Kyros, koning van de Perzen
Kyros (Cyrus), (559 -529 v. Chr.) Perzische koningen: Cyrus (=Kyros of Kuros) Cambyses (=Kambyses) Darius (=Dareios) Xerxes Kyrus: Bracht losse Perzische stammen bijeen. Werd zo eerste koning van Perzische Rijk. Zette hen aan tot opstand tegen Meden. Veroverde daarna Lydië (Kroisos!). Het Perzische Rijk
Link met Kroisos-verhaal Herodotus vertelt over Kroisos (zijn rijkdom, ontmoeting met Solon etc.) Vervolgens: Kroisos’ hoofdstad Sardes wordt ingenomen door Perzen Dan uitleg nodig over Perzische Rijk Deze uitleg begint hij weer bij het begin: de geboorte van de eerste koning: Kyros
De jeugd van Kyros, Hdt 1.107-122 begint met twee dromen
107 1 ἐκδέκεται δὲ Ἀστυάγης Κυαξάρεω παῖς τὴν βασιληίην 107 1 ἐκδέκεται δὲ Ἀστυάγης Κυαξάρεω παῖς τὴν βασιληίην. καὶ οἱ ἐγένετο θυγάτηρ τῇ οὔνομα ἔθετο Μανδάνην· Astyages, de zoon van Kyaxares, neemt het koningschap over. En voor (aan) hem werd een dochter geboren [= hij kreeg een dochter], aan wie hij de naam Mandane gaf, Astyages – grootvader van Kyros, koning van de Meden. Hdt. moet terug naar dit rijk om de gs. van Perzië te kunnen uitleggen. Kyros komt hier immers vandaan. Kyaxares – stichter van Rijk der Meden ejkdevketai - praes historicum; psilosis (de h-klank is uit een medeklinker weg, vergeleken met het Attisch (ejkdevketai= ejkdevcetai) οἱ - dat ev M van het pers vnw. Wie wordt bedoeld? Astyages 2 τῇ - dat. ev. V van het betr vnw.
τὴν ἐδόκεε Ἀστυάγης ἐν τῷ ὕπνῳ οὐρῆσαι τοσοῦτον ὥστε πλῆσαι μὲν τὴν ἑωυτοῦ πόλιν, ἐπικατακλύσαι δὲ καὶ τὴν Ἀσίην πᾶσαν. van wie Astyages in zijn slaap meende (droomde) dat ze zoveel plaste dat ze zijn eigen stad vulde en bovendien zelfs Azië in zijn geheel liet overstromen. 2 τὴν – betr vnw. τὴν οὐρῆσαι, ἐπικατακλύσαι = AcI bij ἐδόκεε πόλιν – de hoofdstad van het Rijk der Meden was Egbatana Wat zou de droom betekenen? Plassen = kind krijgen; Verder stromen = macht uitbreiden. Dus: dat haar zoon, zijn nieuwe kleinzoon, de macht over zal nemen van Astyages en uitbreiden.
ὑπερθέμενος δὲ τῶν Μάγων τοῖσι ὀνειροπόλοισι τὸ ἐνύπνιον, ἐφοβήθη παρ᾽ αὐτῶν αὐτὰ ἕκαστα μαθών. Nadat hij de droom had voorgelegd aan de droomuitleggers onder de magiërs, werd hij bang, toen hij van hen alle feiten precies had leren kennen. 4 ὑπερ-θέ-μενος – welke vorm van welk ww? ptc aor M van uJper-tiqhmi τῶν Μάγων – Deze priesters waren gespecialiseerd in voorspellingskunst en astrologie. Ze hadden ook grote invloed op de koning en het bestuur van het rijk. (De drie koningen die Jezus in Bethlehem kwamen bezoeken zouden bv. ook mavgoi zijn geweest.) τοῖσι ὀνειροπόλοισι – dat mv ἐφοβήθη – fobevomai is een deponens, vandaar -qh-
2 μετὰ δὲ τὴν Μανδάνην ταύτην ἐοῦσαν ἤδη ἀνδρὸς ὡραίην Μήδων μὲν τῶν ἑωυτοῦ ἀξίων οὐδενὶ διδοῖ γυναῖκα, δεδοικὼς τὴν ὄψιν· Daarna geeft hij die Mandane, die (als ze) al huwbaar is [ptc.] aan niemand van de Meden van zijn eigen stand als echtgenote, uit vrees [ptc.] voor de droom, 7 Μήδων … ἀξίων – bepaling bij οὐδενὶ οὐδενὶ - welke vorm van welk woord? dativ van oujdeiv~ γυναῖκα – predicatief (=dubbelverbonden) onthoud: als er ‘predicatief’ staat, in je vertaling altijd zetten ALS ….. δεδοικὼς – waar zou hij dan bang voor zijn? Dat hij door zijn kleinzoon van de troon wordt gestoten.
ὁ δὲ Πέρσῃ διδοῖ τῷ οὔνομα ἦν Καμβύσης, τὸν εὕρισκε οἰκίης μὲν ἐόντα ἀγαθῆς, τρόπου δὲ ἡσυχίου, πολλῷ ἔνερθε ἄγων αὐτὸν μέσου ἀνδρὸς Μήδου. maar hij geeft (haar) aan een Pers, aan wie de naam Kambyses was, van wie hij (uit)vond dat hij van goeden huize was, en van een rustige aard, (en hij geeft hem haar) omdat hij hem ver beneden een gemiddelde Mediër achtte. τῷ / τὸν – betr. vnw. 8-9 τὸν … ἐόντα – welke constructie? AcP, afh van εὕρισκε οἰκίης μὲν ἐόντα ἀγαθῆς, τρόπου δὲ ἡσυχίου – genit. die een eigenschap aangeeft πολλῷ ἔνερθε ἄγων αὐτὸν μέσου – wat uit het voorafgaande in de tekst is hiervan het tegengestelde? τῶν ἑωυτοῦ ἀξίων
108 1 συνοικεούσης δὲ τῷ Καμβύσῃ τῆς Μανδάνης, ὁ Ἀστυάγης τῷ πρώτῳ ἔτεϊ εἶδε ἄλλην ὄψιν, Toen Mandane met Kambyses samenwoonde, zag Astyages in het eerste jaar een andere droom: 11 συνοικεούσης … τῆς Μανδάνης – Welke constructie? gen abs 11-12 τῷ πρώτῳ ἔτεϊ (ἔτεϊ = dativ van to; e[to~) Het eerste jaar waarvan? van het huwelijk tussen Mandane en Kambyses 12 εἶδε – van welk ww. ook alweer? oJravw
ἐδόκεε δέ οἱ ἐκ τῶν αἰδοίων τῆς θυγατρὸς ταύτης φῦναι ἄμπελον, τὴν δὲ ἄμπελον ἐπισχεῖν τὴν Ἀσίην πᾶσαν. het scheen hem toe dat uit de schaamdelen van die dochter een wijnstok gegroeid was, en dat de wijnstok Azië in zijn geheel overwoekerd had. 12 ἐδόκεε δέ οἱ - Let op het verschil in beschrijving met r. 2. In r. 2 was Astyages onderwerp van ἐδόκεε , hier is een onpersoonlijke uitdrukking gebruikt. ἄμπελον – waarom is dit een toepasselijk droombeeld? wijnstok heeft wijnranken, die symbool staan voor de macht die om zich heen grijpt φῦναι ἄμπελον ἄμπελον ἐπισχεῖν is een chiasme (kruisstelling): φῦναι ἄμπελον inf acc ἄμπελον ἐπισχεῖν acc inf
2 ἰδὼν δὲ τοῦτο καὶ ὑπερθέμενος τοῖσι ὀνειροπόλοισι, μετεπέμψατο ἐκ τῶν Περσέων τὴν θυγατέρα ἐπίτεκα ἐοῦσαν, ἀπικομένην δὲ ἐφύλασσε βουλόμενος τὸ γενόμενον ἐξ αὐτῆς διαφθεῖραι· Nadat hij dit had gezien en had voorgelegd aan de droom-uitleggers, ontbood hij zijn dochter, die zwanger was, uit Perzië, en nadat ze was aangekomen, bewaakte hij haar, omdat hij dat wat uit haar verwekt was (=haar kind) wilde doden; 15 ἀπικομένην - Welke verschijnsel zie je in dit woord? psilosis 16 τὸ γενόμενον ἐξ αὐτῆς – zeer onpersoonlijk geformu- leerd (datgene wat uit haar ontstaan / verwekt was)
ἐκ γάρ οἱ τῆς ὄψιος οἱ τῶν Μάγων ὀνειροπόλοι ἐσήμαινον ὅτι μέλλοι ὁ τῆς θυγατρὸς αὐτοῦ γόνος βασιλεύσειν ἀντὶ ἐκείνου. want op grond van zijn droom verklaarden de droomuitleggers onder de magiërs voor hem dat [of: op grond van zijn droom maakten zij hem duidelijk dat] het kind van zijn dochter koning zou zijn in plaats van hem. 16 οἱ - dat. possessivus (niet de οἱ in r. 17 = gewoon lidwoord) 17 μέλλοι - optativus obliquus (indir rede)
Opdracht aan Harpagos
3 ταῦτα δὴ ὦν φυλασσόμενος ὁ Ἀστυάγης, ὡς ἐγένετο ὁ Κῦρος, καλέσας Ἅρπαγον ἄνδρα οἰκήιον καὶ πιστότατόν τε Μήδων καὶ πάντων ἐπίτροπον τῶν ἑωυτοῦ, ἔλεγὲ οἱ τοιάδε. Dus omdat hij daarvoor natuurlijk oppaste, riep [ptc.] Astyages, toen Kyros was geboren, Harpagos, een man die tot de familie behoorde en het betrouwbaarste [was] van de Meden en beheerder (was) van al zijn bezittingen, en hij zei hem ongeveer het volgende [letterlijk: dergelijke dingen]: 19 ταῦτα verwijst naar (GR) ….? ὅτι μέλλοι ὁ τῆς θυγατρὸς αὐτοῦ γόνος βασιλεύσειν ἀντὶ ἐκείνου (17-18). ὦν = ….? ou\n 20-21 οἰκήιον καὶ πιστότατόν τε Μήδων καὶ πάντων ἐπίτροπον τῶν ἑωυτοῦ - welke stijlfiguur ? trikolon
4 "Ἅρπαγε, πρῆγμα τὸ ἄν τοι προσθέω, μηδαμῶς παραχρήσῃ, μηδὲ ἐμέ τε παραbalῃ καὶ ἄλλους ἑλόμενος ἐξ ὑστέρης σοὶ αὐτῷ περιπέσῃς· ‘Harpagos, een taak, die ik je ook maar opdraag, moet je absoluut niet onderschatten, en je moet me niet bedriegen en door anderen te kiezen later jezelf in het ongeluk storten [letterlijk: moet je niet door jezelf in (het ongeluk) vallen]. 21 τὸ - welke woordsoort? betr. vnw τοι = soi προσθέω – waarom coni? generalis (geldt voor elke opdracht vd koning) 22-23 παραχρήσῃ, παραbalῃ , περιπέσῃς – waarom coni? prohibitivus (verbod) 22-23 ἄλλους ἑλόμενος is de kern van μηδὲ ἐμέ τε παραbalῃ : Astyages wil absoluut niet dat iemand het weet (maar Harpagos houdt zich juist hier niet aan)
λάβε τὸν Μανδάνη ἔτεκε παῖδα, φέρων δὲ ἐς σεωυτοῦ ἀπόκτεινον, μετὰ δὲ θάψον τρόπῳ ὅτεῳ αὐτὸς βούλεαι.“ (Maar) neem het kind dat Mandane heeft gebaard en breng het [ptc.] naar je eigen huis en dood het; en begraaf het daarna op een manier waarop je het zelf wilt.’ 24 ἀπόκτεινον, θάψον – welke vorm? imper aor 25 βούλεαι = boule-sai (boulei), 2e ev Med
5 ὁ δὲ ἀμείβεται "ὦ βασιλεῦ, οὔτε ἄλλοτε κω παρεῖδες ἀνδρὶ τῷδε ἄχαρι οὐδέν, φυλασσόμεθα δὲ ἐς σὲ καὶ ἐς τὸν μετέπειτα χρόνον μηδὲν ἐξαμαρτεῖν. Hij antwoordde: ‘Koning, nog niet heeft u een andere keer (n)iets onaangenaams bij deze man bespeurd, en wij passen ervoor op om tegenover u ook in het vervolg (g)een enkele fout te begaan. 26 ἀνδρὶ τῷδε – wie bedoelt hij daarmee? zichzelf ἄχαρι = onz, congr met οὐδέν; wat voor onaangenaams bedoelt hij? dat hij de bevelen van de koning niet opvolgt φυλασσόμεθα – dicht mv
ἀλλ᾽ εἲ τοι φίλον τοῦτο οὕτω γίνεσθαι, χρὴ δὴ τό γε ἐμὸν ὑπηρετέεσθαι ἐπιτηδέως.“ Maar als het voor u wenselijk is dat dit zo gebeurt, dan is het nodig dat er wat mij betreft zorgvuldig gediend wordt.’ -
Harpagos weigert
109 1 τούτοισι ἀμειψάμενος ὁ Ἅρπαγος, ὥς οἱ παρεδόθη τὸ παιδίον κεκοσμημένον τὴν ἐπὶ θανάτῳ ἤιε κλαίων ἐς τὰ οἰκία· Hiermee antwoordde [ptc.] Harpagos en toen de baby mooi gekleed voor een begrafenis aan hem was overhandigd, ging hij wenend naar zijn huis; 29 τούτοισι = τούτοι~ (dat mv) 29 παρ-ε-δό-θη – welke vorm? aor Pass v. divdwmi 30 κε-κοσμη-μένον – welke vorm? ptc perf Pass v. kosmevw κλαίων – Harpagos vindt het dus een vreselijke opdracht, maar durfde dat kennelijk niet bij de koning te laten merken.
παρελθὼν δὲ ἔφραζε τῇ ἑωυτοῦ γυναικὶ τὸν πάντα Ἀστυάγεος ῥηθέντα λόγον παρελθὼν δὲ ἔφραζε τῇ ἑωυτοῦ γυναικὶ τὸν πάντα Ἀστυάγεος ῥηθέντα λόγον. nadat hij binnen was gekomen, vertelde hij aan zijn eigen vrouw het hele vertelde verhaal van Astyages (alles wat A. hem had gezegd) 31 ῥηθέντα – ptc aor P van levgw (aor P = ejrrhvqhn)
2 ἣ δὲ πρὸς αὐτὸν λέγει "νῦν ὦν τί σοὶ ἐν νόῳ ἐστὶ ποιέειν ;“ En zij zegt tegen hem: ‘Wat ben je nu dan van plan te doen?’ 31 ἣ δὲ - lidwoord gebruikt ipv pers. vnw. (ook in r. 32 ὁ δὲ) 32 λέγει – praes historicum
ὁ δὲ ἀμείβεται "οὐ τῇ ἐνετέλλετο Ἀστυάγης, οὐδ᾽ εἰ παραφρονήσει τε καὶ μανέεται κάκιον ἢ νῦν μαίνεται, οὔ οἱ ἔγωγε προσθήσομαι τῇ γνώμῃ οὐδὲ ἐς φόνον τοιοῦτον ὑπηρετήσω. En hij antwoordt: ‘Niet zoals Astyages opdroeg, zelfs niet als hij erger buiten zinnen en waanzinnig zal zijn dan hij nu waanzinnig is, [en] niet zal ík me aansluiten bij zijn mening en ik zal niet voor zo’n moord helpen. 33 οὐ - het ww. hierbij is weggelaten (ellips). Welke ww. moet je aanvullen (Ned)? ik zal het doen 33-34 παραφρονήσει τε καὶ μανέεται κάκιον ἢ νῦν μαίνεται – Harpagos vindt het dus WAANZIN
3 πολλῶν δὲ εἵνεκα οὐ φονεύσω μιν, καὶ ὅτι αὐτῷ μοι συγγενής ἐστὶ ὁ παῖς, καὶ ὅτι Ἀστυάγης μὲν ἐστὶ γέρων καὶ ἅπαις ἔρσενος γόνου· Om vele [redenen] zal ik het niet doden, zowel omdat het kind aan mijzelf verwant is, als omdat Astyages een oude man is en zonder kind van het mannelijk geslacht; 36 μοι συγγενής – waar was dat al verteld? (20) οἰκήιον (een man uit de familie) 35 πολλῶν – wordt uitgewerkt in de 2 bijzinnen erachter.
4 εἰ δ᾽ ἐθελήσει τούτου τελευτήσαντος ἐς τὴν θυγατέρα ταύτην ἀναβῆναι ἡ τυραννίς, τῆς νῦν τὸν υἱὸν κτείνει δι᾽ ἐμεῦ, ἄλλο τι ἢ λείπεται τὸ ἐνθεῦτεν ἐμοὶ κινδύνων ὁ μέγιστος; als het koningschap als hij dood is [gen.abs.] op die dochter overgaan zal, van wie hij nu de zoon doodt door mij, dan blijft er daarna voor mij het grootste gevaar [letterlijk: van gevaren het grootste] over, nietwaar? 39 ἄλλο τι … κινδύνων ὁ μέγιστος; Welk gevaar bedoelt Harpagos? Mandane komt dan aan de macht; Harpagos heeft haar kind vermoord en zij zal dus hem vermoorden
ἀλλὰ τοῦ μὲν ἀσφαλέος εἵνεκα ἐμοὶ δεῖ τοῦτον τελευτᾶν τὸν παῖδα, δεῖ μέντοι τῶν τινα Ἀστυάγεος αὐτοῦ φονέα γενέσθαι καὶ μὴ τῶν ἐμῶν.“ Maar om mijn veiligheid is het nodig dat ‘t kind sterft, maar een van de (mensen) van Astyages zelf moet moordenaar zijn en niet van de mijne.’ 40-41 τοῦτον τελευτᾶν / τινα γενέσθαι – beide AcI bij δεῖ