De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

VOORTGANGSCOLLEGE 2 BEDRIJFSECONOMIE PERIODE A 2015-2016 Docent: Matthijs Karssen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "VOORTGANGSCOLLEGE 2 BEDRIJFSECONOMIE PERIODE A 2015-2016 Docent: Matthijs Karssen."— Transcript van de presentatie:

1 VOORTGANGSCOLLEGE 2 BEDRIJFSECONOMIE PERIODE A 2015-2016 Docent: Matthijs Karssen

2 Bedrijfseconomie H3 en H4 uit de Boer: H3: De financiële overzichten

3 Inhoud n Terugblik les 1 n Introductie begrippen BALANS(1), RESULTATENREKENING(2), KASBOEK(3) n Onderdelen van bovengenoemde 3 zaken n Verschillen tussen kosten & uitgaven, en ook verschillen tussen opbrengsten & ontvangsten

4 Terugblik hoofdstuk 1 en 2 Positionering BE in vakgebied: n Onderdelen van BE benoemd (F & A!) n Definitie onderneming (2 kenmerken) en sectoren: Landbouw en extractie; Industrie; Handel; Dienstverlening n MAC en FAC n BTW: heffing gaat enkel over toegevoegde waarde. n Effectiviteit (output!) VS efficiency (input!) n Fusie en overname: concurrent, integratie, parallellisatie

5 Inzoomen op Financial accounting n FAC is verantwoordingsinformatie n FAC is aan regels gebonden n FAC is voor buitenstaanders n FAC maakt het jaarverslag (balans en resultatenrekening) n En MAC?

6 Standaardbalans PostenBedragenPostenBedragen Vaste activaEV Vlottende activaLVV KVV Of zie de Boer, p. 71 voor simpele BAL Of zie de Boer, p. 74 voor een BAL uit de praktijk

7 De verschillende posten: LINKS n Vaste Activa (VA) = gaat langer dan 1 productieproces mee in het bedrijf n Vlottende Activa (VLA) = gaat 1 productieproces mee RECHTS n Eigen Vermogen = voor onbepaalde tijd in het bedrijf n Lang Vreemd Vermogen = langer dan 1 jr in het bedrijf n Kort Vreemd Vermogen = korter dan 1 jr in het bedrijf

8 De resultatenrekening (2) n Ook Verlies- en Winstrekening genoemd (V&W) = Weergave van de gemaakte kosten en opbrengsten over een periode (bijv. een jaar) n Wat zijn voorbeelden ervan? n Hoe ga je om met kosten (bijvoorbeeld een nieuwe bestelbus) die langer dan een jaar bestrijken? Afschrijven!! n Lineaire afschrijving n degressieve afschrijving (2 methoden) n afschrijving o.b.v. gebruik Zie p. 77/78 van de Boer n En de netto-winst, onderaan de streep dan? n Zie p. 75 van de Boer voor simpele RR! n Zie p. 76 voor een RR zoals uit de praktijk!

9 Kasboek / Liqiditeitsoverzicht (3) n Kijkt naar de kasmutatie (toe- of afname L.M.) = uitkomst tussen ontvangsten en uitgaven n Liquiditeitsbegroting = verwachte kasboek Het kasboek: soort kassabon van 1 jaar, met alle ontvangsten en betalingen tussen 1-jan en 31- dec! H17 uit de Boer gaat hier dieper op in!

10 Resultatenrekening vs. kasboek! n Verschil kosten en uitgaven n Verschil opbrengsten en ontvangsten Het resultatenrekening VERSUS kasboek: … verschillen in de volgende zaken: 1 afschrijvingen (niet in kasboek) 2 aflossingen (niet in RR) 3 voorzieningen (niet in kasboek) 4 rechtstreekse vermogensmutaties (niet in RR)

11 Conclusie n Cash is a fact, profit is an opinion! n Relatie tussen liquiditeitsbegroting (kasboek), resultatenrekening en balans! n Eigen vermogen wordt sluitpost genoemd, maar let op: altijd te berekenen! n Let op afschrijving, aflossing, voorziening en rechtstreekse vermogensmutaties (deze 4 leiden tot verschillen in de winst en de kasboek).

12 n Nog 1 tip: - ‘AfschRijvingen op activa’ komen op de RR - ‘AfLossingen op leningen’ komen op de Liq. Begr.

13 Bedrijfseconomie H4 uit de Boer: Ondernemingsplan

14 Saldo liquide middelen Winst / verlies Resultatenrekening Liquiditeitsbegroting Balans Overzicht kosten en opbrengsten Overzicht uitgaven en ontvangsten (bank of kas) Overzicht bezittingen en schulden Let op bij opstellen: -Afschrijving -Voorziening -Aflossing -Vermogensmutaties Samenvatting eerst!

15 Nieuwe overzichten vandaag n 99% vh aantal ondernemingen valt in MKB (max 250 medewerkers) n 850.000! n Ruim de helft; eenmanszaak n Veel stakingen eerste 5 jaar; 40% n  Waarom? Ontbreken goede voorbereiding: n HET ONDERNEMINGSPLAN

16 Het ondernemingsplan? Why? n Inzicht en overtuigen financiers (bank) n BV, of CV (Commanditair Vennootschap) n  CV = stille vennoten; geen rol in leiding n En participatiemaatschappij? Enkel €’s in begin n VV of EV n Welke meest risicovol? EV! (Wegens vaste, periodieke rente op VV en wettelijk afdwingbaar!) n Achtergestelde lening? Meer risico van wanbetaling!

17 Nieuwe overzichten vandaag n Investeringsbegroting (L op BAL) n Welke opstartkosten heb je, voor de start? n Welke grote aankopen ga je doen, voor de start? n Financieringsbegroting (R op BAL) n Hoe financier je dit met EV en VV? En bij tekort? n Liquiditeitsbegroting n Kwalificaties ondernemer n Marketingplan n Organisatie-plan n Juridische aspecten

18 Terugblik vorige les n Investeringsbegroting (L) en financieringsbegroting (R) n Kosten en opbrengsten: op de RR (Verlies en Winst rekening)! n Uitgaven en ontvangsten: op de Liquiditeitsoverzicht (kas of bankgeld jaaroverzicht) n Beginbalans + RR + Liquiditeitsoverzicht + Eindbalans n Inkoopwaarde verkochte omzet VS inkopen. Wat is al wel door ons aan leveranciers betaald en wat nog niet; crediteuren n Wat is de omzet en wat is nog niet ontvangen (bij bijv. een 1 maand betalingstermijn) en zijn dus…: debiteuren n Enkel te leren door sommen te maken!!! 18

19 Bonusvragen

20 Vraag 1 Wat gebeurt er met de winst indien de eigenaar van een eenmanszaak een privéonttrekking via de kas doet? A. de winst wordt lager. B. de winst wordt hoger. C. de winst verandert niet.

21 Vraag 1 Wat gebeurt er met de winst indien de eigenaar van een eenmanszaak een privéonttrekking via de kas doet? A. de winst wordt lager. B. de winst wordt hoger. C. de winst verandert niet  de onttrekking heeft wel effect op het EV, maar niet op de winst

22 Vraag 2 n Welke van de volgende grootheden staan op de liquiditeitsbegroting? A. verkoop op rekening B. ontvangsten van debiteuren C. inkoop op rekening D. betalingen aan crediteuren E. betalingen aan belastingdienst Een of meer antwoorden zijn juist.

23 Vraag 2 n Welke van de volgende grootheden staan op de liquiditeitsbegroting? A. verkoop op rekening B. ontvangsten van debiteuren C. inkoop op rekening D. betalingen aan crediteuren E. betalingen aan belastingdienst

24 Vraag 3 Kapperszaak Eric Zwieten's haarmode betaalt aan het begin van ieder kwartaal de voorschotnota voor elektriciteit aan de Nuon. In welke delen van het ondernemingsplan keren deze betalingen terug? A. in het investeringsplan en in de resultatenbegroting B. in de liquiditeitsbegroting en in de resultatenbegroting C. in het investeringsplan en in het financieringsplan D. in het financieringsplan en in de liquiditeitsbegroting

25 Vraag 3 n Investeringsplan: overzicht van de aan te schaffen activa n Financieringsplan: overzicht van de manier de aangeschafte activa gefinancierd worden n Resultaatrekening: overzicht van opbrengsten en kosten n Liquiditeitsbegroting: overzicht van uitgaven en ontvangsten

26 Vraag 3 Kapperszaak Eric Zwieten's haarmode betaalt aan het begin van ieder kwartaal de voorschotnota voor elektriciteit aan de Nuon. In welke delen van het ondernemingsplan keren deze betalingen terug? A. in het investeringsplan en in de resultatenbegroting B. in de liquiditeitsbegroting en in de resultatenbegroting C. in het investeringsplan en in het financieringsplan D. in het financieringsplan en in de liquiditeitsbegroting

27 Vraag 3 Kapperszaak Eric Zwieten's haarmode betaalt aan het begin van ieder kwartaal de voorschotnota voor elektriciteit aan de Nuon. In welke delen van het ondernemingsplan keren deze betalingen terug? A. in het investeringsplan en in de resultatenbegroting B. in de liquiditeitsbegroting en in de resultatenbegroting C. in het investeringsplan en in het financieringsplan D. in het financieringsplan en in de liquiditeitsbegroting

28 Vraag 4 n Voor een nieuw op te richten bedrijf in de telecomsector koopt Teletopper een bedrijfspand met bijbehorende grond van € 500.000 en een duurzaam productiemiddel van € 175.000. Daarnaast verwacht hij nog € 60.000 te moeten investeren in voorraden, maar die worden gedurende het eerste jaar geleidelijk gevormd. Voor de financiering van deze aankopen beschikt hij over € 320.000 eigen vermogen en € 150.000 vreemd vermogen. Hoeveel bedragen de totale investeringen als gevolg van deze aankopen per startdatum van de onderneming? n A.€ 715.000 n B € 675.000 n C € 40.000 n D € 0

29 Vraag 4 n Voor een nieuw op te richten bedrijf in de telecomsector koopt Teletopper een bedrijfspand met bijbehorende grond van € 500.000 en een duurzaam productiemiddel van € 175.000. Daarnaast verwacht hij nog € 60.000 te moeten investeren in voorraden, maar die worden gedurende het eerste jaar geleidelijk gevormd. Voor de financiering van deze aankopen beschikt hij over € 320.000 eigen vermogen en € 150.000 vreemd vermogen. Hoeveel bedragen de totale investeringen als gevolg van deze aankopen per startdatum van de onderneming? n A.€ 715.000 n B € 675.000 n C € 40.000 n D € 0 De investeringen zijn het totaal van alle activa per oprichtingsdatum, zijnde € 675.000.

30 Bedrijfseconomie - extra Casus 3.1 Pagina 25 en 26 van Opgavenboek

31 Casus n De stichting Kreater exploiteert een creatief centrum waar diverse cursussen worden gegeven zoals beeldhouwen, film, fotografie, pottenbakken, schilderen, tekenen en textiele werkvormen. Twee keer per jaar organiseert Kreater een expositie van de door de cursisten geleverde prestaties. Deze exposities hebben inmiddels regionaal een bepaalde faam verworven. Mede daardoor worde de stichting financieel ondersteund door enkele bedrijven en worden giften van particulieren ontvangen. De penningmeester van het stichtingsbestuur heeft over 2010 een financieel verslag opgemaakt. Zie het overzicht op de volgende pagina.

32 Casus n Lichtelijk in paniek komt het bestuur van de stichting bij elkaar. Het verlies van € 12.500 baart grote zorgen en men overweegt dan ook de cursusgelden onmiddellijk te verhogen. n Een nieuw bestuurslid, met enige bedrijfseconomische achtergrond, merkt echter op dat uit het op kasbasis gestelde overzicht geen conclusies kunnen worden getrokken met betrekking tot het exploitatieresultaat van de stichting. Het overzicht geeft alleen aan dat de liquide middelen met € 12.500 zijn afgenomen. Het is dan ook onjuist dit een verlies te noemen. Of er sprake is van een voor- of nadelig exploitatieresultaat zal nog moeten blijken.

33 Casus Uitgaven Huur van het gebouw € 9.000 Salaris beheerder van het centrum € 35.000 Vergoedingen aan cursusleiders € 12.500 Aanschaf nieuwe oven € 15.000 Aanschaf materialen € 8.450 Aflossing banklening € 5.000 Energie en water € 7.250 Bestuurskosten € 1.550 Schoonmaakkosten € 4.500 Verzekeringen € 6.750 Diversen € 2.500 Totaal € 107.500

34 Casus Ontvangsten Cursusgelden € 58.750 Subsidie gemeente € 15.000 Subsidie ministerie € 5.000 Entreegelden exposities € 2.250 Geiften van particulieren € 1.500 Sponserbijdragen € 10.000 Diversen € 2.500 Totaal € 95.000 Verlies € 12.500

35 Casus Nader onderzoek wijst uit dat: n In januari 2010 voor €15.000 een nieuwe oven is aangeschaft waarvan de levensduur op zes jaar wordt gesteld, er geen restwaarde wordt verwacht en waarbij uitgegaan wordt van jaarlijkse gelijke afschrijvingen. n De subsidie van de gemeente €5.000 per kwartaal bedraagt en deze subsidie over het laatste kwartaal nog niet is ontvangen. n Van de voor €8.450 aangeschafte materialen (klei, verf etc.) er eind 2010 nog een voorraad van €1.500 over was. n De verzekeringspremie voor 2010 van €3.500 in januari 2010 is betaald, waardoor een korting van €250 werd verkregen. n Eind 2010 door cursisten €1.500 vooruit is betaald voor cursussen die in 2011 zijn gestart.

36 Casus n Geef over 2010 een overzicht van de opbrengsten en kosten van de stichting in de vorm van een resultatenrekening. n (antwoord op volgende dia)

37 Casus n Geef over 2010 een overzicht van de opbrengsten en kosten van de stichting in de vorm van een resultatenrekening.


Download ppt "VOORTGANGSCOLLEGE 2 BEDRIJFSECONOMIE PERIODE A 2015-2016 Docent: Matthijs Karssen."

Verwante presentaties


Ads door Google