke wettelijk bindende normatieve instrumenten Elke Partij tracht doeltreffende inspraak in een passend stadium te bevorderen, en terwijl opties nog openstaan, gedurende de voorbereiding door overheidsinstanties van uitvoerende regelingen en andere algemeen toepasselijke wettelijk bindende regels die een aanzienlijk effect kunnen hebben op het milieu. Hiertoe zouden de volgende stappen dienen te worden genomen: a. er zouden voor doeltreffende inspraak toereikende termijnen dienen te worden vastgesteld; b. ontwerp-regels zouden dienen te worden gepubliceerd of anderszins aan het publiek beschikbaar te worden gesteld; en c. het publiek zou in de gelegenheid dienen te worden gesteld opmerkingen te maken, rechtstreeks of via representatieve overlegorganen.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.