Sociolinguïstiek Bijeenkomst 2.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Kleurende steden. Uitgeverij Vanden Broele, Stationslaan Brugge - -
Advertisements

Een kijkje in de keuken van het academisch stemtolken
MOBIELE PORNO? NEE, IK DOE NIET MEE
Het onderdeel grammatica begint op blz. 206
Dialoogdag Ouderswerking Vlaams-Brabant
Keuzekompas voor meisjes en bèta/techniek Zelfbeeld, omgeving en kennis van bèta/technische opleidingen VHTO Cristien van Dijk Landelijk expertisebureau.
Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Taalverwantschap.
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Cansu - N`ketia - Rick - Tim -
Regionale variatie: Poldernederlands
Presentatie Interculturele Communicatie: theorie
Een lessenserie van drie lessen
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 4.
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 6.
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 3.
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 1 Programma
Taalkunde Grammatica A
Gemiste kansen Culturele diversiteit en de jeugdzorg
Media en creativiteit module 2 Identiteit Jaar 1.
Media en Creativiteit 6 - Identiteit Hogeschool – Media aan de Maas Jaar 2 – Periode 2 – Les 4 Ik, wij en de rest Jij in het grotere geheel.
Deel 2 Individu.
Gedrag in organisaties, 10e editie
Opvoeden van drukke kinderen
1. Levensbeschouwing en communicatie
SOCIALE COMPETENTIE Jacqueline Blaak-Venneman.
Persoonlijke en sociale vaardigheden van de commerciële professional
TEKST 13 SAMENWERKING IN HET ALGEMEEN
Let’s get started Marketing? Marketing!
Marginalisering van allochtone jongeren en risicofactoren in hun dagelijks leven L. Eldering & E.J. Knorth.
Sociolinguïstiek. Programma Presentatie 7 en 8 Hoofdstuk 7 en 8 Joop van der Horst.
PRESENTEREN KUN JE LEREN
Op maat werken aan taal Over de invoering van Muiswerk op de Emmausschool in Rotterdam Rob Royen, ICT-coördinator, leerkracht, taalwerkgroeplid.
Open de wereld themadag FODOK en JC
Inleiding
Communicatie en relatie
Hoogbegaafdheid van leerlingen in het primair onderwijs Ontwikkelingen en samenhangen met kenmerken van thuis, de groep en de school     Uitgegeven.
Algemene Sociologie PA – B1
Van de 16 de tot de 18 de eeuw Het standaardisatieproces.
Volksuniversiteit Zwolle
JONGEREN Pagina 24 t/m 50.
Stage: Basisschool de Klingerberg
Het dialect.
Persoonlijke en sociale vaardigheden van de commerciële professional
Groepsdynamica & Interactief communiceren
Week 3  Inleiding attitude interview  Oefenen met attitude interview a.d.h.v. de practicum-vragen.
Communicatie 2 – kw 2 Les 4.
Seksualiteit Het bespreekbaar maken van seksualiteit in het contact met de cliënt als onderdeel van de hulpverlening.
Opgroeien adolescent Les 2 schpa. Programma les Bespreken opdracht 1 Theorie behandelen Subgroepen sociologen.
PESTEN Ga naar afbeelding 1.. Over de slachtoffers van pesten Oorzaken pesten -Uiterlijk * Kleding *bril *haarkleur -Specifieke persoonlijkheids kenmerken.
De mogelijke standpunten Songs  Willem Vermandere ‘Bange blanke man’ Lied: (toegang )
Nederlands Vrijdag 11 maart 2VA.
1 van 22 Hoofdstuk 5 Geletterdheid: lezen. 2 van 22 Achtergrondkennis Kennis over lezen: o kennis van de wereld o kennis van de taal:  orthografische.
, Sociale veiligheid is cruciaal voor kinderen om te kunnen leren Evt. logo van de school.
Hoofdstuk 1 VP15 Begeleidingskunde Carin Hogenbirk Augustus 2015.
Hoofdstuk 2 Taalverwerving.
TAALONDER ZOEK 2.10 SOCIOLECTEN. WAT GAAN WE DEZE LES LEREN? 1.Wat groepstaal is. 2.Hoe sociale groepen zich onderscheiden via groepstaal. 3.Het belang.
Burgerschap – H. 1 Sociaal Maatschappelijke Dimensie – 1.5 Jij en ik zijn gelijk.
Hoe ga je om met de ATLAS Met behulp van deze presentatie leer je hoe je moet werken met de de Grote Bosatlas.
Taal- en Interactievaardigheden in de Kinderopvang
Maatschappelijk vraagstuk
Radicalisering onder jongeren
Sociaal Maatschappelijke Dimensie – 1.1 Jezelf zijn
§ 1.1 Identiteit Identiteit is het beeld dat iemand van zichzelf heeft, dat hij uitdraagt en anderen voorhoudt en dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwt.
Pragmatiek.
Consumenten-gedrag Het gezin
Hoofdstuk 3 & 4 Thema Jongeren.
Hoofdstuk 3 & 4 Thema Jongeren.
Havo lesboek deel 1 ~ Hoofdstuk 1
Transcript van de presentatie:

Sociolinguïstiek Bijeenkomst 2

Onderwerpen Presentatie Hoofdstuk 17 theorie en vragen

Taal en denken: Sapir/Whorf-hypothese Taal bepaalt het denken van de sprekers van die taal. Taal is een soort filter van de werkelijkheid. Daardoor beïnvloedt de taal het wereldbeeld van het individu. Sapir en Whorf achtten het structurele, grammaticale niveau van de taal belangrijker dan het lexicale. Indianen zien handeling als iets dat mensen overkomt. Grammatica: Jagen gebeurt met Witte Veder

Hoofdstuk 18 Taalvariatie Talen verschillen niet alleen van elkaar, maar ook binnen een taal zijn er verschillen: Taalvariatie. De studie van taalvariatie is een heel belangrijk onderdeel binnen de sociolinguïstiek: de bestudering van de relatie tussen taal en allerlei maatschappelijke factoren.

Vragen hoofdstuk 18 Wat is een taal? Wat is een dialect? Wat is een accent? Wat is een taal volgens het Europese Handvest?

Wat is een taal? Het Rotterdams? Het Fries? Het oordeel en het gedrag van de sprekers en de politieke situatie zijn van groot belang bij het vaststellen van talen. Twee gelijke talen kunnen als aparte talen worden gezien wegens religieuze achtergrondverschillen ( Hindi-India en Urdu-Pakistan).

Wat is dan een dialect? Regionale variaties in de taal. Dialecten zijn niet van de standaardtaal afgeleid. Ze hebben minder prestige dan de standaardtaal. Bredere variatie: welke varianten hoor je in heel Nederland?

Wat is een accent? Sommige vormen zijn van elkaar te onderscheiden door verschillen in uitspraak. Door de uitspraak van de klanken is iemands herkomst te achterhalen, niet op basis van grammaticale of lexicale kenmerken.Voorbeelden?

Wat is een taal? Europese criteria Welke zijn dat? Dialect moet eigen ontwikkeling hebben doorgemaakt. Moet voldoende verschillen van de standaardtaal. Moet maatschappelijk en cultureel door een voldoende brede groep gedragen worden.

Typen taalvariatie Fonologisch:Deluft, voorbeelden? Syntactisch: ze zullen het geven moeten, voorbeelden? Morfologisch: zij heb, voorbeelden? Lexicaal: spuwen, voorbeelden? Semantisch: kreuken, voorbeelden? Pragmatisch: doei, doei, voorbeelden? Variatie in de taalgemeenschap doet zich voornamelijk voor op fonologisch en lexicaal niveau.

Opdracht Luister goed naar de straattaal. Noteer de verschillen met het Nederlands voor verschillende aspecten: Klanken Woorden Vormen

Taalvariatie en de sociale factoren Regio: geografische distributie van taalvariatie (dialectbeschrijving=kenmerken opsporen van het dialect en de dialectgeografie=linguïstisch in kaart brengen) Sociaal economische klasse: sociolecten, verschillende sociale taalvariëteiten. Etnische groep: sprekers drukken hun verbondenheid met een bepaalde etnische groep uit in hun taalgebruik= etnische variëteit of etnolect. Sekse: uitspraakverschillen mannen en vrouwen, nieuwe woorden eerder door mannen, positie samenleving geeft doorslag. Leeftijd: vooral lexicale verschillen. Nieuwe modieuze woorden; ook op grammaticaal niveau.

Regio Zowel in gebarentaal als in gesproken taal. Hoe onderscheiden? Isoglossen: dialectverschilen worden op een kaart aangegeven.

Situatie en linguïstische context Sociale klasse Status De situationele factoren oefenen invloed uit op de keuze voor een variant van een linguïstische variabele. Voorbeelden? Onderwerp van gesprek (verhaal ruzie met politie) De toegesprokene is bekende, hoger geplaatst e.d. Aan de situatie wordt een stijl gekoppeld: informeel of formeel. Hoe formeler, hoe meer standaardvarianten gebruikt worden.

Zinsbouw, onderwerp, woordgebruik, intonatie: voetbalverslaglegging. Registers Taalgebruik dat bij een specifieke situatie en vaak ook bij een groep sprekers hoort. Registers worden gekenmerkt door een eigen terminologie, een eigen jargon. Zinsbouw, onderwerp, woordgebruik, intonatie: voetbalverslaglegging.

Slot-t in Leids stadsdialect: invloed van de voorafgaande consonant. Linguïstische factoren kunnen naast sociale en situationele factoren de realisering van de variabelen beïnvloeden. Slot-t in Leids stadsdialect: invloed van de voorafgaande consonant. Reductie na /p/ of /f/: hij koop, zijn hoof vaker dan bij /l/ of /n/: hij speel buiten. De linguïstische factoren betreffen de linguïstische context van een variabele.

Etnische groep Surinaams, Indisch Nederlands

Surinaams-Nederlands Sterke bilabiale /w/ Wij willen weten waar hij woont Frequent gebruik van het hulpwerkwoord gaan Ik ga naar Holland gaan Betekenisuitbreiding Gebruik van het woord duim voor grote teen Uitdrukkingen Wat zegt die klok? Zet die tv dicht, man!

Jongeren: autist, wreed, en… Ouderen: nostalgienet Leeftijd Jongeren: autist, wreed, en… Ouderen: nostalgienet

Poldernederlands

Sekse Kijk nu op blz. 321: Hoe verhoudt de uitleg in het boek zich tot hetgeen we nu weten over Poldernederlands?

Sociale betekenis, taalattitude en verborgen prestige De sociale waardering van verschillende taalvarianten. De varianten hebben dezelfde linguïstische betekenis. Er is verschil in sociale betekenis: hij heeft hij heb. Hypercorrectie Varianten uit de standardtaal hebben de hoogste status.

Taalattitude Houding tegenover taalvariëteiten. De taalattitude is gebaseerd op de sociale betekenis van taalvormen, die worden geassocieerd met een bepaalde sociale klasse of een sociale groep. Attitudes tegenover variëteiten van verschillende talen: Duits autoritair, Russisch droevig Verborgen prestige: niet-standaardvarianten. Uitdrukking van het eigene van een groep ‘wij tegen hen’.

Interessante links http://taalschrift.org/editie/92/laten-we-van-taal-genieten-plaats-van-erop-te-vitten#comment-2766 http://www.canvas.be/video_overzicht/99369 Marokkaans Nederlands http://www.nrc.nl/mijn-taal-en-ik /