1 BUE Middenkader 2004 Een eerste verkenning van de resultaten
2 Een overzicht 1. Algemene situering 2. Totale responsgraad 3. Betrouwbaarheden van de competenties 4. Evaluatie per competentie 5. Evaluatie per indicator 6. Competenties volgens positie 7. Competentie volgens geslacht 8. Evaluatie over de BUE-bevraging 9. Open commentaren
3 1. Algemene situering Wie heeft welke vragenlijst ingevuld ? Aantal ingevulde vragenlijsten Vragenlijst AVragenlijst B Afdelingshoofd Operationeel leidinggevende 0387 A1-Diensthoofd 88147
4 1. Algemene situering -Twee vragenlijsten (A & B) geven analoge resultaten -Om met vorige BUE’s te kunnen vergelijken: verdere bespreking van vragenlijst A Vragenlijst AVragenlijst B Resultaatgerichtheid 3,653,75 Teamleiderschap 3,66 Communicatie 3,433,44 Overtuigingskracht 3,683,79 Samenwerking buiten team 3,57/ Richting geven 3,723,66
5 2. Totale responsgraad
6
7 Andere vaststellingen: –Entiteiten met veel buitendiensten hebben laagste respons –Kleinere entiteiten hebben hoogste respons (uitz.: OND) –Verband tussen responsgraad feedbackgevers en competentiescores/evaluatievragen: niet aan te tonen 2. Totale responsgraad
8 3. Betrouwbaarheden van competenties Vragenlijsten A & B hebben dezelfde kwaliteit
9 4. Evaluatie per competentie
10 4. Evaluatie per competentie -Antwoordprofiel per competentie: * Ongeveer 50 % van de feedbackgevers en de leidinggevenden geven hun chef/zichzelf een gemiddelde score tussen 3 en 4 *Ongeveer 35 % geven hun chef/zichzelf een gemiddelde score hoger dan 4 * Ongeveer 15 % geeft hun chef/zichzelf een gemiddelde score lager dan 3 * Een verwaarloosbaar kleine groep antwoordde ‘weet niet’
11 4. Evaluatie per competentie
12 Afdelingshoofden in MVG en VOI worden ongeveer even hoog door hun feedbackgevers geëvalueerd 90 % van afdelingshoofden van MVG en alle afdelingshoofden in VOI met gemiddelde evaluatiescore boven 3 10 % van afdelingshoofden in MVG met gemiddelde evaluatiescore onder 3 4. Evaluatie per competentie
13 4. Evaluatie per competentie
14 5. Evaluatie per indicator - Antwoordprofiel per indicator: * De grote meerderheid van leidinggevenden en feedbackgevers geven score van 3 of 4 * Kleinere groep geeft score 1, 2 of 5 * Zeer kleine groep feedbackgevers ‘weet niet’ - Twee indicatoren wijken af van dit profiel:
15 5. Evaluatie per indicator
16 5. Evaluatie per indicator
17 6. Competenties volgens positie - Vergelijking: Afdelingshoofden schatten zichzelf hoger in voor communicatie dan feedbackgevers Feedbackgevers schatten de afdelings- hoofden hoger in voor overtuigingskracht dan het afdelingshoofd zelf
18 6. Competenties volgens positie
19 6. Competenties volgens positie
20 7. Competenties volgens geslacht -Volgens geslacht van afdelingshoofd: Vrouwelijke afdelingshoofden worden door hun feedbackgevers hoger gescoord voor ‘samenwerking buiten mijn team’ dan mannelijke afdelingshoofden (zoals vorig jaar). - Volgens geslacht van feedbackgevers: Mannelijke feedbackgevers schrijven meer teamleiderschap, communicatie en richting geven aan afdelingshoofden toe dan vrouwelijke feedbackgevers.
21 7. Competenties volgens geslacht
22 8. Evaluatie over de BUE-bevraging Afdelingshoofden vinden de BUE-bevraging meer zinvol dan de feedbackgevers Afdelingshoofden zijn meer geneigd om BUE tweejaarlijks te organiseren, feedbackgevers eerder niet tweejaarlijks.
23 8. Evaluatie over de BUE-bevraging
24 8. Evaluatie over de BUE-bevraging
25 8. Evaluatie over de BUE-bevraging 0
26 8. Evaluatie over de BUE-bevraging Geen verband aan te tonen met responsgraad
27 90 % van afdelings hoofden: ok Opvolging volstaat 10 % van afdelingshoofden: problematisch Verdere begeleiding nodig Conclusie