Traagheid Een bewegend voorwerp wil z’n snelheid houden.
Traagheid Een stilstaand voorwerp wil stil blijven staan.
De bol bleef in dezelfde richting bewegen. bovenaanzicht Traagheid bovenaanzicht De bol bleef in dezelfde richting bewegen.
Traagheid Wet van de traagheid: Een voorwerp wil in z’n eigen bewegingstoestand blijven. Bewegingstoestand: Snelheid: voorwerp wil liefst dezelfde snelheid houden Stilstand: stilstaand voorwerp wil liefst stil blijven staan Richting: voorwerp wil liefst in dezelfde richting verder gaan
Bij een botsing beperk je de schade door de inwerking van de kracht: meer tijd te geven meer oppervlak te geven meer tijd: langere remweg, bijv. kreukelzone auto meer oppervlak: bijv. airbag, brede autogordels Voorbeeld: zachte binnenkant brommerhelm zorgt voor: groot contactoppervlak langere remweg (door indrukken materiaal)