Annelie Tuinman, Holger Mitterer & Anne Cutler

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het deelwoord ‘t kofschip / soft ketchup
Advertisements

Zijn Indonesiërs ongevoelig voor contrastaccenten onder het woordniveau? Vincent J. van Heuven Vera Faust Leiden University Centre for Linguistics.
Werkwoordspelling Volg de weg!.
Uitleg lijdend voorwerp (lv)
Disco les 25 Uitleg grammatica.
Spaans voor beginners 6 7 Online Spaans leren via de beproefde SuperMemo-methode. U gaat in uw eigen tempo door de cursus, maar wordt wel zeer.
Maandag 10 maart 2008 Luisterexperiment. 2 Inhoud Onderzoeksvraag – Researchquestion Feedback vorige week – Feedback last week Opzet luisterexperiment.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
STAPPENPLAN GRAMMATICUS.
Duidelijk schrijven voor iedereen
Onderwerp Vraagstelling Theorie Methodiek verslaglegging
Werkwoordspelling Hoe ging het ook alweer?.
“ ” “Wat de geestelijke gaven betreft, broeders, ik wil niet dat gij daaromtrent in onkunde verkeert.” 1 Cor 12:1.
Discourse Analysis 2011 PROCESSING. PRONOUNS 3 Inleiding > Age differences in Adults’ Use of Referring Expressions. Petra Hendriks, Christina Englert,
Taal en cognitie: Optimaliteitstheorie Henriëtte de Swart.
KOMMAGEBRUIK.
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 2.
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 6.
H2 Grammatica zinsdelen
24 juni 2003Johnson en Morrill in Israel Een studie naar de Johnson Morrill Hypothese in relatie tot de Hebreeuwse taal; implementatie van bewijsnetten.
Opdracht 2. premisse: het Nederlandse over in contexten waarin het vertaald wordt door about is een instantiatie van de focus-of- attention sense incorrecte.
Taalverandering op syntactisch niveau Hoofdstuk 7 “Caught in a web”
Taalontwikkelingsstoornissen ten gevolge van doofheid
Individuele- en groepsbehandeling.  1. Bevraging  Vragenlijst invullen ( niet anoniem)  Doelgroep zijn adolescente vrouwen  Nederlandse vrouwen tussen.
A perceptual interference account of acquisition difficulties for non-native phonemes Paul Iverson, Patricia K. Kuhl, Reiko Akahane- Yamada, Eugen Diesch,
Subtypes Dyslexie & het Engelse schrijfsysteem Joyce Haisma.
Van spellend lezen naar directe woordherkenning
Thema 1 Het landje is van ons.
1 19 dec Rijnsburg 19 dec Rijnsburg. 2 Hebreeën 8 1 De hoofdzaak VAN ONS ONDERWERP is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is.
Marcus Marcus En toen Hij weder uit het gebied van Tyrus vertrokken was En Jezus ging vandaar en trok Zich terug naar de omgeving.
De FFT spectrumanalyzer
Inkomen les 7 27 t/m 37.
College Schrijfvaardigheid
HSR Human speech recognition / Speech processing.
Kennis - Intelligentie
Christus als profeet. De profeet: de stem van God God wil het liefst met ieder persoonlijk spreken. In Israël (na de zondeval) is voorzien in personen.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Maandag 18 februari 2008 Definitief Onderzoeksvoorstel.
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
In opdracht van NOC*NSF
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
2. Grammatica en spelling
QUIZ hoofdstuk 1.
Woordenschat Groep 5 Thema 4, les 3
Hoofdstuk 3: De Tweede Wereldoorlog
30 juni 2013 Zoetermeer 1. 2 Handelingen 14:27 27 En daar aangekomen, riepen zij de gemeente bijeen en gaven verslag van al wat God met hen gedaan had,
2. Grammatica en spelling
Je gaat een spreekbeurt maken
De Invloed van Populaire leeftijdgenoten op de Bereidheid van Adolescenten om Alcohol te Drinken: Een Experimentele Chat Room Studie Hanneke Teunissen,
Dit is een test. Een tweede dia biedt mogelijk uitkomst.
Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek I Bijeenkomst 2 kwartaal 2.
VIAVINCI PRIMO Opleiding Taalexpert 1 Keuzemodule Nederlands als tweede taal 11 november 2015.
De verwerving van de verleden tijd door Nederlandstalige kinderen De invloed van het taalaanbod en semantische predisposities Margot Rozendaal Scriptiepresentatie.
Werkwoordsvormen, voorzetsels en voegwoorden
Problemen in de interactie en communicatie bij kinderen met een aan autisme verwante stoornis. M. Serra & R.B. Minderaa.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Luisteren als basis voor taalleren. Apps als leermiddel Margreet Verboog Conferentie BVNT2 21 mei 2016.
Tangconstructies ‘Tangconstructie: grote afstand tussen delen die eigenlijk bij elkaar horen. Hierdoor wordt de zin minder goed leesbaar. ‘ De meest gemaakte.
DUITSE TAALQUIZ Aangeboden door de Actiegroep Duits ter gelegenheid van de Europese Dag van de Talen 2016.
Spelling & Dyslexie 2 week
Regelmatige werkwoorden
TOON DEZE SLIDE: INLEIDING
Werkwoorden Hele werkwoord: wij-vorm tegenwoordige tijd Stam: ik-vorm tegenwoordige tijd Persoonsvorm: Belangrijkste werkwoord in de zin.
Direct Grammaticales 1 22/07/2018 Direct Grammaticales 1.
Direct Grammaticales 1 30/07/2018 Direct Grammaticales 1.
Thema 6 : Vreemde talen leren
Methodiek Observeren.
Hoe herkennen mensen klanken?
Drie vormen van gedrag:
Hoofdstuk 5 Taalverzorging
Transcript van de presentatie:

Perceptie van gereduceerde woorden: Een uitdaging voor de tweetalige luisteraar? Annelie Tuinman, Holger Mitterer & Anne Cutler Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek, Nijmegen

Luisteren naar een tweede taal Opvallend moeilijk door: onbekende fonemen, b.v. Engelse /r-l/ contrast voor Japanse luisteraars Niet eerder onderzocht… invloed van variabiliteit in continue spraak op luisteren naar T2, b.v. assimilatie, epenthese en consonantreductie, zoals het wegvallen van /t/ in ‘Postbank’

Maar wat als… … een reductieproces in de T2 ook voorkomt in de moedertaal (T1)? Dan is het (mogelijk) niet problematisch voor T2 luisteraars Gekeken naar de waarneming door Duits-Nederlandse tweetaligen van /t/-reductie op het woordeinde (een reductiefenomeen dat ook in het Duits voorkomt)

De test case: /t/-reductie Eerder onderzoek laat zien dat Nederlandse luisteraars verschillende factoren gebruiken om te compenseren voor /t/-reductie subfonemische cues segmentale context (/n/ vs. /s/) en higher-level constraints, zoals lexicale identiteit Mitterer & Ernestus, in press, JPhon

De test case: /t/-reductie (2) Onderzoeksvragen: Compenseren T2 luisteraars ook voor /t/-reductie? Gebruiken T2 luisteraars dezelfde cues & constraints bij het interpreteren van continue spraak als moedertaal luisteraars? Of vertrouwen ze sterker op syntactische en lexicale constraints?

Twee perceptie-experimenten In 2 experimenten gaven Duits-Nederlandse tweetaligen & moedertaalsprekers aan of targetwoorden eindigden op /t/ Vijf realisaties van /t/ (van compleet geproduceerd tot volledig weggevallen) 2 contexten na /n/, /t/-reductie ongebruikelijk na /s/, /t/-reductie komt vaak voor Higher-level constraints Experiment 1: syntactische constraints voor de aanwezigheid of afwezigheid van /t/ Experiment 2: lexicaliteits constraints voor de aanwezigheid of afwezigheid van /t/

Experiment 1: syntactische constraints Targetwoorden waren werkwoorden (b.v. ren, bloos) Stam eindigde op /n/ of /s/ /t/ is morfemisch: ren = 1ste persoon enkv. tegenwoordige tijd ‘ik ren’ rent = 3de persoon enkv. tt ‘zij rent’ Grammatica van de zin (beginnend met ik of zij) voorspelde of het targetwoord al dan niet moest eindigen op een /t/ Taak: eindigt de werkwoordsvorm op een /t/?

Nederlands s & ‘zij’ s & ‘ik’ n & ‘zij’ n & ‘ik’ Duits

Experiment 2: lexicaliteits constraints Targetwoorden waren: /n/ /s/ Woord met /t/ charman[t] orkes[t] Woord zonder /t/ kanon[t] moeras[t] Morast

Nederlands s & lexicale /t/ Duits s & geen lexicale /t/ n & geen lexicale /t/ Duits

Perceptie experimenten: conclusie T2 luisteraars gebruiken segmentale context en subfonemische cues op een soortgelijke manier als T1 luisteraars Bekendheid met een reductie-proces door de aanwezigheid in T1 maakt het minder problematisch dan het anders had kunnen zijn bij het luisteren naar een T2 T2 luisteraars gaven echter vaker aan een /t/ te horen op het einde van werkwoorden dan voor de lexicale vormen (waar /t/ deel van het woord is en geen los morfeem)

Nieuwe vraag te beantwoorden… Waarom gaven T2 luisteraars meer /t/-antwoorden (dan de T1 luisteraars), maar alleen bij de werkwoorden? Hebben het Nederlands en Duits mogelijk verschillende /t/-reductiepatronen voor werkwoorden en lexicale vormen?

Twee productie experimenten Moedertaalsprekers van Nederlands en Duits spraken zinnen uit in hun moedertaal Experiment 3: /t/-reductie in werkwoorden Experiment 4: /t/-reductie in lexicale vormen In beide experimenten werd /t/ voorafgegaan door /n/ of /s/ Nederlandse en Duitse zinnen werden zo gelijk mogelijk gehouden, met name wat betreft de klanken van het targetwoord

Experiment 3: werkwoorden Zinsgeneratietaak Stam van cruciale werkwoord eindigde op /n/ of /s/ Stimulus: Respons: “Maarten woont bij de bushalte” (‘Martin wohnt bei der Bushaltestelle’)

Experiment 4: proper names Blending taak Stimulus: Respons: “Bij de groenteboer in Klestveen koop ik appels” (Beim Gemüsehändler in Klestfehn kaufe ich Äpfel’)

Experiment 3 en 4: Resultaten Analyse van 640 responses (4 sprekers van elke taal x 80 items) werkwoorden Voorafgaande context moedertaal % /t/ reductie /n/ Nederlands Duits 33 37 /s/ 61 29 totaal 47 lexicale vormen (plaatsnamen) Voorafgaande context moedertaal % /t/ reductie /n/ Nederlands Duits 2 15 /s/ 17 44 totaal 10 29

Discussie Nederlandse sprekers reduceerden de morfemische /t/ aan einde van werkwoorden vaker dan Duitse sprekers (47% vs. 33%) Duitse sprekers reduceerden lexicale /t/ vaker in eigennamen dan Nederlandse sprekers (29% vs. 10%)

Conclusie Duits-Nederlandse tweetaligen lijken te hebben geleerd dat morphemische /t/ vaker wordt gereduceerd in Nederlands dan in Duits Als gevolg overcompenseren Duitsers voor /t/-reductie in Nederlandse werkwoorden tijdens perceptie Voor lexicale vormen, reduceerden Nederlanders /t/ niet vaker dan Duitsers, dus is het voor Duits-Nederlandse tweetaligen niet nodig om perceptie aan te passen

/t/ niet gereduceerd /t/ niet gereduceerd /t/ gereduceerd

Vijf targetcodas