Samen zorg dragen voor elkaar Brussel 29 september 2011 Verkleurde vergrijzing : toekomstperspectieven in de ouderenzorg Guido Cuyvers Samen zorg dragen voor elkaar Brussel 29 september 2011
Inhoud Het onderzoek van 2001 Nieuw onderzoek: stand van zaken De toekomst
1 Het onderzoek van 2001 De achtergrond van allochtone ouderen Migratiegeschiedenis Zorgdilemma Terugkeerdilemma Gemeenschappelijke kenmerken: lage sociale klasse Onbekendheid met diensten – toegankelijkheid Financiële drempels Gebrekkige kennis lichaam Typische problemen van allochtone ouderen Taal Cultuur, religie, voeding Belang van de groep Visie over hulpverlening
Toenmalige conclusies Moeilijkheden volgen uit hun lage sociale positie (zoals bij Vlamingen), daarom: integraal beleid vertalen van de aanpak in algemene maatregelen (niet in specifieke maatregelen – vb voeding die is afgestemd op de gewoonten van de ouderen) Ook problemen specifiek voor allochtonen (en niet enkel voor ouderen), daarom: integrale aanpak en categoriaal waar nodig Risico van dualisering
2 Nieuw onderzoek : stand van zaken De inzichten blijven overeind Vier domeinen in Kwaliteit van Leven Lichamelijk welbevinden en gezondheid Woon en leefomgeving Sociaal welbevinden participatie Mentaal welbevinden
2.1 Lichamelijk welbevinden en gezondheid Aspecten: uiterlijke verzorging en goede hygiëne plus cultuurgebonden elementen (douches, kroeshaar) – eten (gekoppeld aan religie en cultuur) Gelijkenissen: moeite met lichamelijke beperkingen en afhankelijkheid van anderen er netjes en verzorgd uit te zien de persoonlijke verzorging en hygiëne Verschillende gezondheidsbeleving Ifv migratiegeschiedenis: zwaar werk Heimwee, eenzaamheid Meer chronische aandoeningen (oiv leefstijlfactoren) lage mate van sociaal-culturele integratie meer: suikerziekte en hartaandoeningen dan met een hogere
2.2 Woon en leefomgeving Aspecten Veel overeenkomsten Woonsituatie, hygiëne, dagritme, ervaren veiligheid Veel overeenkomsten behoefte aan eigen, grote kamer en kans om mensen te ontvangen wens dat de huishoudelijke verzorging gebeurt zoals men dat gewend is wens om het eigen dagritme te kunnen bepalen nabijheid van goede buurtvoorzieningen en winkels belangrijk;
2.3 Participatie Aspecten Gemeenschappelijk Verschil sociale contacten en het ondernemen van activiteiten in gemeenschappelijk verband Gemeenschappelijk voor steun en gezelschap is contact met de kinderen; instrumentele en emotionele steun Verschil Voor allochtonen: rol van taal (bv voor contacten met hulpverleners)
2.4 Mentaal welbevinden Aspecten Problemen : eigen identiteit, ouder worden, zelfstandigheid en afhankelijkheid, belang van bestaanszekerheid, leren, aandacht van en geluk met de kinderen en overige familie, van betekenis zijn voor anderen, naar buiten gaan, omgaan met emoties, bejegening en religie Problemen : Gevoelens van eenzaamheid en verveling, onverwerkte gebeurtenissen uit het verleden, verbroken of verstoord contact met kinderen of heimwee maken de kwaliteit van leven minder Factoren die positief bijdragen hebben van bestaanszekerheid, aandacht van kinderen en familie of van betekenis zijn voor anderen Gemeenschappelijk ingrijpende gebeurtenissen, zoals overlijden van partner of kinderen, en eenzaamheid de kwaliteit van leven mede bepalen. blijven “leren
2.5 Besluiten Beschermende factoren Een bovenmodaal inkomen, deelname aan het arbeidsproces, een netwerk van sociale contacten, een redelijke tot goede taalbeheersing, een redelijke gezondheid en een actief sociaal leven bevorderend zijn voor een staat van wel-zijn en wel-bevinden Door sociale participatie sociale uitsluiting voorkomen. Verschillen tussen migrantengroepen onderling Er gebeurt veel door vele partijen maar geen continuïteit en samenhang Succesvolle voorbeelden: kenmerken Projecten, worden in samenwerking met andere partijen ontwikkeld en uitgevoerd De vraag komt vanuit de doelgroep en aanbod wordt niet van buitenaf opgelegd Activiteiten zijn kleinschalig
3 De toekomst Beleid Relationele praktijken Om diversiteit goed en realistisch aan bod te brengen is beleid nodig (zowel overheid als instellingen en organisaties) Vaardigheid om etnische diversiteit goed te hanteren komt ook de diversiteit binnen de Vlaamse ouderen goed te hanteren Toegankelijkheid van de organisaties en instellingen vergroten Relationele praktijken Informatie volstaat niet; goede zorg op maat start met goede dialoog met alle partners Cliënten moeten van bij begin weten wat ze kunnen verwachten Baseren op regels die gelden voor iedereen (vb voor iedere aangepaste voeding) Diversiteit door samenwerking van instellingen met integratiecentra en met de zelforganisaties en de eigen vertrouwenspersonen En er is een paradigmashift nodig !
Een nieuwe benadering Empowerment Ander soort van onderzoek nodig Tot nog toe: deficit model - hier staat de “waarderende benadering” tegenover Waarderend omgaan met allochtone ouderen: niet de focus op de problemen maar op de krachten. Kapitaal (psychologisch en sociaal) Ervaringskennis (vanuit een insiderperspectief) Ander soort van onderzoek nodig Empowerment Versterken van gevoel van controle (intrapersoonlijk), Kritisch bewustzijn in relaties (interpersoonlijk) en Stimuleren van participatie (gedrag). Voorwaarde: veerkracht
“No problem can be solved from the same level of consciousness that created it. We must learn to see the world anew.” Albert Einstein