Klinische psychologie een onderzoek naar probleemgedrag van adolescenten
samenvatting vraag onderzoek: Zijn er verschillen in negativiteit tussen gezinnen met en zonder adolescent die probleemgedrag vertoont? steekproef: 120 problematische gezinnen 153 niet – problematische gezinnen meetinstrument: Social Relations Modelanalyse negativiteit meten met elk 2 kinderen
Inleiding:onderzoeken Anderson,Lytton & Romney (1986) gedrag kind is medebepalend voor de manier waarop opvoeders reageren Cox & Paley (1997) stelden de vraag of andere gezinsleden ook invloed uitoefen op het probleemgedrag van adolescenten Dishion & Patterson (2006) ouder – kindrelatie: bidirectionele processen Larsson,Viding,Rijsdijk (2007) antisociaal gedrag van kinderen lokt negatief gezag uit bij de ouders
Methodologische instrumenten Social Relations Model gebruikt in de sociale psychologie gezinsrelaties onderzoeken op individueel vlak en op groepsniveau ‘round robin design’: observaties gemeten voor elk gezinslid in relatie met elk ander gezinslid relationele construct opgebouwd uit 4 soorten statistische variantie: actoreffect,partnereffect, relatie – effect en gezins - effect
Huidige studie vorige onderzoeken onvolledig nieuw onderzoek opgestart te verwachten: negativiteit in gezinnen is kindgestuurd problematische adolescenten ervaren meer negativiteit in gezinsrelaties andere gezinsleden bestempelen de relatie met problematische adolescent negatief Huidige studie
methode adolescenten geselecteerd adhv: Teacher Report Form (TRF) Behavior Checklist (CBCL) Youth Self Report (YSR) gezinnen werden ad random geselecteerd gemiddelde leeftijd kind:13 jaar gebruikte schaal: NRI (Network of Relationship Inventory) bron: google images: behavior checklist
resultaten Bron: tijdschrift Kind en Adolescent, jaargang 31 (2010)
grafiek Bron : www.dekaai.org/images/Verslag%20De%20Kaai%200809.doc
Bespreking onderzoek overeenkomsten met: studie vijandige gezinsrelaties (Andreas & Watson,2009) studie van Slee (1996) verwachte resultaten kinderen met probleemgedrag worden meer als negatief beschouwd onverwachte resultaten broers/zussen van de adolescent met probleemgedrag vertonen minder negativiteit
conclusie gedrag adolescenten beïnvloedt de reactie van overige gezinsleden adolescenten dragen bij aan het beeld over negativiteit in gezinsrelaties gebruik SRM statistisch (vergelijken) verschillen toeschrijven aan interactie in ouder – kindrelatie