Debatteren college 2 luisteren en reageren
Programma Luisteren, samenvatten, reageren Bewijslast, jurering Bronvermelding
Wat wordt er gezegd? Hoe wordt erop gereageerd?
Standpunten verdraaien: drogreden van de stroman Historische stromannen: Brent Spar affaire tussen Shell en Greenpeace Buikhuisen kwestie tussen hoogleraar, media en Universiteit Leiden Effect: korte termijn: stroman effectief lange termijn? reputatieschade
Luisteren en samenvatten 1 plenaire oefening 1 oefening in duo’s
Doel opzetbeurt Hoofdargumenten naar voren brengen Voorstanders opzetbeurt vst opzetbeurt tst verweerbeurt vst verweerbeurt tst conclusie tst conclusie vst Hoofdargumenten naar voren brengen Voorstanders Jury overtuigen van aanvaardbaarheid stelling Tegenstanders Twijfel zaaien bij de jury wat betreft aanvaardbaarheid stelling
Doel opzetbeurt Hoofdargumenten naar voren brengen Voorstanders opzetbeurt vst opzetbeurt tst verweerbeurt vst verweerbeurt tst conclusie tst conclusie vst Hoofdargumenten naar voren brengen Voorstanders Jury overtuigen van aanvaardbaarheid stelling Tegenstanders Twijfel zaaien bij de jury wat betreft aanvaardbaarheid stelling Bewijslast ligt dus bij voorstanders!
Invulling opzetbeurt Voorstanders Minimaal: opzetbeurt vst opzetbeurt tst verweerbeurt vst verweerbeurt tst conclusie tst conclusie vst Voorstanders Minimaal: probleem, oorzaak, plan, doeltreffendheid Tegenstanders Minimaal één van de geschilpunten: probleem, oorzaak, plan, uitvoerbaarheid, doeltreffendheid, nadelen > voordelen
Doel verweerbeurt Voor- en tegenstanders opzetbeurt vst opzetbeurt tst verweerbeurt vst verweerbeurt tst conclusie tst conclusie vst Voor- en tegenstanders Herstellen van eigen argumenten: - weerleggen argumenten andere partij; extra onderbouwing eigen argumenten. NB: je mag geen nieuwe argumenten naar voren brengen (maar bijv. wel nieuwe voorbeelden).
De jury beslist of de stelling houdbaar is Verticale controle: Opzetbeurt voorstanders: bevat deze minimaal: probleem, oorzaak, plan, doeltreffendheid? Spreken de tegenstanders zichzelf niet tegen? Horizontale controle: Komen er geen nieuwe argumenten in latere beurten? Wie heeft er per geschilpunt gewonnen? 3) Verticale optelling: wie heeft het debat gewonnen?
Voorbeeld jurering 1ov 1ot 1vt 1vt oordeel p1 p2 Ja, p1 bestaat, maar P2 valt erg mee p1 dus toegegeven, p2 bestaat ook, want, (bron) V gewonnen Veroorzaakt door huidig beleid dus nieuw beleid nodig p1 én p2 liggen aan beleid, want…(bron) ? Hangt af van geloof- waardigheid beide argumenten Bron is onbetrouwbaar, want, (bron) P1 ligt niet aan beleid Nieuw beleid lost p1 en p2 op Dus ander beleid ook geen oplossing Dus: wel nieuw beleid nodig om tij te doen keren Dus beleid kan gewoon blijven bestaan ? Hangt af van geloof- waardigheid beide argumenten Nieuw beleid is uitvoerbaar V gewonnen Eindoordeel hangt af van invulling oorzaken en doeltreffendheid
Jureren en reageren Vorm trio’s Eén houdt de opzetbeurt als voorstander, ander als tegenstander De derde schrijft mee Wie heeft er gewonnen?
Brongebruik Onderbouw je betoog met bronnen die: gezaghebbend zijn; relevant zijn; juiste informatie verschaffen; volledige informatie verschaffen. Zie voorbeelden in reader p.14-15.
Voorbeeld brongebruik Standpunt: Groepswerk moet worden afgeschaft Argument: (want) het leidt tot meeliftgedrag en slechte individuele prestaties Bron: Dit blijkt uit onderzoek van hoogleraar Vink aan de UvA in 2005.
Bron in twijfel trekken: Is Vink werkzaam in dit vakgebied? “Dit blijkt uit onderzoek van hoogleraar Vink aan de UvA in 2005.” Bestaan er andere onderzoeken met tegenstrijdige uitkomsten? Is dit inderdaad wat het onderzoek zegt?
Voor volgende keer Bestudeer 3.4, 3.5, 4.4, 5.1, 5.2 en 5.3. Maak opdracht 5, 6 en 9 uit het boek. Debat: Bereid samen met groepsgenoot de opzetbeurt + verweerbeurt voor over de stelling. Zorg voor bronnen.
Stellingen voor volgende keer
Succes!