De theoretische cultuur (3a) Byzantium: van een pragmatische naar een ethische cultuur
Chronologie - Theoretische cultuur Grafische cultuur (50.000 jaar – heden) Magische cultuur (50.000 – 10.000 jaar) Totemistische cultuur (10.000 – 5.000 vJ) Religieuze cultuur (5.000 – 700 vJ) Theoretische cultuur (700 vJ – heden) Griekse oudheid (700 vJ – ) Romeinse oudheid (300 vJ - 300) Middeleeuwen Oost-Europa: het Byzantijnse rijk West-Europa: verschillende rijken
Chronologie – Byzantijnse rijk 330 – Constantijn sticht Nova Roma (Constantinopel) 381 – Christendom wordt uitgeroepen tot staatsgodsdienst 725 – Keizer Leo III vaardigt zijn eerste edict tegen de iconen uit (iconoclasme – 1e periode) – duurt tot 787 813 – Keizer Leo V vaardigt nieuwe wetten uit tegen de iconen (iconoclasme – 2e periode) – duurt tot 843 1453 - Constantinopel veroverd door Ottomaanse Sultan Mehmet II
Bewering Boehmer “Alhoewel duidelijk vast moet komen te staan dat de vroegchristelijke kerk geen enkele creatieve of vernieuwende bijdrage tot de Europese muziekcultuur heeft geleverd, dat zij het rad aanzienlijk teruggedraaid en het niveau der antieke muzikale tradities aanzienlijk heeft verlaagd, moet men toch uiterst voorzichtig zijn om hierachter een kwade opzet, een reactionair complot of wat dan ook te zoeken.”
De ‘eis van originaliteit’ is anachronistisch Grieken: Representatie van de werkelijkheid Steeds nieuwe representatievormen (originaliteit) Romeinen: Representatie van ideologische waarden Statische representatievormen ontleend aan de Grieken (herkenbaarheid) Byzantijnen: Nieuwe vorm van representatie
Aspecten van de Byzantijnse kunst 1. Nieuwe vorm van representatie Representatie van een hogere werkelijkheid Klein aantal vaste representatievormen (heiligheid) Deels overgenomen van de Grieken en Romeinen, deels nieuw Nauwelijks gelijkenis met de werkelijkheid (abstracte vormen) Gericht op het handelen (net als Romeinen) Maar: bij Romeinen bleef dit handelen concreet Bij de Byzantijnen wordt het handelen abstract (het gaat om de betekenis van het handelen)
Aspecten van de Byzantijnse kunst 2. Religieus wereldbeeld Drie belangrijke opvattingen Religieus dualisme: Twee werelden, een goddelijke en een aardse Menswording: God is mens geworden (Christus), waardoor de aardse wereld gered kon worden Doel van de mens ligt in de geestelijke wereld (‘De hemel is ons ware moederland’) Mystiek materialisme
Aspecten van de Byzantijnse kunst 3. Iconen (beeld en prototype) Iconen worden gebruikt als representatie van Christus en de heiligen Vooral lichamen, weinig achtergrond Lichaam stond symbool voor de ziel Afbeelding v/h lichaam zo abstract mogelijk De icoon werd als middel gezien om de geest van de mens op het eeuwige te richten
Iconen De heilige Mattheus Christus
De beeldenstrijd 1. Iconoclasme Wat is iconoclamse Motieven voor het iconoclasme Hoofdargument: ‘geen enkele afbeelding kan het wezen van God tot uitdrukking brengen’ Vormen van mimesis die wel mogelijk zijn: Het kruis De eucharistie Een deugdelijk leven en goed bestuur
De beeldenstrijd 2. Verzet tegen het iconoclasme Andere interpretatie van de menswording van Christus: Iconclasten zien de menswording als de overwinning van de geest op het vlees Iconodulen zien de menswording als een overwinning van het vlees op de zonde, het lijden en de dood Andere Bijbelse bronnen: Iconoclasten beroepen zich op het beeldverbod in Exodus (‘U mag geen gesneden beeld maken’) Iconodulen beroepen zich op Nieuw Testamentische bronnen die het beeldverbod ongedaan maken: Beeld van God, de onzichtbare is hij [Jezus], eerstgeborene van heel de schepping. (Kolossenzen 1: 15) Desondanks: iconodulen moeten voortdurend op hun hoede zijn niet te vervallen in: 1. magische verering (het aanbidden van een levend beeld) 2. afgodenverering (het aanbidden van een niet-levend beeld)