Thema jongeren en de publieke ruimte : social media/de digitale leefwereld

De publieke ruimte is de ruimte waar in beginsel iedereen toegang tot heeft. Te denken valt aan:  Openbare gebouwen  Openbaar vervoer  De “straat”  Internet In de openbare ruimte gelden bepaalde gedragsregels die deels in de wet staan en die deels op gewoonte berusten De publieke ruimt wordt het 4de opvoedmilieu genoemd

Internet is een relatief nieuw medium, waar nog weinig voor geregeld is in de wet en in het gewoonterecht. Jongeren zijn over het algemeen meer thuis op internet dan hun opvoeders waardoor de begeleiding en opvoeding met betrekking tot o.m. gedragsregels op internet in gebreke blijft

 Hoe beïnvloedt internet de verhouding tussen jongeren en hun opvoeders?  Hoe beïnvloedt internet de machtsverhoudingen tussen jongeren onderling?  Hoe wordt controle en surveillance van jongeren in de hand gewerkt?  Welke vrijheden hebben jongeren kunnen verwerven?  Hoe draagt internet bij tot een groter autonomie van jongeren? Het gaat hier dus om sociale veranderingen die internet teweeg brengt; veranderingen in de leefwereld van jongeren. (digitale leefwereld) Er zijn ook vragen te stellen vanuit de ontwikkelingspsychologie (i.c. adolescentie)  Welke rol speelt internet in het losmakingsproces van de puber/adolescent van zijn ouders, leerkrachten e.d.?  Welke rol speelt de behoefte van de puber/adolescent om te experimenteren bij internet gebruik?  Welke rol speelt internet in de fase die Erikson identiteit vs identiteitsverwarring noemt?

 Meer vrijheid  Minder privacy  Manier om contacten te leggen en te onderhouden  Manier om te ontdekken wie je bent   Multitasking  Bereikbaarheid 24/7  Prosumers  (illegaal) downloaden van muziek en film  Virtuele wereld onderscheidt zich van werkelijke wereld   Vrije tijdsbesteding

 Webcam  Chatbox  MSN  Hyves/facebook  Google ( andere zoekmachines )   Websites / Weblogs  Skype  Twitter

Burgerschap en regels van openbaar fatsoen op internet als publieke ruimte. Nieuwe manieren voor een nieuw medium: Hoe bevorder je dat?

 Macht in relatie met oudere generatie?  Macht in relaties tussen jongeren onderling - digitaalpesten - cyberseks - happy slapping - you tube - uitbuiten van jongeren - etc.

Leg relatie van het nieuwe mediagebruik met kenmerken van de ontwikkelingsfase adolescentie  Losmakingsproces ouders, leerkrachten e.d.  Identiteit vs identiteitsverwarring  Experimenteer gedrag

Jongeren doen op internet zich vaak anders voor dan ze zijn. Driekwart van de jongeren van 9 tot 12, ruim de helft van de jongeren van 13 /14 en ruim een kwart van de jongeren van 15 tot 18 jaar doen aan deze identiteitsexperimenten (scp jaarboek ict 2006)

 Juridische risico’s  Sociaal-emotionele risico’s  Veiligheids risico’s  Betrouwbaarheids risico’s

De nieuwe media hebben invloed op de populaire cultuur.  Op de inhoud  Op de belangrijkheid  Op de reikwijdte

Populaire cultuur wordt  door sommigen als minder waard gezien (lower culture)  Anderen verzetten zich er tegen dat de populaire cultuur minder waard is

 Populaire cultuur als bindmiddel  Populaire cultuur als overdrager en verspreider van ( nieuwe waarden en normen)

 mQyeY mQyeY  Zijn facebook vrienden echte vrienden?  Kan er een liefdesrelatie bestaan tussen mensen die uitsluitend contact hebben via internet?  Real-life vrienden en virtuele vrienden

Invloed van internet op vriendschappen Maatschappelijke ontwikkelingen en de aard van vriendschappen

   Echte vrienden  Niet echte vrienden  Net niet echte vrienden  Hoe goed ken je je facebook vrienden  De-frienden  Anti-sociaal gedrag

Aristoteles onderscheidde 3 vormen van vriendschap. 1. Voordeelvriendschappen 2. Genotsvriendschappen 3. Karaktervriendschappen

 Duur vriendschappen tegenwoordig vaak niet voor het leven/van korte duur  Lichte vriendschappen niet alleen een internet fenomeen

 La Haine  Kids  Boyz in the hood  East is east  Trust