Samen God eren leren van de tabernakel

Gemeentebrede Bijbelstudie Drie avonden: Exodus Hebreeën ( + leesrooster 40 dagentijd) Openbaring Rode draad: Samen God eren – leren van de tabernakel

De Tabernakel is het waard om te bestuderen! Uniek “bouwwerk”: De architect is God zelf Gedetailleerd ontwerp nog altijd wijdverspreid Een tent: God gaat met ons mee De Tabernakel is het waard om te bestuderen!

Exodus Indeling H 1-18 uittocht en 1e deel woestijntocht H 19-24 sluiting van het verbond H 24 Mozes de berg op H 25-31 ontwerp van de Tabernakel H 32-34 het gouden kalf H 35-39 bouw van de Tabernakel H 40 inwijding

Onderdelen van de Tabernakel Omheining De voorhof (achter de poort) De grote tent: Het Heilige (achter het gordijn) Het Heilige der Heiligen (achter het voorhansel) Diverse voorwerpen in de Tabernakel

Ex. 27:1-8 / Lev. 6:8-13 Hoe vaak brandde het vuur op het brandofferaltaar? Wat zou de betekenis daarvan kunnen zijn?

Ex. 30:17-21 Wie gebruikten het wasvat? Wanneer en waarom?

Ex. 25:31-40 / Lev. 24:1-4 Wie leverden de olie voor de kandelaar Ex. 25:31-40 / Lev. 24:1-4 Wie leverden de olie voor de kandelaar? Hoe vaak brandde de kandelaar?

Ex. 25:23-30 / Lev. 24:5-9 Tafel met broden: aan wie werden de broden getoond? Wat zou de bedoeling daarvan zijn geweest?

Ex. 30:1-10 / Ex. 30:34-38 Hoe vaak werd het reukwerk geofferd Ex. 30:1-10 / Ex. 30:34-38 Hoe vaak werd het reukwerk geofferd? Mocht je zulk reukwerk ook voor je zelf maken?

Ex. 25:10-22 Waarvoor diende de ark?

Groepsopdracht Elke groep krijgt eenzelfde stapeltje kaartjes Elk kaartje gaat over een voorwerp: foto + bijbeltekst + vragen Verdeel de kaartjes binnen de groep Lees zelf de bijbelteksten door Zoek zelf het antwoord op jouw vragen Deel je bevindingen met de groep

Ex. 27:1-8 / Lev. 6:8-13 Hoe vaak brandde het vuur op het brandofferaltaar? Altijd (dag en nacht) Wat zou de betekenis daarvan kunnen zijn? Er is voortdurend verzoening nodig

Ex. 30:17-21 Wie gebruikten het wasvat? De priesters Wanneer en waarom? Altijd als ze dienst doen, zodat ze niet sterven!

Ex. 25:31-40 / Lev. 24:1-4 Wie leverden de olie voor de kandelaar? De Israelieten; het ‘gewone’ volk Hoe vaak brandde de kandelaar? Altijd, elke morgen bijgevuld door de priester

Ex. 25:23-30 / Lev. 24:5-9 Tafel met broden: aan wie werden de broden getoond? Aan God (niet aan het volk) Wat zou de bedoeling daarvan zijn geweest? Namens de 12 stammen dank tonen voor het manna

Ex. 30:1-10 / Ex. 30:34-38 Hoe vaak werd het reukwerk geofferd? Dagelijks: elke morgen weer Mocht je zulk reukwerk ook voor je zelf maken? Nee! Het recept was heilig, gereserveerd voor God

Ex. 25:10-22 Waarvoor diende de ark? Het was de troon van God, hier landde de rookkolom hier sprak God, hier lagen de twee stenen tafelen.