Overleg stuurgroep Huisartsen – ZOL 13 februari 2007 Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg “Chronische Lage Rugpijn” Jan Van Zundert Anesthesie/Multidisciplinair Pijncentrum
vincent
Classificatie van lagerugpijn en sciatica “Specifieke” lage rugpijn (5-10%) b.v.: spondylolisthesis, discitis, tumor, ziekte van Bechterew, ... (discusherniatie?) “Aspecifieke” oorzaken van lage rugpijn (>90 %) “sub”diagnose ? Spitzer et al. Report on Quebec Task force on low back pain Spine 12 (1987) S1-S59
Besluiten Noodzaak in België aan meer systematische gegevens verzameling omtrent: diagnoses en behandelingen van lage rugpijn alsook de impact op de arbeidssituatie Nood aan multidisciplinaire aanpak van lagerugpijn Pijnvermindering zo mogelijk Patiënt helpen aanvaarden van restpijn: coping Maximale functionaliteit aanmoedigen: revalidatie Nood aan een nationale richtlijn omtrent diagnose en behandeling van aspecifieke chronische lage rugpijn
UCL : dienst Fysische Geneeskunde en Revalidatie, ZOL : Multidisciplinair Pijncentrum ULg : dienst Arbeidsgeneeskunde in samenwerking met SSMG, Cebam, Intego, Intermedicale, Fonds van arbeidsongevallen en een brede expertgroep
Deel I (UCL) Evaluatie en behandeling van chronische lage rugpijn: een Evidence Based Medicine literatuurreview Deel II (ZOL) Hoe worden patiënten met chronische lage rugpijn geëvalueerd en behandeld in België (2004) Deel III (ULG) Chronische lage rugpijn en arbeidsgeneeskunde in België
Persbericht Federaal Kenniscentrum voor de gezondheidszorg (KCE) (17-01-2007) Chronische lage rugpijn: rust roest Lichaamsoefeningen en een snelle hervatting van de dagelijkse activiteiten zijn vaak de beste manier om van lage rugpijn af te geraken. Dat is de belangrijkste conclusie van een recente studie van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE). In het rapport waarschuwt het KCE voor nutteloze behandelingen en onderstreept het de cruciale rol van de arbeids –en verzekeringsgeneesheer.
Deel II Analyse ivm. diagnosestelling en behandeling bij chronische lage rugpijnpatiënten in België Evaluatie van de validiteit van de beschikbare databronnen - Intego (eerstelijnsgezondheidszorg) - MKG (in ziekenhuizen – klassiek en daghospitalisatie – tweedelijndsgezondheidszorg - RIZIV-nomenclatuur (eerste- en tweedelijnsgezondheidszorg) - Socialistische mutualiteit (longitudinale studie bij specifieke patiëntenpopulatie
Eerstelijn Lage rugpijn was de reden voor bezoek aan de huisarts bij 5% van de patientenpopulatie Lage rugpijnpatiënten hebben een hoog medicatieverbruik - hogere medische consumptie dan niet-lage rugpijnpatiënten - hogere chirurgie-incidentie en hoger percentage van FBSS (Failed Back Surgery Syndrome)
Tweedelijn 40 000 klassieke ziekenhuisverblijven en 46 000 daghospitalisaties. Meest frequente diagnose: discushernia Hoogste kost is gerelateerd aan medische beeldvorming en chirurgie. Codes voor fysiotherapie en revalidatie niet specifiek voor rugpijn. Direct medische kosten: 81 – 167 miljoen euro. Globale kost (direct + indirect): 270 miljoen tot 1.6 biljoen euro
De volledige tekst van de studie is beschikbaar op de website van het KCE: www.kenniscentrum.fgov.be (rubriek publicaties) onder de referentie KCE Reports vol. 48A.
Voor het ZOL hebben ook dokter Dieter Peuskens, dienst Neurochirurgie, Dr. Jozef de Bie, dienst Liaisonpsychiatrie, dokter Jan Vandevenne, dienst Medische Beeldvorming en dokter Pascal Vanelderen, dienst Anesthesie/MPC hierin geparticipeerd.
Wetenschappelijke Raad 24-05-2007 Evidence based medicine richtlijnen omtrent diagnostiek en behandeling van lage rugpijn. Welke zijn de chirurgische en interventionele behandelingsmogelijkheden?