ENDOPLASMATISCH RETICULUM p. 20
ER: TEM opnamen p. 20
ER: schematisch p. 20
Endoplasmatisch reticulum (ER) Uitgebreid membraanlabyrint ER membraan is de voortzetting van het buitenste kernmembraan Twee gebieden: ruwe ER (RER) met ribosomen gladde ER (SER) zonder ribosomen (intracellulaire transportfunctie)
RIBOSOMEN
Ribosomen Functie van ribosomen is synthese van eiwitten o.b.v. genetische code die wordt aangebracht door RNA (vanuit kern) Vrije ribosomen Ribosomen gebonden aan RER Structuur: 2 ongelijke subeenheden
Ribosoom: structuur
p. 21 COPLEX GOLGI_
Golgi-apparaat: TEM opname
p. 21
Golgi-apparaat: schematisch
Golgi-apparaat Bestaat uit een reeks afgeplatte membraanzakken, cisternen Functie: modificatie, concentratie en extracellulair transport van moleculen (eiwitten, hormonen) Aan de “cis”-zijde arriveren transportblaasjes van het ER In de cisternen worden de moleculen gemodificeerd De afgewerkte moleculen verlaten het Golgi-apparaat aan de “trans”-zijde in transportblaasjes.
LYSOSOOM p. 22
Lysosoom: TEM opname Lysosomen donker gekleurd met kleurstof die specifiek bindt aan verterings-enzymen
Lysosoom: TEM opname -2
Lysosomen Functies: Membraanzakken met verteringsenzymen Afgesplitst van het Golgi-apparaat. Functies: Hydrolyse van macromoleculen Fagocytose: vertering van voedsel in voedselvacuolen Autofagie: afbraak van defecte celorganellen Geprogrammeerde celdestructie
PEROX I SOOM p. 22
Peroxisoom Functies: Vacuole-achtig (blaasje) organel NIET afgesplitst van het Golgi-apparaat. Functies: - afbraakreacties - afbraak toxische stoffen - synthese van stoffen Komen o.a. veel voor in levercellen
Relaties in het endomembraansysteem exocytose
CHONDRIUM p. 22 MITO-
p. 21
Mitochondrium (SEM)
Mitochondrium (1) Mitochondria spelen een belangrijke rol in de celademhaling ze bezitten hiervoor ademhalingsenzymen. Elke eukaryote cel bezit mitochondria, soms zelfs duizenden Afmetingen: ca. 0,5 op 1,5 µm Een mitochondrium is omgeven door een dubbelmembraan
Mitochondrium (2) Buitenmembraan: glad oppervlak Binnenmembraan: sterk geplooid Cristae: plooien in het binnenmembraan Inter membraan ruimte: ruimte tussen beide membranen Mitochondriale matrix: ruimte omsloten door het binnenmembraan
Cellulaire ademhaling In de celademhaling wordt suiker geoxideerd tot CO2 en H2O Voor glucose ( C6H12O6 ) wordt dit: C6H12O6 + 6 O2 + 6 CO2 + 6 H2O + 38 ATP Cellulaire ademhaling: stapsgewijze afbraak van glucose o.i.v. enzymen
G. Chloroplasten
CHLOROPLAST
Chloroplast - TEM opname enkel plantaardige cellen!!
Structuur van chloroplast
Structuur en functie van chloroplasten (1) In de chloroplasten gebeurt de fotosynthese Chloroplasten bevatten chlorofyl, de groene kleurstof van planten. Chloroplasten zijn lensvormig, en meten ca. 2 bij ca. 5 µm. Chloroplasten komen voor in alle groene plantendelen
Structuur en functie van chloroplasten (2) Chloroplasten bezitten een dubbel membraan Binnen dit dubbel membraan: thylakoïden, afgeplatte membraanzakken Thylakoïden zijn gestapeld tot grana Vloeistof buiten de thylakoïden is het stroma Fotosynthese (lichtreactie) gebeurt op het thylakoïd-membraan
Fotosynthese in chloroplasten In de fotosynthese wordt glucose (C6H12O6) opgebouwd uit CO2 en H2O. Dit vergt energie >>> lichtenergie De fotosynthese is het omgekeerde van de ademhaling. Fotosynthese zet lichtenergie om in chemische energie, en tenslotte in suiker.
Fotosynthese: globale reactie 6 CO2 + 6 H2O C6H12O6 + 6 O2 + lichtenergie chlorofyl
Fasen in de fotosynthese Lichtreacties: zonne-energie wordt omgezet in chemische energie >>> in grana Donkerreactie: de chemische energie wordt omgezet in glucose >>> in stroma
lichtreactie grana
Lichtreacties >>> in grana In de lichtreacties wordt zonne-energie gebruikt om water te splitsen in O2 en H+. Met de elektronen wordt een elektronenpendel molecule gereduceerd: NADP+ NADP+: Nicotinamide Adenine Dinucleotide Phosphaat (= waterstofdrager > naar stroma) NADP+ + H+ + 2 e- NADPH Tegelijk wordt ATP gesynthetiseerd (ADP + P + E licht ATP)
donkerreactie stroma
Donkerreactie >>> in stroma ATP energie lucht CO2 C6H12O6 NADPH H+ (glucose)
Fotosynthese: globale reactie 6 CO2 + 6 H2O C6H12O6 + 6 O2 + lichtenergie chlorofyl
PLASTIDEN chloroplasten > fotosynthese amyloplasten > zetmeel proplastiden > in jonge cellen chloroplasten > fotosynthese amyloplasten > zetmeel chromoplasten > kleurpigmenten ENKEL IN PLANTAARDIGE CELLEN
Plastide-omzettingen
H. Het cytoskelet
SKELET CYTO-
Cytoskelet: fluorescentie opname
Cytoskelet fixeert de positie van de celorganellen geeft mechanische sterkte aan de cel fixeert de positie van de celorganellen speelt een rol in de bewegingen van cellen bestaat uit een web van Microfilamenten (dunne eiwitdraden) Microtubuli ( dikkere holle buisjes)
CENTROSOOM
Spoelfiguur
NIET in plantaardige cellen!! CENTROSOOM bestaat uit 2 centriolen vormt de spoelfiguur bij celdeling functie : verdeling chromosomen over de beide dochtercellen NIET in plantaardige cellen!!
EINDE DEEL 2