Oriëntatie op de geografie

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De communicatie na de brand bij Chemie-Pack Wouter Jong Nederlands Genootschap van Burgemeesters.
Advertisements

Blok 2 Grieken en Romeinen
Planning Korte terugblik paragraaf 1.3 [5 min]
Hoofdstuk 1A: Europeanen
Leefbaarheid & wonen en voorzieningen Anders organiseren in West Brabant.
Hoofdstuk 1 Aardrijkskunde, cultuur en maatschappij
Paragraaf 1 – Mondiale patronen: welvaart en welzijn
Gebruik van GMES Land Use Lille Métropole
Thema 3 Toerisme.
2 havo/vwo H3 steden, §2 1.
SYSTEEM AARDE VWO.
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: arm en rijk Paragraaf 6 t/m 8
AARDRIJKSKUNDE in het VLAAMSE S.O.
Begrippen par. 1 t/m 3 Global cities: diversiteit > integratie of segregatie Favela’s en ‘gated communities’ Megasteden > drie factoren verklaring groei.
Massatoerisme en ecotoerisme
2 Industrieregio’s binnen de VS
Hoofdstuk 1 van EGKS tot EU.
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 1: Graecia;
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 4: Griekenland,
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 1: De Romeinen en hun imperium.
Hoofdstuk 1 Genoeg voor iedereen?
Samenvatting: hoofdstuk 1
Hfst 1: de wereld; Het wereldbeeld
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: arm en rijk Paragraaf 6 t/m 8
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: bevolking Paragraaf 9 t/m 11
Hoofdstuk 3 Gebieden: Indonesië Paragraaf 1 t/m 6
Hoofdstuk 3 Zuidoost-Azië als ontwikkelingsgebied Paragraaf 1 t/m 5
Vergrijzing, ontgroening en bevolkingskrimp in Brabant
2 havo/vwo H3 steden, §2 1.
Hoofdstuk 1 Grenzen en identiteit Grenzen en identiteit
Hoofdstuk 3 Zuidoost-Azië als ontwikkelingsgebied Paragraaf 1 t/m 5
Hoofdstuk 2 Patronen op de wereldkaart: wereldbeeld Paragraaf 1 t/m 4
Globalisering.
België Bulgarije Cyprus Denemarken Duitsland Estland Finland Frankrijk
DuurzaamDoor Regionale netwerken en Duurzaamheidknooppunten Ad Bijma, programmacoördinator.
Centrum-periferie-model
Toerisme in Zuidoost Azië
Hoe werk je met een atlas?
Prestatiemeten Herald Immink 24 juni Prestatiemeten Herald Immink 24 juni 2014.
Hoofdstuk 1 De wereld, een mozaïek van regio’s
AMV Sociaal maatschappelijke dimensie
Hoofdstuk 3.
Stadsgeografie 2e bijeenkomst.
Aardrijkskunde voor de 2e fase VWO 5 en VWO 6. Samenvatting
Imperialisme en romaniseren
Oic 3.
Opvoedstijlen en interculturele communicatie
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
3/4 kgt 3 Grenzen en identiteit § 2 - 4
Cultuur in Europa.
‘Crosscutting concepts’ in de lerarenopleiding Harrie Eijkelhof Projectleider ECENT Freudenthal Instituut voor Didactiek van Wiskunde en Natuurwetenschappen.
Fusieschool in het midden van het dorp. Namens. NOORD & ZUID.
De Grote Bosatlas 54e editie
Ruimtelijke ordening Thuiskamer Egmond-Binnen Edwin de Waard.
Aardrijkskunde in de bovenbouw
Introductie Geografische werkwijzen
LIO-dag aardrijkskunde
Blok 2 Grieken en Romeinen
Cursus 1.2 Landschappen in Nederland Klas 2 KGT Lesweek 2
Globalisering en migratie
Topografie Landen van Europa.
Praktische opdracht: het bouwen van een website
Aardrijkskunde in Havo 4/5
Aardrijkskunde voor de 2e fase VWO 5 en VWO 6. Samenvatting
Grote Bosatlas (53e druk)
Grote Bosatlas (53e druk)
THEMA 3  Toerisme .
Blok 1 Landen rond de middellandse Zee
Grenzen en identiteit: Rusland
Aardrijkskunde 7.6 Relaties 7.5 Weer 7.4 Klimaat
Transcript van de presentatie:

Oriëntatie op de geografie Bijeenkomst 5 Terugblik kernconcept ruimte (o.a. kwantitatieve technieken Regio’s

Kernconcepten van de geografie Gebied/plaats (place) Ruimte (space)

Kernconcepten ruimte & samenhang

Welke instrumenten hebben geografen om spreidingspatronen van verschijnselen te beschrijven en de samenhangen te verklaren? Spreiding- en netwerkpatronen op kaarten Vaktaal (begrippen) Modellen Graviteitsmodel van Reilly Difussiepatronen Tijd-ruimte prisma’s van Hägerstrand Kwantitatieve technieken Clusteringsindex Locatiequotiënt Correlatie Systemen Theorieën

Clusteringsindex Element Dichtstbijzijnde element Afstand in cm 1 2 4 0,5 3 5 0,7 6 0,9 7 1,3 8 Totaal 7,8 cm

Clusteringsindex A = 7,8 /8 = 0,97 E = 8 0 = 5 x 5 = 25cm² C = 2 x 0,97 √8/25 = 1,1

Locatiequotiënt Aandeel beroepsbevolking werkzaam in de Dienstverlening (2001): Noord-Holland: 85% Noord-Brabant: 72% Nederland: 78% LQ Noord-Holland: 85/78 = 1,08 LQ Noord-Brabant: 72/78= 0,92

Correlatiegrafiek Zoek de fout.

Toepassing correlatiegrafiek: stadsgeografie (thema leefbaarheid)

Toepassing correlatiegrafiek: stadsgeografie (thema leefbaarheid)

Grafieken als middel voor het bereiken van doelen Kritisch kijken naar de manier waarop het geografisch instrumentarium bewust of onbewust wordt ingezet.

Welke instrumenten hebben geografen om spreidingspatronen van verschijnselen te beschrijven en de samenhangen te verklaren? Spreiding- en netwerkpatronen op kaarten Vaktaal (begrippen) Modellen Graviteitsmodel van Reilly Difussiepatronen Tijd-ruimte prisma’s van Hägerstrand Kwantitatieve technieken Clusteringsindex Locatiequotiënt Correlatie Systemen Theorieën

Regio’s en regionaliseren Knox & Marston, regional analysis, p. 31- 36

Doelen Toepassingen van het geografisch instrumentarium bij het beschrijven en verklaren kunnen herkennen, toepassen en kritisch beschouwen. De regio als gedachteconstructie aan de geografische zienswijze (= formeel object van de geografie) kunnen relateren. De drie typen regio’s kunnen omschrijven en in voorbeelden herkennen. Op basis van gegevens kunnen regionaliseren en regio’s onderverdelen in subregio’s Het samenwoningsmodel kunnen uitleggen en als functionele regio kunnen typeren.

Kernconcepten ruimte & samenhang

Kernconcepten van de geografie Gebied/plaats (place) Ruimte (space) Regio en regionaliseren

Opdracht In de media wordt het Middellandse Zeegebied vaak aangeduid als een regio. De vraag is echter waar de grenzen van deze regio liggen. Teken m.b.v. gegevens in de atlas de grenzen van het Middellandse Zeegebied. Indien toegang tot internet. Op welke wijze wordt het Middellandse Zeegebied op Wikipedia afgebakend? Welke criteria zijn gebruikt?

Het Middellandse Zeegebied Het Middellandse Zeegebied is het gebied rond de Middellandse Zee, omvattende Spanje, Gibraltar, het zuiden van Frankrijk, Monaco, Italië, Malta, San Marino, het Vaticaan, Slovenië, Kroatië, Montenegro, Albanië, Bosnië, Griekenland, Turkije, Cyprus, Syrië, Libanon, Israël, Palestina, Egypte, Libië, Tunesië, Algerije en Marokko. Portugal is geen mediterraan land, omdat het niet aan de Middellandse Zee ligt, maar wordt op grond van overeenkomstige eigenschappen met mediterrane landen wel vaak als zodanig beschouwd. De mediterrane landen hebben verschillende van de volgende kenmerken gemeen: De mediterrane provinciae van het Romeinse Rijk Semitische en Griekse wortels ooit onderdeel van het Imperium Romanum snijvlak van Europese en Arabische cultuur het mediterrane dieet: veel groente, vis en zeevruchten, weinig vlees; het gebruik van olijven, olijfolie, tomaten, amandelen droog klimaat

Regio’s Binnen de geografie worden regio’s gezien als gedachteconstructies geen bestaande gebieden Regionaliseren = geografisch classificeren/ groeperen In het politiek maatschappelijk handelen worden juridische regio’s gehanteerd (gemeente, provincie, etc. ) Het betreft hier statistische eenheden. Regio is ook de dagelijkse omgeving voor individuen (= Place)

Type regio’s Formele regio: een gebied dat wordt afgebakend op basis van een of meerdere gelijksoortige verschijnselen Functionele regio: een gebied op basis van interactie tussen verschijnselen. Indien sprake is van één centrum dan spreken we van een nodale regio. Perceptuele regio: een gebied dat is afgebakend op basis van perceptie. D e regio geeft de perceptie weer van het karakterestieke van een gebied.

Formele regio. In dit geval een uniforme regio, d. w. z Formele regio. In dit geval een uniforme regio, d.w.z. het gebied is afgebakend op basis van één verschijnsel (malaria). In alle delen van de regio komt het verschijnsel voor.

Formele regio

Formele regio (in literatuur soms zonale regio genoemd)

Regionaliseren Formele regio op basis van twee verschijnselen

Formele regio op basis van meerdere verschijnselen Denk aan afbakening van het Middellandse Zeegebied bij Wikipedia

Fig. 1.24 Knox & Marston, The Mormon culture region (Core): de zone met de grootste concentratie of homogeniteit van een verschijnsel of verschijnselen Domain: het gebied buiten de kern waar het verschijnsel nog geconcentreerd aanwezig is, maar minder dan in het centrum Sphere (periferie): de rand van regio. Het verschijnsel komt voor, maar niet geconcentreerd of homogeen. Vaak een overlapzone met een andere regio.

Functionele regio Afbakening op basis van interactie tussen verschijnselen Interactie kan plaatsvinden tussen verschillende min of meer gelijksoortige centra (bijv. steden) Interactie kan plaatsvinden van één herkenbaar centrum (= nodale regio)

Functionele regio

Nodale regio

Functionele regio’s, bijv. afbakening m.b.v. het garviteitsmodel

Voorbeelden regionaliseren van fysische of culturele verschijnselen Fysische verschijnselen Culturele verschijnselen Formele regio Klimaat Agrarisch grondgebruik Functionele regio Golfstroom Meer gebruikte term: systeem Voorzieningen

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Wat is geografie? Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand Orford Ness

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett) Orford Ness

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett) Orford Ness

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Regionaliseren Een dagje aan het strand (Peter Haggett)

Perceptuele regio’s Afbakening op basis van beelden en representatie

Regionale identiteit Joel Garreau (1981)The Nine Nations of North America

Het samenwoningsmodel Regionaalsysteem, toont de relaties / interactie in een gebied Analyse-instrument voor een gebied (verschillende schaalniveaus)

Het samenwoningsmodel (regionaal systeem)

Het samenwoningsmodel (regionaal systeem) Handelingsverbanden: - huishoudens - bedrijven - overige instellingen horizontale relaties: migratie, transport en communicatie intern en extern Artefactieel-morfologisch patroon = menselijke inrichtingselementen Fysiek milieu = menselijke en natuurlijke inrichtingselementen

Toepassing samenwoningsmodel

Doelen Toepassingen van het geografisch instrumentarium bij het beschrijven en verklaren kunnen herkennen, toepassen en kritisch beschouwen. De regio als gedachteconstructie aan de geografische zienswijze (= formeel object van de geografie) kunnen relateren. De drie typen regio’s kunnen omschrijven en in voorbeelden herkennen. Op basis van gegevens kunnen regionaliseren en regio’s onderverdelen in subregio’s Het samenwoningsmodel kunnen uitleggen en als functionele regio kunnen typeren.

Terugblik Vragen?

Volgende bijeenkomst Het samenwoningsmodel als regionaal systeem Regio’s als unieke gebieden Bestuderen: Knox & Marston p. 31 – 36 Toepassen samenwoningsmodel op Jamua, Uttar Pradesh