Historisch overzicht paragraaf 6.2 Wereld wordt kleiner

1957 Europese Economische Gemeenschap (EEG) 6 landen: Nederland, België, Duitsland, Luxemburg, Frankrijk en Italië. De landen werken samen op het gebied van handel en industrie. In 1993: Europese Unie Tegenwoordig 27 landen lid.

Jaar Land Aantal landen 1957 België,Frankrijk, Italië, Luxemburg, Nederland en West-Duitsland (oprichtende lidstaten) 6 1973 Denemarken (inclusief Groenland), Ierland en Verenigd Koninkrijk treden binnen de EU 9 1981 Griekenland 10 1985 Groenland verlaat de EU 1986 Portugal en Spanje 12 1990 Oost-Duitsland wordt met West-Duitsland tot Duitsland herenigd en wordt zo lid van de EU 1995 Finland, Oostenrijk en Zweden 15 2004 Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië 25 2007 Bulgarije en Roemenië 27

Belangrijke organisaties binnen de EU:

Europese commissie Doet wetsvoorstellen, Controleert de lidstaten Voert internationale onderhandelingen.

Europese Commissie

Europees Parlement: Controleert de Europese Commissie. Ze kunnen veranderingen aanbrengen in de plannen van de Commissie. Ze beslissen over toelating van nieuwe lidstaten. Om de 5 jaar verkiezingen, inwoners van de lidstaten kiezen dan hun eigen Europarlementariërs. (Totaal 732 mensen)

Europees Parlement

Raad van Ministers: Alle lidstaten zitten hierin. De raad beslist over voorstellen van de Commissie. Elk EU-land stuurt 1 minister. Bv. Gaat het over landbouw, dan gaat de minister van landbouw daar naartoe. Grote landen hebben meer stemmen.

Hof van Justitie Het Hof van Justitie bestaat uit 27 rechters (uit ieder land 1) Houdt zich bezig met het toezicht op het naleven van de EU-wetgeving door de lidstaten. Spreken recht bij problemen tussen de lidstaten, instellingen van de EU en burgers over de uitleg van EU-rechtsregels.

Europese vlag De vlag van de Europese Unie is sinds 1986 een blauwe vlag met twaalf gele sterren. De sterren staan niet voor twaalf landen. Deze twaalf sterren in de Europese vlag komt van het getal 12. Al eeuwenlang is dit het cijfer van bij elkaar passen (dat noemen we harmonie) en evenwicht.

Europese grondwet De EU moet meer macht hebben om problemen op te lossen: milieu, criminaliteit, etc. 2004: voorstel 2005: Franse en Nederlandse bevolking stemmen tegen in referendum. 2007: nieuw akkoord Nu moet elk land het apart ook nog goedkeuren.

Globalisering In de hele wereld is meer handel en meer transport van goederen. Contacten zijn makkelijker: fax, telefoon, computer. De wereld is kleiner geworden. De betere samenwerking in de wereldeconomie noemen we globalisering Stromen van goederen, informatie, geld en mensen zijn niet meer gebonden aan grenzen.

Internet belangrijk: Geld overmaken naar Amerika computerspelletje spelen met iemand in China Vergaderen met iemand in Australië enz

Globalisering: Multinationals: Shell, McDonalds, Microsoft In allerlei landen hebben ze vestigingen Bedrijf vestigen waar productiekosten het laagst zijn. Meestal lagere lonen Kan alleen in kapitalisme. Binnen communisme zou de staat dat bepalen.

Globalisering Nodig: betere afspraken: Milieu, handel Armoede Klimaat veranderd Bevolkingsgroei Voorstander: meer welvaart Tegenstander: uitbuiting, bedrijven krijgen teveel macht. Schade voor milieu.

Tegenstanders

Einde