TOTALE KOSTEN: Totale Constante Kosten = € 1000 Variabele kosten per eenheid = (1200 – 1000)/100 = € 2  TK = q.

Slides:

Advertisements

Verwante presentaties

Zelfstandig Leren Lezen

Advertisements

Break-even-analyse oftewel “quitte spelen”

Heterogene productie Stukproductie Bouw/diensten/maatwerk

14 februari 2014 Ondernemersplan - Financieel plan.

H 27: Kostprijs bij homogene productie.

EMZ2 H1 De functionele indeling

H1.3 prijsberekening detailhandel 23 november 2012

Markt en marktvormen.

H 22: Brutowinstopslagmethode

Brutowinstopslagmethode

Agenda  Les 15  wkn 14 2e  hs 2.6 winst & verlies

kosten break-even-analyse grafisch

gemiddeld & marginaal…

A5 Management & Organisatie

Lesplanning 3.2 blz Binnenkomst Intro Nakijken 3.1, klaar? Dan alvast 3.2 maken Uitleg 3.2 Gezamenlijk lezen blz Zelfstandig werken,

Exploitatiebegroting

Vandaag Nabespreking toets Crediteuren/debiteuren

6.2 Maak je winst? Wat is het verschil tussen omzet en afzet?

Hoeveelheidsaanpassing I

Hoeveelheidsaanpassing II

Stap 3; Constant of Variabel?

5.1 Hoeveel kost dat? Afzet is het aantal producten dat een bedrijf verkoopt. Vermenigvuldig je de afzet met de verkoopprijs (excl. btw) dan weet je wat.

Bedrijfseconomie H3 Omzet en marge Junior accountmanager.

Kosten en break-even Filiaalmanager

Hoe komt de verkoopprijs van een ijsje tot stand?

Break-even analyse Hoeveel moet ik minimaal produceren om geen verlies te maken?= p.

J. de Lange ECONOMIE HOE KUN JE DAT NOU MAKEN?. Winstberekening Belangrijk PROGRAMMA:

TO = P*Q TO = 8q TO = Totale opbrengst q = hoeveelheid 8 = de prijs qTO

Bepalen nettoverkoopprijs. Opbrengsten en kosten. Netto verkoopprijs is exclusief BTW !!! Euro’sprocenten Nettoverkoopprijs = Opbrengst (p*q) 100 Inkoop.

Rekenvaardigheid Procenten. Absoluut, relatief, cumulatief Absolute getallen: aantal stuks of eenheden Relatieve getallen: als deel van een groter geheel.

Rekenvaardigheid Procenten. Absoluut, relatief, cumulatief Absolute getallen: aantal stuks of eenheden Relatieve getallen: als deel van een groter geheel.

Hoofdstuk 2 De winstmarge

Hoofdstuk 11 De Break-Even Afzet (BEA). Wat kost internet ? Vroeger moest je internetkosten betalen per minuut. Dat ging via een vorm van bellen. Joep.

HOOFDSTUK 9. TO, GO EN MO Totale opbrengst (TO) = Het aantal verkochte producten (afzet) x prijs (excl. btw) Gemiddelde opbrengst (GO) = Totale opbrengst.

Toegepast rekenen HEO Algebra. Rekenen met letters Bedrijf rekent €20 voorrijkosten en € 50 per uur voor arbeid. Kosten bedragen: €20 + € 50 * aantal.

Pag 137 t/m 143. Waar gaan we het vandaag over hebben? samenvatten vorige week / toets Prijsberekening in de detailhandel Maar nu eerst …….. Een filmpje.

omzet, inkoopwaarde, bedrijfskosten en nettoresultaat

Hoofdstuk 2 De winstmarge VWO 3

Lesbrief Vervoer H2.

Havo 4 Lesbrief Vervoer.

Havo 4 Lesbrief Vervoer.

verwarring begrippen omzet of winst

Havo 4 Lesbrief Vervoer.

Hoofdstuk 11 De Break-Even Afzet (BEA) Les

Havo 4 Lesbrief Vervoer.

Vmbo 2 economie Goede producten?

HUISWERK: Boek M&O hoofdstuk 11, opgave (4 dus nog niet!)

Break-even-analyse oftewel “quitte spelen”

Economie Vraag & aanbod : winst voor hoeveelheidsaanpassers

Omzet en inkoopwaarde.

Havo 4 Lesbrief Vervoer.

De brutowinstmethode .

Welkom Havo/vwo 3..

Examenopgave Havo M&O opgave 3

Winstcoëfficiënt.

Huiswerk: Hoofdstuk 11 m&o boek, opgave 1 Oefenopgave 2 (stencil)

Welkom 8 mei 2018.

Break-Even Hoofdstuk 11 M&O.

Afzet = Aantal verkochte producten

PRODUCEREN OMZET, AFZET, WINST.

Hoofdstuk Break-evenpoint

Bedrijfseconomie H3 Break-even Junior accountmanager.

Hoofdstuk Omzet, kosten, winst

Financiering en inkoop

Afzet is hetzelfde als de verkochte hoeveelheid

Extra uitleg H4 Domein Markten

Hoofdstuk 6 Winkelresultaat

Rekenvaardigheid Winst en BTW.

Transcript van de presentatie:

TOTALE KOSTEN: Totale Constante Kosten = € 1000 Variabele kosten per eenheid = (1200 – 1000)/100 = € 2  TK = 1000 + 2q

TOTALE OPBRENGSTEN TO = afzet * verkoopprijs

Bij een afzet van 100 eenheden (q = 100) , is de totale opbrengst € 1200 TO = afzet * verkoopprijs => 1200 = 100 * p => p = 1200 / 100 = € 12

Vanaf welk punt maak je winst?

Vanaf welk punt maak je winst? TK = TO Break-Even Point 1000 + 2q = 12 * q => 2q = 12q – 1000 => -10q = - 1000 => q = 100

Opdracht 44 Winst als % van de verkoopprijs (voorbeeld 44 c) € % inkoopprijs € 4,20 70% (100 – 30) winst 30% (gegeven) verkoopprijs 100% (als winst % is van verkoopprijs, dan verkoopprijs stellen op 100%) Winst als % van de kostprijs (voorbeeld 44d) € % kostprijs € 18,20 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) winst 25% (gegeven) verkoopprijs 125% (optelsom)

Opdracht 44 Winst als % van de verkoopprijs (voorbeeld 44 c) € % inkoopprijs € 4,20 70% (100 – 30) winst € 1,80 30% (gegeven) verkoopprijs € 6,00 100% (als winst % is van verkoopprijs, dan verkoopprijs stellen op 100%) Winst als % van de kostprijs (voorbeeld 44d) € % kostprijs € 18,20 100% (als winst % is van kostprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) winst € 4,55 25% (gegeven) verkoopprijs € 22,75 125% (optelsom)

Brutowinstopslagmethode Nettowinstopslagmethode Bepaling van de verkoopprijs Inkoopprijs + Brutowinstopslag Verkoopprijs (excl. BTW) + opslag overige kosten Kostprijs + Nettowinstopslag

Opdracht 45 45 a. brutowinstopslag 65% van de inkoopwaarde 45 b. € % inkoopprijs € 15 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst 65% (gegeven) verkoopprijs 165% (optelsom) 45 b. € % inkoopprijs € 15 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst ? % (gevraagd) verkoopprijs € 20 100% + ?% (optelsom)

Opdracht 45 45 a. brutowinstopslag 65% van de inkoopwaarde 45 b. € % inkoopprijs € 15 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst € 9,75 65% (gegeven) verkoopprijs € 24,75 165% (optelsom) 45 b. € % inkoopprijs € 15 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst € 5 33 % (gevraagd) verkoopprijs € 20 100% + 33% (optelsom)

Opdracht 46 46 a. Winst als % van de inkoopwaarde € % inkoopprijs 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst 80% (gegeven) verkoopprijs € 100 180% (optelsom)

Opdracht 46 46 a. Winst als % van de inkoopwaarde € % inkoopprijs € 55,55 100% (als winst % is van inkoopprijs, dan inkoopprijs stellen op 100%) brutowinst € 44,44 80% (gegeven) verkoopprijs € 100 180% (optelsom)