Kerntaak 2.1 competentie-indicatoren E, F & G NATASCHA SHEFIRA KUBRA KIMBERLEY ARMINE
2E Adviseert collega’s bij het vormgeven van een goed contact met de ouders/opvoeders op basis van de binnen de instelling gehanteerde pedagogische visie/VVE methode Bestuderen van het pedagogisch beleidsplan met name ouderbetrokkenheid en bijvoegen. Aan de hand van het pedagogisch beleidsplan (ouderbetrokkenheid) in de praktijk observeren en signaleren. Voorstel (schriftelijk en mondeling) ter bevordering van ouderbetrokkenheid.
2F Kent de manieren en de noodzaak om de ouders/opvoeders te betrekken bij de ontwikkeling van het kind Uitslag toets ouderbetrokkenheid. Ouders betrekken bij de thema’s door middel van mondelinge overdracht en/of brief. Een één op één gesprek met ouder(s)/opvoeders(s) op basis van observatie
2G analyseert het pedagogisch/didactisch handelen van collega’s en ouders/opvoeders en adviseert hen hierbij van de binnen de organisatie gehanteerde pedagogische visie/VVE methode Is op de hoogte van pedagogisch visie en –beleidsplan met betrekking tot het pedagogisch didactisch handelen. Aan de hand van het pedagogisch beleidsplan (pedagogisch- en didactisch handelen) in de praktijk observeren en signaleren. Vervolgens bespreken in een vergadering en collega’s daarin adviseren. Opstellen enquête voor de ouders/opvoeders over het welbevinden van hun kind en de tevredenheid van ouders peilen. De uitkomsten van de enquête bespreken met collega’s en daarna individueel de ouders adviseren/bespreken.