GLB 2015 1. Van toeslagrechten naar betalingsrechten 2 GLB 2015 1. Van toeslagrechten naar betalingsrechten 2. steun voor jonge bedrijven 3. vergroeningspremie - gewasdiversificatie - behoud blijvend grasland - Ecologisch aandachtsgebied
GLB 2015 Toeslagrechten -> Betalingsrechten: -> Basisbetaling 100% -> Jonge landbouwers -> Vergroeningspremie: - 50% op basisbetaling (33%)
Basisbetaling -> zal 10% lager zijn dan eerdere toeslagrechten Verschuiving geld van West naar Oost Provisie landbouwcrisissen Verhoogde steun voor jonge boeren Meer geld voor plattelandsbeleid -> bedragen zulllen naar elkaar toegroeien
Betaling jonge landbouwers -> jonge landbouwer: geboren op of na 1/1/1975 -> 90 betalingsrechten per jaar en dit max. 5 jr.
Vergroeningspremie Bijkomende betaling van 50% Voorwaarden: Gewasdiversificatie Behoud blijvend grasland Ecologisch AandachtsGebied Best voldoen aan de eisen
Gewasdiversificatie “ BOUWLAND “ Tss. 10 – 30 ha Bouwland: Is areaal waar subsidies op gelden Verminderd met Blijvend grasland Blijvende teelten Tss. 10 – 30 ha Bouwland: 2 teeltgroepen (gewassen) Hoofdteelt: max. 75% > 30 ha Bouwland: 3 gewassen Hoofd- en 2de teelt: max. 95%
Gewassen ingedeeld in teeltgroepen Hoofdteelt = teelt op 31/05 aanwezig (zie volledig lijst op www.ruraalnetwerk.be) teeltgroep gewas mais kuilmais, korrelmais bieten voederbieten, suikerbieten wintertarwe zomertarwe gerst Zomergerst & brouwgerst wintergerst haver Winter - en zomerhaver triticale aardappelen Alle aardappelen, ook pootgoed grassen Grassen, graszoden mengsels gras & vlinderbloemigen: gras-klaver, gras-luzerne, luzerne Eenjarige en meerjarige luzerne cichoreiachtingen Cichorei en witloof koolachtigen Broccoli,bloemkool, spruitkool, rode kool, witte kool, . lookachtingen Ajuinen, prei, sjalotten, bieslook
Voorbeeld: bedrijf van 60 ha - gewasdiversificatie
Blijvend grasland Indien percelen laatste 5 jr -> code gras dan vanaf 2015 code “ blijvend grasland “ Daling Blijvend grasland mag maximaal 5% zijn. Indien meer dan kome n restricties op het scheuren van grasland
Gewascodes en code BG vanaf 2015 Alle percelen die de voorbije 5 opeenvolgende jaren werden aangegeven met een teeltcode voor gras zullen een BG code krijgen. teeltcode tot 2014 BG en Gewascode vanaf 2015 Blijvend grasland 61 60 Tijdelijk grasland 62 Festulolium 638 Éénjarig grasklaver 701 700 Meerjarig grasklaver 702 Mengsels gras + vlinderbloemigen (Andere dan grasklaver) 745 Luzerne - gras - 660 Weiland met bomen (> 50 bomen/ha) 9823 Grassen in natuurbeheer 9824 wordt gesplitst 9828, 9829
Ecologisch AandachtsGebied (EAG) Indien > 15 ha Bouwland -> 5% vergroenen Hoe? Groenbedekkers/Vanggewassen ( 0,3 factor ) Stikstofbindende gewassen ( 0,7 factor ) Diverse: bufferstroken, grachten, beken, poelen…
EAG: omzettings- en wegingsfactoren omzettingsfactor EAG groenbedekkers 0,3 - 1 ha = 0,3 ha stikstofbindende gewassen 0,7 1 ha = 0,7 ha Braak 1 1 ha = 1 ha Agroforestry/ beboste gebieden 1m = 1 m² korte omloophout bufferstroken 1,5 6 1 m = 9 m² KLE (bomen, akkerranden, poelen) 1m= 1,5 m² KLE ( houtkanten, grachten) 2 3 (grachten) Subsiduabele stroken langs bosranden 1,5 (geen productie) 1m = 9m² 0,3 (wel productie) 1m = 1,8 m²
Groenbedekkers en vanggewassen Minimum zaaidichtheid (kg/ha) Gele mosterd 10 kg/ha Mosterd Sarepta 10 kg/ha Bladrammenas 12 kg/ha zwaardherik 6 kg/ha phacelia 8 kg/ha Engels, Italiaans, hybrideraaigras, Westerwords 30 kg/ha Festulolium Japanse haver 40 kg/ha soedangras Witte en rode klaver 10 kg/ha Alexandrijnse klaver 25 kg/ha Andere klaver 15 kg/ha Snijrogge 100 kg/ha Wikken 90 kg/ha Veldbonen 120 kg/ha bladkool bladraap 3 kg/ha lupinen 150 kg/ha tagetes zomerhaver
Groenbedekkers/vanggewassen Moet steeds een mengsel zijn van minstens 2 gewassen die voorkomen op de lijst. (vb. bladrammenas en gele mosterd) In het mengsel: minstens 50% van de aangegeven minimale zaaidichtheid vb. gele mosterd (10 kg/ha) min. 5 kg/ha bladrammenas (12 kg/ha) 6 kg/ha evt. aangevuld met andere groenbedekker uit de lijst. Inzaai onder hoofdgewas (dekvrucht) is toegelaten Groenbedekkers (ook de grassen) mogen niet geoogst, gemaaid of begraasd worden!!
Stikstofbindende gewassen hoofdteelt Mogen geoogst Als EAG – geen premie meer van 450 euro Zaai: vóór 31 mei Aanhouden tot 15/2 Uitzondering: Erwten/bonen: oogst vanaf 1 juli daarna groenbedekker of mengsel snijrogge-Italiaans
Andere mogelijkheden in kader van EAG (deel I) Bufferstroken: - op of aangrenzend aan een akkerareaal (langs zijde parallel aan waterloop) - geen landbouwproductie toegelaten - min 5 m breed (langs waterlopen min 2m) - moet bedekt zijn (mag ingezaaid worden) - begrazen of maaien is toegelaten - geen meststoffen (wel uitscheiding dieren) of fyto (pleksgewijze akkerdistel) Beboste gebieden: bebost in kader van plattelandsontwikkelingsprogramma. Korte omloophout: zwarte els, boswilg, schietwilg, katwilg, kladder olm, gladde olm, hazelaar, zwarte populier, gewone esdoorn, gewone es. maximale oplooptijd 8 jaar/ geen meststoffen en Fyto Agro Forestry: subsidiabele bouwlandarealen die agroforestrysteun (hebben) ontvangen in kader van pijler II (PDPO). Inschrijving tot 19 dec 2014 Subsidiabele stroken langs bosranden
Aanvullende voorwaarden Tot 15/8: uitsluitend maaien Daarna mag ook begrazen Vlinderbloemige moet dominant aanwezig blijven Doorzaai is toegestaan Herinzaai: toegestaan mits toestemming Gras/klavermengsels tellen NIET mee in EAG
Voorbeeld EAG Bedrijf: 100 ha VA: 60 ha grasland en 40 ha bouwland Hoeveel EAG: 40 ha x 5% = 2 ha Hoe? Type areaal wegingsfactor omzettingsfactor Opp. EAG bufferstrook 400 m 1,5 6 0,36 ha groenbemesters 4 ha 0,3 - 1,2 ha Voedererwten 0,75 ha 0,7 0,5 ha 2,06 ha = OK
Voorbeeld EAG: Melkveebedrijf met zo veel mogelijk mais 2014: 80 ha waarvan 60 ha mais 2015 ?? Totale oppervlakte 80 ha Blijvend grasland (> 5 jaar) 10 ha P Tijdelijk grasland (≤ 5 jaar) 13 ha maïs 60 ha 52 ha Vlinderbloemige (N-fix) 5 ha 5ha x 0,7= 3,5 ha bouwland 70 ha Teeltplan 2014 1° gewas: hoofdgewas maïs 60 ha 85,7 % (60 ha/70 ha) 2° gewas: tijdelijk gras 10 ha 14,3 % (10 ha/70 ha) Teeltplan 2015: bouwland > 30 ha minstens 3 gewassen en verplicht 5% EAG = 3,5 ha (5% van 70 ha) EAG: 3,5 ha maar owv wegingsfactor 0,7 komt dit reëel overeen met 5 ha EAG GD 1° gewas: hoofdgewas maïs 52 ha 74,3 % (52,5 ha/70ha) < 75% 2° gewas: tijdelijk grasland 13 ha 18,6 % (14,5 ha/70 ha) < 95% 3° gewas: luzerne 5 ha 7,1 % (5 ha/70 ha) (3,5 ha x factor 0,7 = 5 ha)