Een methode om stoffen te scheiden

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Soorten bindingen Verschillende atomen trekken met een verschillende kracht aan de elektronen van de bindingen. Dit verschijnsel wordt electronegativiteit.
Advertisements

Extractie Extractie: Scheiding op basis van de oplosbaarheid van een component in twee niet-mengbare fasen Vaste stof/vloeistof Vloeistof/vloeistof Experimentele.
7. Scheiden van zuivere stoffen en mengsels
H12. Polariteit van stoffen
CHEMISCH EVENWICHT.
Risico-onderzoek Nouradine El Baz Afdeling Milieupolitie en bodem Methodologie voor verspreidingsrisico.
Paragraaf 3 van hoofdstuk 3:
Materie, energie en leven
Scheidingsmethoden Scheidingsmethodes worden toegepast om mengsels weer uit elkaar te halen ofwel om de stoffen weer te sorteren. Filtreren Indampen Destilleren.
verschil in electro-negativiteit (= ΔEN)
Scheikunde. Mengsels scheiden.
Principes en concepten E. Jooken
Zuivere stoffen en mengsels
Moleculen en atomen Hoofdstuk 7.
Stoffen en hun eigenschappen
Chromatografie Schrijven met ‘kleur’ Papier- & dunnelaagchromatografie
Van Everbroeck Kristiaan Smeets Koen Schoutens Koen Donné Kristof
Het dreigbriefje: welke stift?
3.5 Kloppen de alcoholpercentages op de verpakkingen?
Polariteit scheikundeblok.
ontleedbarestoffen (bestaan uit moleculen dus meerdere atoomsoorten)
Hoofdstuk 4 Moleculaire stoffen
mol molariteit percentage promillage ppm
percentage promillage ppm
Chemische reacties De mol.
2.6 Welke stoffen lossen op in water?
Verbindingen Klas 4.
Gaschromatografie en massaspectometrie
STOFFEN - SCHEIDINGSMETHODEN
Alcoholbepalingen Door: Roy Fremouw.
Stoffen en hun eigenschappen
Paragraaf 3.1.
Natuurkunde paragrafen 3.1 en 3.2
Ine Vansteenkiste EINDWERK
3T Nask2 3 Stoffen scheiden
4.5 Samenstelling van mengsels
Stoffen en deeltjes 4T Nask2 1.1 Wat zijn stoffen?
scheidingstechnieken
Methanol in gentamicinesulfaat. Antibioticum Methanol max. 1,0%
Zuivere stof Dezelfde bouwstenen, meestal moleculen
Basis- Scheikunde dus…
Overzicht scheidingsmethoden
Chemie van water Mevrouw Baeten.
Chemische bindingen Kelly van Helden.
Thema 2 Cellen § 2.4 Opname en afgifte van stoffen tussen cellen en het uit- of inwendig milieu.
Chemisch rekenen voor oplossingen
Verdunningen berekenen
Wet van Lambert en Beer.
Hoofdstuk 4 Transport in cellen
Koolwaterstoffen Alkanen Algemene formule CnH2n+2 Methaan CH4
1 Casus 2 Kleurstoffen in voeding Inleiding Wat is de functie: 1)Het product aantrekkelijker maken. 2)De oorspronkelijke kleur teruggeven.
Zwijsen College Test jezelf Pulsar Chemie Hfst 2.
HW voor deze les: mk opg. 8 t/m 11 (vorige les: 1 t/m 7)
1 Casus 1 Polycarbonaat Inleiding: Polycarbonaat is een enorm taai polymeer. Een plaat van 5cm dik is al kogelvrij. De eerste toepassing was in ruimtehelmen.
Scheiden van Mengsels N A S K I I klas 3.
PW6 week 3 les 1 swlom2b / swlov2a L. Fassotte HW voor deze les: afmaken hfd 4 opgave 7 + zelftest HW na deze les: lezen par t-m 14.5; maken 1-11.
HOOFDSTUK 1 STOFFEN.
Bepaling van ethanol in biologische monsters met behulp van statische headspace en gaschromatografie met vlamionisatie detector Jan De Rycke.
Hoofdstuk 4 Mengen en scheiden
INTRODUCTIECURSUS BOUWCHEMIE HOOFDSTUK 5: ORGANISCHE CHEMIE.
Bindingen Waterstof H : H Natriumchloride Na+ Cl- Na+ :Cl- Waterstofchloride δ + δ - H : Cl atoombinding ionbinding polaire atoombinding dipoolmolecuul.
scheidingstechnieken
Chromatografie Schrijven met ‘kleur’ Papier- & dunnelaagchromatografie
Week 1 Hoofdstuk 7.2.
Week 2 Hoofdstuk 7.2.
Zouten en water Tutor voor de vierde klassen
Vloeistofchromatografie
Zouten 6.4.
Hoofdstuk 3 Wat gaan we doen? Terugblik Doel van vandaag Nieuwe stof
Keuzedeel 0751 Verdieping Chromatografie
Transcript van de presentatie:

Een methode om stoffen te scheiden chromatografie Een methode om stoffen te scheiden

papierchromatografie Mobiel fase = loopvloeistof  beweegt = oplosmiddel o.a. water, alcohol Stationaire fase  beweegt niet = papier Vb de scheiding van kleurstoffen in viltstiften ≠ kleuren  ≠ chemische stoffen  ≠ adsorptie  ≠ oplosbaarheid in de loopvloeistof ( te maken met polariteit)

gaschromatografie Mobiele fase = draaggas stationaire fase =. Geeft interactie of 'tijdelijke' binding van het molecuul aan de stationaire fase waardoor deze vertraagd wordt kan apolair of polair zijn Apolaire kolom  apolaire stoffen hechten zich meer  langere retentietijd  Polaire stoffen lossen veel moeilijker op in de apolaire stationaire fase  stromen makkelijk verder met het draaggas.

retentietijd Retentietijd = tijd die stof erover doet om bij detector te komen Gemeten op maximumwaarde piek hoe groter moleculen van een stof  hoe langer is retentietijd. Een stof met zeer lichte moleculen en een verdelingscoëfficiënt van K = 0  kortst mogelijke retentietijd. = retentietijd van het draaggas = dode tijd tR,0 Afhankelijk van lengte kolom L en stromingssnelheid draaggas u De netto retentietijd t’R,A van een stof A is het verschil tussen de retentietijd en de dode tijd:

Kwalitatieve / kwantitatieve analyse? verschil tussen kwalitatieve en kwantitatieve analyse Verschillende stoffen hebben verschillende karakteristieke retentietijden. Aan deze retentietijden herkent men de aanwezigheid van de verschillende stoffen in het mengsel  kwalitatieve analyse formule voor de verdelingscoëfficiënt Welk gegeven uit het chromatogram gebruik je als je met een GC een kwalitatieve analyse uitvoert? En welk gegeven uit het chromatogram gebruik je in het geval van kwantitatieve analyse?

verdelingscoëficient component met een lage K zal zich naar verhouding meer in de mobiele fase bevinden dan in de stationaire fase apolaire stoffen bij een polaire kolom een lage K hebben

In sommige gevallen kan gelden Khexaan = Kethanol. kortste retentietijd zal hebben bij het gebruik van een apolaire kolom: a. hexaan of ethanol b. methanol of propanol c. ethanol of ethaanzuur In sommige gevallen kan gelden Khexaan = Kethanol.  niet te scheiden , Als polariteit en molecuulmassa gelijk zijn

Omstandigheden chromatografie Wanneer je twee dezelfde mengsels onder verschillende omstandigheden door een gaschromatograaf laat gaan kunnen de retentietijden erg verschillen. Welke omstandigheden?

de 100%-methode: Een mengsel van alkanen geeft een chromatogram met de volgende piekoppervlaktes: pentaan: 340 octaan: 270 decaan: 490 percentage pentaan: :

De externe standaard =standaardoplossing met een bekende concentratie van de stof die je wilt onderzoeken.  eerst injectie standaardoplossing in chromatograaf en daarna het mengsel dat je wilt onderzoeken. Als steeds dezelfde hoeveelheid injecteert,  is de verhouding van de piekoppervlaktes gelijk aan de verhouding van de concentraties. formule cx = onbekende concentratie van de te onderzoeken stof cs = bekende concentratie in de standaardoplossing Ox = piekoppervlakte van de onbekende concentratie van de te onderzoeken stof Os = piekoppervlakte van de bekende concentratie in de standaardoplossing