TENTAMEN: 29 januari 2003, 9.00 - 12.00u Tentamenstof Boek Collegestof (sheets & filmpjes) Tentamenvragen: mc + open vragen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Startbijeenkomst Leren Leren in een professionele oefencultuur
Advertisements

Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
Praten met kinderen over de wereld !
Tevredenheids onderzoek Door Lizanne Jespers HBO-V studente Maart 2014
Op zoek naar de ware Over de zoektocht naar een christelijke partner
Marketingstrategie: segmentatie en positionering
Veilig naar school een zorg voor ons allemaal
1 De invloed van de organisatie op het meldgedrag van managers en medewerkers: een kijkje in de keuken Muel Kaptein Transparency International, April 21,
Leer de namen van de noten 1
Wij hebben een woord -Het Woord- voor de wereld
De Drama Driehoek.
Op zoek naar de ware This material is freely provided to help you build your own Power Point presentation to meet the needs of your group. 1 Based on eBook:
Sociaal emotionele ontwikkeling en groepsgedrag
College 7 Afsluiting: oefenen met tentamenvragen.
Inkomen les 17 Begrippen & 81 t/ 84
FNV SAMEN IN BEWEGING VOOR KOOPKRACHT EN ECHTE BANEN! 30 NOVEMBER IN DE JAARBEURS, UTRECHT 1.
Samen bouwen aan zelfvertrouwen
Psychologie en energiebesparing
Kennis maken met Opbrengstgericht werken
Risico’s en gevaren van techniek
Communicatie en draagvlakontwikkeling intern
Groep 4, klas 1U De Zwijgspiraal.
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Loopbaangesprekken 11 december 2012.
Leer de namen van de noten 2
Persoonlijk worden.
Inhoud bijeenkomst 1 Doel- en vraagstelling Conceptueel model
H7: Cognitieve benaderingen
Verandering & Weerstand
Computerverslaving.
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Arousal, angst & stress Definities
Deze les wordt verzorgd door de Kansrekening en statistiekgroep Faculteit W&I TU/e.
Gedrag in organisaties, 9e editie
Hoofdstuk 17 De organisatiecultuur bepalen en veranderen
Perceptie en individuele besluitvorming
Hoofdstuk 18 Veranderingen in organisaties tot stand brengen
Hoofdstuk 7 Anderen motiveren
14-1 Copyright © 2005 Prentice-Hall Hoofdstuk 15 Een machtsbasis creëren Managementvaardigheden, 2/e editie door Phillip L. Hunsaker Copyright © 2005 Prentice-Hall.
Hoofdstuk 9 Het ontwerpen van functies
Werken aan Intergenerationele Samenwerking en Expertise.
Gedrag in organisaties Hoofdstuk II
Inkomen les 20 Begrippen & opgave 100 t/m Begrippen Collectieve lasten Geheel van belastingen en sociale premies.
De eerste presentatie voor Nederlands
Perceptie en individuele besluitvorming
Hoofdstuk 7 Motiveren van medewerkers
Conflicten en onderhandelingen
Gedrag in organisaties, 10e editie
De Fundamenten van Individueel Gedrag
Wanneer heb je een echt, levend, geloof?
Wetenschapsfilosofie Werkcollege 2. Programma Opzet: 1. Vragen over het afgelopen hoorcollege 2. Vragen over de leesstof (studieboek en essay Popper uit.
1 TEKST 6PRESTATIEMOTIVATIE EN FAALANGST VERBAND MET INTELLIGENTIE: WILLEN BENUTTEN VAN JE CAPACITEITEN, OP WELKE GEBIEDEN DAN OOK = AMBITIEUS GEDRAG,
TEKST 14 OMGAAN MET CONFLICT
Wat willen we vandaag doen?
ECHT ONGELOOFLIJK. Lees alle getallen. langzaam en rij voor rij
Kirti Zeijlmans MSc Rijksuniversiteit Groningen Voor meer informatie:
Communicatie als gedragsveranderaar, kan dat? Bijdrage Communicatiekring Arnhem 14 mei 2013 GERALD MORSSINKHOF.
Professioneel persoonlijkheidsprofiel
Doel onderzoek : ALGEMEEN : De kwaliteit van leven in de verschillende zorggroepen. Is er een verband tussen : veranderingen in fysieke, psychische en.
Lucas 15: 11 En Hij zeide: Iemand had twee zonen
Algemene Sociologie PA – B1
Voortijdig schoolverlaten
College 3; persoonlijkheid en zelfstandigheid. Programma  Persoonlijkheid  Zelfstandigheid.
Problemen in de interactie en communicatie bij kinderen met een aan autisme verwante stoornis. M. Serra & R.B. Minderaa.
Conflicten Hoofdstuk 28 VP15 Begeleidingskunde Carin Hogenbirk
Met STAR(R) meer zicht op competentieontwikkeling
Perceptie en individuele besluitvorming
Conflicten Hoofdstuk 28 VP15 Begeleidingskunde Carin Hogenbirk
Basics over communicatie
Transcript van de presentatie:

TENTAMEN: 29 januari 2003, u Tentamenstof Boek Collegestof (sheets & filmpjes) Tentamenvragen: mc + open vragen

Klaar voor de test???

VRAAG 1 In recente studies (zie Smidts, van Riel en Pruyn, 2000) is aangetoond dat identificatie van personeel met de organisatie een belangrijke oorzaak is voor succes van bedrijven. Zo’n conclusie duidt op: a.een case study b.een correlationeel onderzoek c.een experimenteel onderzoek d.zowel a, als b als c

In experimenteel onderzoek is een afhankelijke variabele een variabele die: a. gemeten wordt door de proefpersonen b. gemanipuleerd wordt door de onderzoeker c. gemeten wordt door de onderzoeker d. gemanipuleerd wordt door de proefpersonen VRAAG 2

VRAAG 3 De uitkomsten van het conformiteitsexperiment van Asch (1952), waarbij proefpersonen een lijnstuk (qua lengte) moesten vergelijken met drie andere lijnstukken leert ons iets over a.cognitieve ordening b.beloningsbenadrukking c.zowel cognitieve ordening als beloningsbenadrukking d.geheel andere motivatieprincipes dan cognitieve ordening als beloningsbenadrukking

Welk van onderstaande past het best in Daryl Bem’s zelf-perceptietheorie? a. mensen passen hun attitudes aan aan hun gedrag, om de negatieve arousal te verminderen en hun gedrag te rechtvaardigen b. mensen nemen hun eigen gedrag altijd waar op een zelf- beschermende en ‘self-serving’ manier c. mensen trekken conclusies over hun attitudes en gevoelens door hun eigen gedrag te observeren en attribueren d. mensen interpreteren hun eigen gedrag door te kijken naar de reacties van anderen op dit gedrag VRAAG 4

Onder het “overjustification effect” wordt verstaan: a. dat mensen de invloed van de situatie op het gedrag van anderen onderschatten b. dat als mensen worden betaald voor iets dat ze al leuk vonden om te doen, zij de activiteit minder leuk gaan vinden c. dat mensen het zichzelf extra moeilijk maken zodat je bij falen de omstandigheden de schuld kan geven d. dat iemand meer krijgt dan hij/zij verdient VRAAG 5

Je zus komt thuis met de mededeling dat zij gezakt is voor haar rij-examen. Je maakt je schuldig aan de fundamentele attributiefout door te concluderen dat: a. ze niet handig genoeg is om te leren autorijden b. ze pech heeft gehad c. ze een strenge examinator heeft gehad d. het tijdstip van het examen van invloed moet zijn geweest VRAAG 6

VRAAG 7 Je ziet een man lachen nadat hem een mop wordt verteld. Om vat te krijgen op de situatie stel je jezelf de volgende vraag: "lachen de andere mensen ook om de mop?". Volgens Kelley's attributietheorie probeer je met deze vraag inzicht te krijgen over: a.consensus b.distinctiviteit c.consistentie d.succes en falen

VRAAG 8 Kelley's attributietheorie stelt dat bij hoge distinctiviteit ____________ attributies worden gemaakt; bij hoge consensus worden ____________attributies gemaakt. a.interne, externe b.externe, interne c.interne, interne d.externe, externe

Perifere verwerking van (reclame) boodschappen heeft in vergelijking met centrale verwerking: a. een groter lange-termijn effect op attitudes b. een kleiner lange-termijn effect op attitudes c. een groter effect op de involvering van de ontvanger d. een groter effect op de sterkte van de argumenten VRAAG 9

Uit onderzoek van Hass (1981) is gebleken dat bij persuasieve communicatie de bron minstens even belangrijk is als de boodschap. Beïnvloeding blijkt het gemakkelijkst te gaan wanneer de bron a.geloofwaardig is, aantrekkelijk is, en sterk lijkt op de ontvanger b.deskundig is, onafhankelijk is, en weinig lijkt op de ontvanger c.sociaal aanzien heeft, succesvol is en veel macht heeft d.aardig, empathisch en eerlijk is VRAAG 10

Geef aan welke welk van onderstaande begrippen niet in het SEU-model thuishoort a.verwachting b.perceptie c.waardering d.alternatief VRAAG 11

Een kleine beloning heeft meer effect op attitude- verandering dan een grote, is een voorspelling welke gedaan wordt op grond van: a. de sociale leertheorie b. de cognitieve dissonantietheorie c. de social exchange- theorie d. de sociale vergelijkingstheorie VRAAG 12

Het Prisoner’s Dilemma is een typisch voorbeeld van a.een ‘mixed-motive game’ b.het feit dat eigenbelang en rechtvaardigheid vaak op gespannen voet met elkaar staan c.onwenselijk sociaal gedrag d.gebrek aan vertrouwen tussen opportunisten VRAAG 13

Volgens het billijkheidsprincipe… a.moet verdeling van de opbrengsten zoveel mogelijk machtsvrij plaatsvinden b.moeten de opbrengsten verdeeld worden op basis van de omvang van de bijdragen c.moet de verdeling van de opbrengsten zoveel mogelijk plaatsvinden op basis van gelijkheid van de betrokkenen d.moet de rijkste het meest betalen VRAAG 14

Bij een rolconflict is er een conflict a.tussen twee personen met verschillende rollen b.tussen twee personen met dezelfde rol c.tussen twee rollen van dezelfde persoon d.tussen twee personen over de definitie van een rol VRAAG 15

Volgens de sociale vergelijkingstheorie zijn mensen het meest geneigd zich te vergelijken met anderen die: a. populair zijn b. eenzaam zijn c. vriendelijk zijn d. vergelijkbaar zijn VRAAG 16

VRAAG 17 Milgram’s experiment, waarin elektrische schokken werden toegediend door leraren, liet zien dat veel van de mensen _________ zijn a.sadistisch b.opstandig c.seksistisch d.gehoorzaam

Drie muziekanten (een cellist, een pianist en een vioolspeler) voeren een muziekstuk op. Wat voor soort taak is dit? a.compensatorische taak b.additieve taak c.conjunctieve taak d.disjunctieve taak VRAAG 18

Wanneer er sprake is van social facilitation presteren mensen in de aanwezigheid van anderen ___________ op eenvoudige taken en _______________ op moeilijke, complexe taken a.beter; slechter b.slechter; beter c.beter; beter d.slechter; slechter VRAAG 19

Vrouwen die met een man naar een beangstigende griezelfilm gaan, blijken de man na afloop aantrekkelijker te vinden dan vrouwen die met een man naar een romantisch drama gaan. Volgens Schachter’s emotie-theorie kan dit worden verklaard door: a.de evolutionair verklaarbare behoefte aan bescher- ming in angstaanjagende situaties b.de sterke emotionele ‘arousal’ tijdens de griezelfilm c.het negatieve affect dat door het drama wordt opgeroepen d.het contrast tussen de romantiek in het drama en de werkelijkheid VRAAG 20

Volgens Fishbein en Ajzen (1981) bestaat een attitude uit a.overwegingen en kennis b.waarderingen en evaluaties c.kennis en beliefs d.overwegingen en waarderingen VRAAG 21

Succes bij het tentamen, Fijne vakantie en een héél gelukkig