Hoe werkt het Natural Coloring Systeem

Het Natural Color System is het enige Kleursysteem dat de kleuren zo beschrijft als wij het zien. Dit heet ook wel een subtractief model. Het beschrijft dus eigenlijk wat er op het niveau van de hersen gebeurt en hoe mensen kleuren ervaren. Het NCS systeem laat zien hoe de visuele eigenschappen (zoals wij ze waarnemen) zijn van de in dit systeem opgenomen kleuren. Het geeft geen exact recept van de receptuur/mengverhouding van de gebruikte kleurpigmenten!!!

Het NCS gaat uit van 6 elementaire mengkleuren, omdat deze door mensen als ZUIVER worden waargenomen. NCS gaat dus uit van het mengen van pigmenten, maar ook van hoe onze hersenen reageren op bepaalde mengverhoudingen. Het zijn dus 4 chromatische kleuren en 2 achromatische kleuren (wit en zwart) Alle andere kleuren worden in het systeem vanuit de visuele overeenkomsten met de elementaire kleuren beschreven. De overeenkomsten worden beschreven aan de hand van de geligheid, roodheid, blauwheid en groenheid, witheid en zwartheid. Je kunt de kenmerken van een kleur herkennen, door de code te beoordelen. Je kunt bijvoorbeeld zien hoeveel Zwart-percentage, hoeveel kleurigheid percentage en en welke kleurtoon erin zit.

In het 3D kleurenruimte kunnen alle mogelijke mengkleuren worden ondergebracht. Voor een beter begrip kun je nog kijken naar de 2D kleurencirkel

In de cirkel is een horizontale stap door het midden van de kleurenruimte van bovenaf gezien. De 4 elemntaire kleuren zijn hierin als de vier windrichtingen op een kompas verwerkt. Ieder kwadrant tussen twee elementaire kleuren is in 100 gelijke stappen verdeeld. Elke tiende stap word zichtbaar in de NCS cirkel. In de cirkel wordt zichtbaar hoe de kleurnuance is, bijv. geel of een gelig rood. In de afbeelding zie je de code Y90R een gele kleur (10 %) met 90 % roodaandeel.

Zuivere grijstinten hebben geen kleurigheid en krijgen de codering N (neutraal) Het grijsspectrum verloop van wit naar zwart. Voorbeeld: 0300-N, Wit tot 9000-N, Zwart

Das NCS-driehoek is een verticale verplaatsing door de kleurenruimte via verschillende kleurtonen. De basis van de driehoek is zijn de grijstinten via W naar S In de punt van de driehoek zie je het maximale kleurigheidsaandeel (C) in de gegeven kleurtoon, in dit geval Y90R. In de driehoek vind je dus de nuance van een kleur die met het aandeel wit, zwart en kleur tot stand is gekomen. Samen wordt dat dan 100% kleur.

1050 geeft kleurnuance aan. Men wil er de verhouding/ relatie tot het witaandeel mee duiden. Gek genoeg geven ze hiervoor alleen het zwartaandeel (10 % ) en het maximale kleurigheidspercentage (50 % ) aan, daaruit volgt dat het witgedeelte de rest is (100% -10-50=40 (wit). De kleurtoon Y90R beschrijft de overeenkomst tussen Geel en Rood (Yen R). Y90R beschrijft Geel met 90 % Roodaandeel en 10 % Geelaandeel De S geeft aan dat het gaat om een officiële NCS kleur.

Met twee voorbeelden van de NCS-notatie kunnen we de Zweedse vlag beschrijven: Geel: NCS 0580-Y10R (een nuance van 5% zwart en 80% kleurigheid; een tint van 90% geel + 10% rood = een iets donker gemaakte maar grotendeels verzadigde kleur geel met een vleugje rood) Blauw: NCS 4055-R95B (een nuance van 40% zwart en 55% kleurigheid; een tint van 5% rood + 95% blauw = een enigszins donkere, niet erg verzadigde kleur blauw met een vleugje rood)