Pabo instroom geschiedenis
Toets tijdvak 7 & 8
Vandaag Tijdvak 9 Eerste Wereldoorlog Interbellum Tweede Wereldoorlog
Thema Eerste Wereldoorlog
Voorliefde voor militair vertoon Militarisme Voorliefde voor militair vertoon Uniformen, wapens, parades, discipline enz
Nationalisme
Imperialisme
Bondgenootschappen
Niet de vraag, komt er oorlog? Maar wanneer komt de oorlog? - Von Schlieffenplan bestond al 20 jaar
Oorzaken Eerste wereldoorlog Militarisme Nationalisme Imperialisme Bondgenootschappen
Ten oorlog Aanleiding: Aanslag op Prins Ferdinand
Loopgravenoorlog
Duikbotenoorlog
Nederland Neutraal Veel Belgische vluchtelingen Toch werd neutraliteit enkele keren geschonden (soms compensatie) Distributie
Uitkomsten Geallieerden winnen 9 miljoen doden Russische revolutie Vrede van Versailles (Duitsland is schuldig!) Gebiedsverlies Duitsland Herstelbetalingen Mag klein legertje hebben
Geografisch
Economische Duitsland Herstelbetalingen Minder inwoners (6,5 miljoen) Minder grondstoffen Kortom crisis
Oplossing is Dawesplan
Hoogconjunctuur Aandelen stegen Lonen stegen Arbeidsproductie steeg
Oorzaken beurskrach Aandelen waren meer waard dan redelijk. Overproductie Lenen Zwarte donderdag Iedereen wilde aandelen z.s.m. kwijt
Gevolgen beurskrach VS kan geen geld meer lenen aan Duitsland (dawesplan loopt ten einde) Hoge werkloosheid armoede
Nederland Colijn Bezuinigingsbeleid Werkverschaffing stempelen
Duitsland Onvrede Opkomst nationaal socialisme verdrag van Versailles Economie (werkloosheid) Opkomst nationaal socialisme
Italie (interbellum) Fascisme In Italië kwamen de fascisten aan de macht. Het Italiaans fascisme was een politiek stelsel, waarbij de politieke partij of de leider de macht had. Het individu werd ondergeschikt gemaakt aan het stelsel en aan de natie. Het fascisme was anticommunistisch en extreem nationalistisch. Van bovenaf werden de maatschappij en de economie gereglementeerd.
Nationaal Socialisme Fascisme+ Antisemitisme
Nazi Duitsland (1933 – 1939) Andere partijen verboden Propaganda / intimidatie Verzwakt parlement Rassenwetten Houdt zich niet aan verdrag van Versailles Duitstaligen in Duitsland Oostenrijk Sudetenland
1933 Adolf Hitler aan de macht
Neurenberger Rassenwetten
1938 Kristallnacht
Gedicht Toen de nazi's de communisten arresteerden heb ik gezwegen; ik was immers geen communist. Toen ze de sociaaldemocraten gevangenzetten heb ik gezwegen; ik was immers geen sociaaldemocraat. Toen ze de syndicalisten kwamen halen heb ik gezwegen; ik was immers geen syndicalist. Toen ze de Joden opsloten heb ik gezwegen; ik was immers geen Jood. Toen ze de katholieken arresteerden heb ik gezwegen; ik was immers geen katholiek. Toen ze mij kwamen halen ...was er niemand meer die nog kon protesteren.
Holocaust / Jodenvervolging(1933 – 1945) 1923: Judenfrage (Mein Kampf) 1933 – 1941: Lösung 1942: Wannsee Endlösung Treblinka Sobibor Belzec Majdanek Babi Yar Adolf Eichmann (1906 – 1961) Auschwitz Mauthausen https://www.youtube.com/watch?v=yC6Y2lBUSb4
Anschluss
Polen Von molotov-ribbentroppact
Oorlog
Pearl Harbor
Nederlandse bezetting Aanpassing en verzet
Einde Tweede wereldoorlog Omslag Slag Stalingrad D-Day Einde 5 mei (Duitsland geeft zich over) 2 September
Nagasaki & Hiroshima
Vraag 1. Hoe heette de hond van Adolf Hitler? A. Rex B. Blondi C. Marrilyn Monroe D. Otto
Vraag 2. Welke hoort er niet tussen? A. Verduisteren B. Onderduiken C. Radio’s inleveren D. Gedwongen tewerkstellen
Vraag 3. Wanneer begint de Tweede Wereldoorlog? A. 1938 (Anschluss Oostenrijk) B. 1939 (Inval Polen) C. 1940 (Inval Nederland) D. 1941 (Pearl Harbor)
Tijdvak 10
Beeldmateriaal 1945 Bevrijding Dachau
Europa in as
Wederopbouw Vadertje Drees (bekend van WAO) PVDA opgericht (doorbraakpartij) CDU, SDAP, Democratische Bond. Opkomst Verzorgingsstaat Zorgt voor welzijn van haar burgers (onderwijs, zorg, sociale zekerheid)
Bekostiging verzorgingsstaat Geleide loonpolitiek (tot jaren 60) Marshallhulp Vanaf 1959 Gasbel Slochteren
1953 (watersnoodramp)
Deltawerken
Jaren 60 Welvaart Geleide loonpolitiek verdwijnt Hogere lonen Meer consumptie Milieuwetten
Ontzuiling Oorzaken Media Urbanisatie Mobiliteit verzorgingsstaat
Emancipatie ’60 Feminisme Welvaart Technologische vooruitgang Meer vrije tijd (studie)
Nieuwe normen en waarden Provo’s (anti autoritair) Hippies (pacifisme)
Welvaart: Multicultureel (gastarbeiders) (asielzoekers) (voormalige koloniën)
Vandaag: Tijdvak 10 TV & Computer Thema: Dekolonisatie B.10.1 De aspirant-student kan uitleggen welke rol nationale bewegingen in de Nederlandse koloniën speelden bij het verkrijgen van onafhankelijkheid.
Socialer beleid (toekomst: zelfstandigheid) Ethische politiek Socialer beleid (toekomst: zelfstandigheid) Geen wingewest maar voogdijschap met verantwoordelijkheid Oorzaak: Misstanden in Indonesië (wingewest, cultuurstelsel batig slot) Kritiek (Eduard Dekkers, Max Havelaar)
Indisch Nationalisme Indiers komen in aanraking met westerse gedachten Soevereiniteit Nationalisme Politiek democratie
Japanse bezetting van Nederlands indie - Werken samen met de nationalisten (beloven eigen bestuur)
Politionele acties 2 offensieve acties
Onafhankelijkheid 1949 Oorzaak: VS Dreigt met stopzetten van de marshallhulp
Koude Oorlog
Verenigde Staten Liberaal
Communisme Karl Marx
Verenigde Staten Navo Kapitalistisch democratie verschillen Verenigde Staten Navo Kapitalistisch democratie Sovjet Unie Warchaupact Communistisch dictatuur
1945 – 1989 (gebeurtenissen) Oprichting Navo Oprichting Warschaupact Bouw Berlijnse muur Cubacrisis Vietnamoorlog Glasnost perestrojka
Leerdoelen gehaald? Tijdvak 9 B.9.4 De aspirant-student kan Europa en Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog beschrijven en voorbeelden van collaboratie, verzet en aanpassing van de Nederlandse bevolking noemen. B.9.3 De aspirant-student kan de Jodenvervolging beschrijven. Tijdvak 10 B.10.1 De aspirant-student kan uitleggen welke rol nationale bewegingen in de Nederlandse koloniën speelden bij het verkrijgen van onafhankelijkheid B.10.2 De aspirant-student kan de spanningen tussen de Sovjetunie en de VS ten tijde van de Koude Oorlog beschrijven. B.10.3 De aspirant-student kan de economische en sociaal- culturele veranderingen en de toenemende pluriformiteit vanaf de jaren ’60 in Nederland beschrijven