Hindoeïsme
Veelheid fenomenen: Veelgodendom Goeroe’s en sekten Gelatenheid Heilige koeien Weduwenverbranding Kinderhuwelijk Geweldloosheid Fanatisme Kasten Indus en Ganges Heilige geschriften: Smriti (traditie) Shruti (openbaring): Veda’s: - hymnen - epen - filosofie - natuurkunde - politieke traktaten - erotiek - mystiek - esoterische teksten
Eenheid in de veelheid 6 strekkingen in (polemische) dialoog eenheid van plaats: ‘over de Indus’ Traditiebegrip Kosmologie (visie op mens en wereld) Geestelijke houding die bevrijdt Godsbegrip Bhagavad Ghita
Traditie Inhoud en vormgeving heilige geschriften zoals de Upanisaden: leergesprekken Opheffing van tegenstellingen en dualiteit in hogere mystieke waarheid Inclusivisme Henotheïsme Modelvoorbeeld: Bhagavad Ghita
Kosmologie: Sanathana darma Betekenis Inhoud Varna Ashrama Waarden Reïncarnatie Karma
Kosmologie: Sanathana darma Betekenis: eeuwige orde van de kosmos Wet Naam van de religie
Kosmologie: Sanathana darma Inhoud: Moraal-zeden-recht-cultus: Hindu way-of-life Maatschappij weerspiegelt de goddelijk ingestelde orde van de kosmos: varna Ashrama waarden Wedergeboorte karma
Kosmologie: Sanathana darma Varna: kasten Brahmaan: ascese, zelfbeheersing, rust, geduld, oprechtheid, religieus geloof. Kshatriya: heldendom, energie, bestendigheid, moed, vrijgevigheid, beleid. Vaishya: boer en handelaar Shudra: dienaars Kastelozen: paria’s
Kosmologie: Sanathana darma Ashrama: levensperiodes: Leerling: guru en onthouding Huwelijk: dienst aan de gemeenschap Terugtrekken (pensionering) Kluizenaarschap: voorbereiding op bevrijding
Ook de levenscyclus heeft een kosmische dimensie
Kosmologie: Sanathana darma Waarden: (verschillende historische religieuze lagen?) Kama: verlangen, begeerte (leren kennen om te kunnen overstijgen en opheffing van dualiteit) (denk aan kama sutra en Khajuraho) Artha: welstand, vermogen, succes. Dharma: rechtschapenheid Moksha: verlossing
Kosmologie: Sanathana darma Reïncarnatie en karma: Karma = ‘doen’: wet die concreet handelen bepaalt: men is bepaald vanuit het verleden en bepaalt zijn toekomst. De route: alle wegen leiden naar Moksha, maar je kan terugvallen en op andere routes terecht komen. Positief en negatief karma Karma ondergaat men: het is onvermijdelijk Gelatenheid door dilemma van de gelaagdheid van de goddelijke orde (dilemma van Arjuna): niemand mag het handelen opgeven dat uit zijn natuur stamt.
Filosofie van het Shankara: de innerlijke weg. Atman en Maya Moksha begeerte
Filosofie van het Shankara: de innerlijke weg. Atman Atman = ‘zelf ontdaan van al het persoonlijke en individuele’. Al het zijnde is ‘maya’: illusie. Alleen het zijn op zich is onweerlegbaar. Atman = (zijnde)-(de) = zijn op zich Kosmos is één zijnsprincipe: alles is één of er is maar één zijn. Dan is Atman = Brahma
Filosofie van het Shankara: de innerlijke weg. Moksha moksha is verlossing: bevrijding van alle toestanden men bekomt het door inzicht: inzicht bestrijdt illusie. het is een verandering in het individu. het wordt gekenmerkt door: Shanti (vrede) Saccidananda: Sat = zijn Cit = geest ananda = vreugde, welbehagen.
Filosofie van het Shankara: de innerlijke weg. Begeerte Begeerte is de oorsprong van Maya door: door de begeerte ontstaat de illusie van een ‘individualiteit’ die kan/wil ‘hebben’ De fout ligt dus niet in handelen/doen (karma) op zich, maar in de begeerte die op specifieke resultaten mikt. De zelfzuchtigheid ketent het individu: wie moksha verlangt, kan moksha niet krijgen (= grote paradox) Moksha wordt getekend door en vloeit voort uit ‘handelen met innerlijke onthechtheid’ dit kan men leren door yoga of meditatie en concentratie.
Bhakti-religiositeit: rituele praktijkweg Betekenis: fysieke overgave aan het goddelijke door verering en (offer)rituelen. Het is de weg bij uitstek voor de niet-brahmaanse kasten of voor degenen die geen behoefte aan onthechting ervaren. Uitgangspunt: Goddelijke = het Absolute = ziel die de wereld draagt = begin = einde = in alles tegenwoordig.
Bhakti-religiositeit: rituele praktijkweg Gevolgen: Alle goden bieden toegang tot het Absolute: een enorm pantheon. 3 hoofdgezichten van het Absolute: Brahma: schepping, ordening Vishnu: beschermer, instandhouder, Shiva: verwoester, chaos
Bhakti-religiositeit: rituele praktijkweg Het goddelijke is fysiek tegenwoordig in: Natuurlijke elementen (zelfs stenen) Elk beeld of afbeelding Avatara’s (nederdalingen) 10 Avatara’s van Vishnu: o.a. Rama, Krisjna, Boeddha en de 10e ‘van de toekomst’