1 Bedrijven zouden geen gegevensbanken mogen aanleggen.
2 Voor een betere samenleving, zijn we bereid onze privacy op te geven.
3 Als ik op het internet surf, blijven mijn acties anoniem.
4 Mijn en mijn paswoorden zijn onmogelijk te onderscheppen.
5 Software en muziek kopiëren mag. De bedrijven moeten er maar voor zorgen dat ze hun producten beter beveiligen.
6 Er is niets mis met het kopiëren van software of muziek om er veel geld mee te verdienen.
7 Hackers doen hun werk goed. Ze zorgen ervoor dat alles beter wordt beveiligd.
8 Op het internet zou alles moeten kunnen. Censuur is er uit den boze!
9 Met een virusscanner ben ik immuun voor virussen.
10 Wat arbeid betreft, is ICT een zegen.
11 ICT zorgt ervoor dat we ons werk efficiënter verrichten en dat de resultaten beter zijn.
12 ICT heeft een invloed op onze fysieke en mentale gezondheid.
13 ICT maakt ons sociaal leven kapot.
14 De computer zorgt ervoor dat het geheugen van de mens verslechterd.
15 Alles op het internet is waarheid.
16 Wie niets van ICT kent of de middelen er niet toe heeft, valt in deze samenleving uit de boot.
17 Computers zijn intelligenter dan mensen.
18 Er zal een dag komen dat computers intelligenter worden dan mensen.
19 De mens wordt bedreigd door een kunstmatige mens.
20 Deze les was zinvol. Het is goed dat we nadenken over de ethische kant van ICT.