Leer- en gedragskenmerken
Structuurzwakte veldafhankelijkheid Zwakte in structureren, organiseren, ordenen van de omgeving Leerling is niet in staat eigen gedrag en handelen te sturen Leerling is afhankelijk van zijn omgeving Gevolg voor gedrag?
Impulsiviteit Er sprake van een te korte nadenktijd Leerling beschikt niet over zelfsturings- en controlemechanismen Leerling beschikt niet over goede aanpak- oplossingsstrategieën Gevolg voor gedrag?
Afleidbaarheid / Concentratiezwakte Overgevoelige reactiebehoefte op interne en externe prikkels Leerling is a.h.w. overgeleverd aan relevante en niet-relevante informatie Afleidbaarheid beïnvloedt geheugenfunctie Gevolg voor gedrag?
Inflexibiliteit / rigiditeit Leerling probeert zijn omgeving te controleren Leerling heeft voorkeur voor bekende taken Laag werktempo Gevolg voor gedrag?
Perseveratie Specifieke vorm van inflexibiliteit / rigiditeit Leerling gaat door met bepaalde handelingen, zelfs als die niet meer adequaat zijn Gevolg voor gedrag?
Automatiseringszwakte Leerling is niet in staat om routines aan te leren of gebruik te maken van ingeslepen vaardigheden m.b.t. waarnemen, lezen, rekenen Traag tempo bij leer- en geheugentaken Gevolg voor gedrag?
Gebrek aan motivatie
Faalangst Leerling toont fysieke reacties Leerling heeft negatieve verwachtingen Leerling schrijft resultaten toe aan geluk of pech, en de moeilijkheidsgraad van de taak Gevolg voor gedrag?
Oppositioneel gedrag 3 Varianten: Vijandig-agressief Passief-agressief Opstandig
Vijandig-agressieve lln. Ze laten direct en intens vijandig gedrag zien Zijn moeilijk onder controle te houden Zij: Intimideren; Slaan, duwen en (zetten aan tot) vechten; Beschadigen eigendommen; Zijn opstandig / snel kwaad; Liegen Stelen
Passief-agressieve lln. Zijn opstandig en tonen weerstand, maar indirect. Moeilijk te zeggen of ze dit expres doen. Zij zijn: Subtiel oppositioneel en eigenwijs; Proberen de situatie naar hun hand te zetten; Gaan vaak over de grens t.a.v. regels; Verstoren de orde op slinkse wijze.
Opstandige leerlingen Hebben moeite met autoriteit en blijven de machtsstrijd voeren Zijn negatief Ze leggen de schuld van hun probleem bij anderen Ze willen hun zin hebben en niet te horen krijgen wat ze moeten doen