Sociologie en Diversiteit hoorcollege 4 Harrie Manders manhg@hr.nl http://med.hr.nl/manhg Vandaag: Uitleg module inleiding Sociologie
Vandaag op de agenda: Terugblik vorige week H4 van het boek Artikel C. Noden en Wensen
Vorige week: cultuur en sociaal bewustzijn Symbolisch Interactionisme Mead Weber Cultuur Subcultuur Confron-taties Beperkt bewustzijn Ideologie
‘Mislukte’ integratie? Vorige week ‘Mislukte’ integratie? Nationale identiteit Veranderingsprocessen die leiden tot modernisering.
H 5. Sociale verbanden Groeperingen Collectiviteit Groep Je bent een jongere met een liefde voor voetbal (sociale categorie). Op zondag zit je bij Feijenoord in het stadion als supporter (collectiviteit). Op zaterdag speel je zelf met je team je wedstrijd in de voetbalcompetitie (groep). Sociale categorie Twee variabelen: Interactie/communicatie Gemeenschappelijke normen en waarden
Groep: Overzichtelijk Interactie; veelvuldig, regelmatig, intensief Gezamenlijke normen en waarden Verwachtingen over en weer Patroon: plaats / rollen / initiatieven Ja
Collectiviteit: Wel een basis van gemeenschappelijke waarden en/of belangen Geen interactie/communicatie met elkaar Nee Ja
Sociale categorie Hebben alleen een bepaalde eigenschap gemeenschappelijk Ook wel: doelgroep Nee
Andere groepskenmerken GROEPSDYNAMICA Andere groepskenmerken Taal / Straattaal Wij / zij Open / gesloten Taken / contacten Mate van intimiteit / vertrouwelijkheid Formeel / informeel Duurzaam / tijdelijk http://www.youtube.com/watch?v=LE8WyMn5wWI Geupload op 21 jan. 2011 Brabantse studenten demonstreerden in Den Haag tegen de komende bezuinigingen in het hoger onderwijs. Demonstratie zelf is rustig verlopen, daarna wel wat onrust door relschoppers. Voorbeeld: Je bent een student met een studiebeurs (sociale categorie) Je gaat met een grote groep studenten naar Den Haag om te protesteren dat de OV-kaart wordt afgeschaft of dat het college geld 2x zo hoog wordt (collectiviteit). Je zit met je klas in een werkgroep sociologie te discussiëren over racisme (groep). Straattaal Gepubliceerd op 20 nov. 2012 Hoe ontwikkelt de straattaal zich in Rotterdam? Wat is oud, wat is nieuw? En wat kunnen we verwachten in ons mooie stadje? Misschien Pools, misschien Chinees... Bogue ging de straat op om het te checken.
Organisatie-sociologie Formele organisaties Organisatie: een groep die gericht is op het bereiken van bepaalde doeleinden en daarvoor een bepaalde positie- en taakverdeling heeft Doelen / belangen Oligarchie / Autocratisch http://www.youtube.com/watch?v=nQdgp-5nCEA: Ben Tichelaar over organisaties. 28 feb 2011. Formeel Duurzaam Taakgericht Zakelijk +/- Gesloten
TIJDELIJK / LEVENSLANG Mens in een groepering ROLLEN NETWERK STATUS / AANZIEN TIJDELIJK / LEVENSLANG VERWACHTINGEN DOELEN POSITIE TOEGEWEZEN / VERWORVEN
Mens in een groepering: netwerktekening vanuit 1 positie JIJ als student hebt te maken met…
Mens in een groepering: netwerktekening vanuit meerdere posities School Familie Werk Vrienden JIJ als… Ontspanning
Voorbeeld van een netwerk Eigen kracht?! Van zorgen voor naar zorgen dat….. schuldhulpverlening http://www.youtube.com/watch?v=Omxp2X0SZSA Multiproblem gezin van MEE.
Sociale structuur Functionalisme HOE ZIT HET IN ELKAAR? Durkheim Sociale structuur HOE ZIT HET IN ELKAAR? Elke groepering heeft structuur 2. Relatie: doel - structuur 3. Niet of nauwelijks verbonden aan personen 4. Duurzaam maar niet overanderlijk
Nauw of ruim omschreven kaders communicatie Relatie hoog-laag Star of veranderlijk Nauw of ruim omschreven kaders STRUCTUUR-KENMERKEN
Spanningen en disfuncties Samenleving samenleving Dürkheim FUNCTIONALISME & INTERDEPENDENTIE Structuur in de samenleving is gericht op het vervullen van behoeften: Economisch Affectief Cognitief Politiek Functionalistische visie: structuur garandeert het voortbestaan van de samenleving Interdependentie: mensen zijn van elkaar afhankelijk voor hun voortbestaan: de schaal is hiervan vergroot. Je hebt geen directe interactie meer met de mensen waarvan je afhankelijk bent. Spanningen op het gebied van: Eenheid versus tegenstellingen Conformiteit versus veranderingen Het systeem als rechtvaardiging voor of veroorzaker van ongelijkheid Het algemeen belang versus afzonderlijke belangen. Spanningen en disfuncties
Artikel H: Noden en wensen, verleden, heden en toekomst Kernwoorden: 4 Historische ontwikkeling 4 periodes: 1947 – 1965: het begin, de opbouwfase 1965 – 1985; de uitbouwfase 1981 – 1985; uitvoering en hervorming 1995 – 2010: laatste fase; definitieve transformatie Nu: Herbezinning Vier mogelijke toekomstvisies: 1. Europese verzorgingsstaat nieuwe stijl 2. Belg Parijs: een algemeen ingevoerd basisinkomen Europees en global (solidariteit voorop) 3. Italiaan Maramao: democratische welzijnsindustrie ontmantelen: een waarlijk interculturele samenleving (ook globaal) 4. Canadees Noonan: eigen verantwoordelijkheid vd burger en niet vd overheid om in de eigen wensen/noden te voorzien Prof. Schuyt 4 Toekomstvisies
Vervolg artikel C. Ontwikkeling van de verzorgingsstaat langs drie lijnen: Aantal en soort sociale risico’s Uitbreiding van de aantallen uitkeringsgerechtigden Uitbreiding van de sectoren 1. Eerst alleen: ziekte, werkloosheid, vanaf midden jaren ‘70: bedrijfsongevallen, ouderdom en armoede 2. Eerst alleen premiebetalers, later ook niet-betalenden. 3. Scholing, huursubsidie, huisvesting, huursubsidie, welzijnsorganisaties
Volgende week: Hoorcollege 5.