61. De kandidaten kunnen uitleggen wat wordt bedoeld met vrije wil als “bewuste aansturing” en daarbij tevens een onderscheid maken tussen elektrische.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Nog 68 lesdagen…. nog 68 lesdagen… Tjeerd van de Laar Sander Voerman.
Advertisements

KWALITEITSZORG november 2012

Het Cartesiaans Theater
Natuur- weten-schappen
Individuele besluitvorming
De wetmatigheid (elektromagneet) van de geest van het leven in Christus Jezus maakt je vrij van de wetmatigheid van zonde en dood.
Welke keuzemogelijkheden zijn er m.b.t. pensionering? Vele medewerkers kiezen er niet voor om met 62 jaar met pensioen te gaan, maar overwegen een eerdere.
Extra ondersteuning voor leesvaardigheid
MMNM 2011 Marketingcommunicatie.
Iets zeggen over hoe wij de laatste drie jaar een obsessieve dwang hebben ontwikkeld om na te denken over vrije wil.
Libertarisme Sartre Quantum mechanica Kant.
Libet.
Erik J.A. Scherder.
Begrip A Een handeling uit vrije wil is een handeling waarvoor je moreel verantwoordelijk bent. Als je niet uit vrije wil handelt, dan ben je ook niet.
Principes Mor.Ver: Morele Verantwoordelijkheid  Vrije Wil (geen VW  geen MV) PAM: Vrije wil  Alternatieve Mogelijkheden (geen AM  geen VW) DET:
Pastoraal op school.
Principes Contrapositie: p  q niet q  niet p
Hoofdstuk 13 Vrij kapitaalverkeer.
Redelijkheid en lichamelijkheid Marc Slors. Wat ik wil gaan beweren.....
Zakelijk lezen Nederlands.
Introduction History Models Philosophy Conclusion
KRACHT Elke uitwendige oorzaak die de vorm van een lichaam kan wijzigen wordt kracht genoemd. Symbool: F Eenheid: [ F ] = N Meten van een kracht: dynamometer.
Presentatie vergelijkingen oplossen Deel 3
Geest, brein en cognitie Filosofie van de geest en Grondslagen van de cognitiewetenschap Fred Keijzer.
Mind-bodytherapie Mirjam Vervaeke
ZIJN ONOMATOPEE __________________________________________.
Woningfinanciering een inleiding
Descartes en de interactie van lichaam en geest.
2e invalshoek: vrije wil als zelfverwerkelijking
Conditioneel Compatibilisme
Vrije wil… Vrije wil als voorwaarde voor verantwoordelijkheid
Nog 63 lesdagen… 1.Vrije wil is een noodzakelijke voorwaarde voor (morele) verantwoordelijkheid verantwoordelijk  vrije wil geen vrije wil  niet.
Inleiding Filosofie en Ethiek Vierde Bijeenkomst: De tweede wetenschappelijke revolutie (2) Dinsdag 28 september 2004.
… als voorwaarde voor verantwoordelijkheid (hoofdstuk 2)
Wie ben ik en zo ja hoeveel?
Deel anders, mijn organisatie
In opdracht van NOC*NSF
De vrije wil als filosofisch probleem
De doorbraak van de volkstaal Nieuwnederlands in de zestiende eeuw < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger, Het verhaal van het Nederlands.
Argumentatiestructuren
 Doel Sociaal-economische Raad: * 2016: arbeidsdeelname jarigen = 20% * Arbeidsparticipatie van 55 tot 65-jarigen.
“Ja, maar dat is gewoon mijn mening!”
Nieuwland,Schiedam Visuals wijkbranding. Wat is jouw favoriete plek in de regio?Wat betekent die plek voor jou en welke waarden vertegenwoordigt die plek.
Samenvatting Havo 5.
Lezen Nu Nederlands.
Vorige week: Paragraaf 8.1 DEZE WEEK: Een na laatste les voor de toets! Volgende week herhaling van alle stof. Daarom nu zoveel mogelijk oefenen met de.
Onderzoekend Vermogen
Samenvatting Hoofdstuk
Wetenschappelijke Revolutie, Verlichting en Franse Revolutie
Week 2 : Ontwikkelingspsychologie, Liesbeth van Beemen:
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 1
Opvoeding en ontwikkeling van het jonge kind
Waarom zou ik geloven? Een uitnodiging om na te denken over je geloof Philip Nunn - De Bron Deel #1: 1 nov 2105 Deel #2: 22 nov 2105.
Boedhisme: Het Leven van Sidartha Gautama De Dharma: De Leer.
Nederlands Vrijdag 11 maart 2VA.
Talentgebieden – Interesses –Leervoorkeuren
Een tijdlijn maken met ICT
Cursus Leesvaardigheid
Wat de sabbat ons te zeggen heeft (Inleiding) Zondag 38
LES 15 – HET GEHOOR BLOKBOEK NATUUR 7.
De WEtenscHappelijke revolutie
Informatieavond Geschiedenis in de bovenbouw
Leren van leerlingen en de opbouw van een les
teksten Een tekst vormt een samenhangend geheel
Gedragsproblemen en stoornissen
Grenzen en identiteit: Rusland
H7 Materie §2 Het deeltjesmodel
H7 Materie §2 Het deeltjesmodel
Transcript van de presentatie:

61. De kandidaten kunnen uitleggen wat wordt bedoeld met vrije wil als “bewuste aansturing” en daarbij tevens een onderscheid maken tussen elektrische impulsen in de hersenen en de persoonlijke ervaring.

62. De kandidaten kunnen het verband aangeven tussen de problematiek van de vrije wil als bewuste aansturing en het lichaam-geest probleem.

63. De kandidaten kunnen uitleggen wat de gevolgen waren van de omslag van het teleologische wereldbeeld naar het mechanistische wereldbeeld voor het denken over de verhouding lichaam - geest.

64. De kandidaten kunnen aangeven wat het substantiedualisme van René Descartes inhoudt en beargumenteren waarom deze theorie leidt tot het interactieprobleem van geest en lichaam. Bovendien kunnen zij uitleggen waarom dit dualisme in de hedendaagse maatschappij soms nog voorkomt.

65. De kandidaten kunnen argumenten noemen waarom een mechanistische visie op de menselijke geest problematisch is.

66. De kandidaten kunnen uitleggen waarom de hedendaagse natuurwetenschap de natuur als een causaal gesloten domein is gaan beschouwen en waarom causale geslotenheid geen ruimte biedt voor bovennatuurlijke oorzaken.

67. De kandidaten kunnen de argumentatie reconstrueren dat de vrije wil een bovennatuurlijke kracht is die het vermogen heeft om het lichaam in beweging te krijgen.

68. De kandidaten kunnen redenen geven waarom het idee van bovennatuurlijke krachten voor veel mensen aantrekkelijk is.

69. De kandidaten kunnen uitleggen waarom het principe van causale geslotenheid van het natuurkundig domein lijkt op het natuurwetmatig determinisme, maar niet hetzelfde is. Zij kunnen daarbij aangeven wat de gevolgen zijn van het principe van causale geslotenheid van het natuurkundige domein voor het substantiedualisme.

70. De kandidaten kunnen uitleggen wat het epifenomenalisme inhoudt en hierbij kritische kanttekeningen maken.

71. De kandidaten kunnen uitleggen wat substantiemonisme – en in het bijzonder de identiteitstheorie - inhoudt en daarbij kritische kanttekeningen maken.

Lees hoofdstuk 4 uit